‘What have the Romans ever done for us?’

Het aquaduct van Tyana

Het is vermoedelijk een van de bekendste scènes uit Monty Python’s satire op religieus leven, Life of Brian: de Joodse opstandelingen die hun verzet tegen de Romeinen proberen te rechtvaardigen. ‘Wat hebben de Romeinen nou ooit gedaan voor ons?’, vraagt de leider retorisch.

Totaal onverwacht geeft iemand een antwoord: ‘De waterleiding’, waarna anderen de riolering, wegen, een irrigatiekanaal, gezondheidszorg, wijn en het badhuis noemen. De leider geeft het allemaal toe, maar blijft bij zijn punt:

But apart from better sanitation and medicine and education and irrigation and public health and roads and a freshwater system and baths and public order… what have the Romans done for us?

De scène is grappig, maar wat wordt hier nu geparodieerd? De film zit boordevol grappen over een gymnasiale opleiding, zoals de honderdman die de titelheld zijn naamvallen overhoort. De Pythons gebruikten hun religieuze satire duidelijk ook om enkele jeugdfrustraties van zich af te schrijven. Ik sluit allerminst uit dat het lijstje van simpele ontleningen daar ook toe hoort.

Wie wil bewijzen wat de Romeinen ooit voor ons deden, begeeft zich op het terrein van de sociale wetenschappen. Als de Joden, Grieken en Romeinen de bakermat vormden van de westerse beschaving, is het omdat er toen een soort cultuurparadigma is ontstaan dat, synchroon, (onder andere) de Joden beïnvloedde, en diachroon ons beïnvloedt. Zoiets valt te bewijzen als je kunt vaststellen dat zulke structurerende elementen op een of andere manier zijn verbonden aan duurzame inkomsten. De filosofische denkhouding raakte bijvoorbeeld geïnstitutionaliseerd doordat er scholen met eigen economische middelen ontstonden, terwijl het autoriteitsgeloof van generatie tot generatie werd doorgegeven door de christelijke kerk.

Dat dit de enige manier is om te kijken naar culturele continuïteit en invloed, weten de Pythons ook. Iedereen die een jaar geschiedenis of sociale wetenschappen heeft gestudeerd, herkent het sociologische probleem, en het is zinvol erop te wijzen dat Michael Palin en Terry Jones historici zijn. Wat ze parodiëren zijn de eindeloze opsommingen van details waarmee klassieke opleidingen zo lang aan de man werden gebracht in Teleac-cursussen met titels als Het Griekse vuur.

Ik herinner me uit mijn eerste jaar dat een docent de bestudering van de Oudheid rechtvaardigde met het argument dat onze letters uit Fenicië kwamen en de verdeling in uren, minuten en seconden uit Mesopotamië. De realiteit blijkt altijd weer nét een tikje absurder dan de satire.

Deel dit: