Le temps retrouvé

Beneden-Leeuwen, 1968

In 1994 verhuisde ik naar het huis waarin ik nog altijd woon. Ik had een doos met foto’s en wat fotoalbums, die ik op zolder plaatste en in feite vergat. Soms, als mensen me afdrukjes gaven van hun foto’s, legde ik die erbij. Eergisteren heb ik het stof er eens vanaf geblazen.

Dát maakt wat herinneringen los!

De foto hierbij toont mijn zus, vader en mijzelf. We woonden toen in Beneden-Leeuwen. Het is bizar dat ik na ruim veertig jaar nog precies weet hoe de woonkamer was, en dus kan reconstrueren dat we kijken naar een programma op de tv. Het is evident winter, zoals is te zien aan onze warme kleren, en ik denk aan de kachel en het enorme hok waar mijn vader de kolen uit haalde.

Waarom zonder zadel?

Foto’s verder van mijn eerste schooldag; een kinderfeestje; opvallend veel foto’s van het carnaval in diverse jaren; het zwembad; een bezoek aan Schiphol; een fancy fair op de middelbare school; het jongerenkoor; schaatsen op het Apeldoorns kanaal. Sommige herinneringen zijn leuk, andere niet.

Allemaal niet leuk zijn de herinneringen die loskomen als ik mezelf in mijn militaire uniform zie. Wat heb ik van mijn diensttijd gebaald. Een foto van mijzelf met mijn uzi. Of met een gasmasker. Iedereen wist destijds allang dat de Russen niet zouden komen, maar ik – ik draaide rondjes als zandhaas.

Een zonnige ochtend in Londen

Foto’s uit Amsterdam. Mijn koksuniform. Een nieuwjaarsfeest. Een jongen achter een piano – wie was het? Een dinertje. Parijs. Ikzelf naast de Zwarte Obelisk van Salmanasser. Een schitterende foto van een excursie naar Berlijn: jonge mensen kijken bij de Brandenburger Tor rond in een zichtbaar koude stad. De professor Grieks, inmiddels overleden. De professor oude geschiedenis, ook al overleden. Een leuke foto van mezelf, met geblondeerd haar. Met twee vriendinnen naar de Duchamp-expositie in Antwerpen. Kampeerfoto’s. Avondeten tijdens een opgraving in Griekenland. Een fietstocht naar Griekenland. Afstuderen.

Terracina

Dat waren de foto’s onderin de doos. Daarboven liggen de foto’s van na de verhuizing, en als ik die sorteer, komen recentere herinneringen. De reis die ik met een grote liefde naar Italië maakte komt voorbij, gevolgd door een foto van mijn beste vriend. Als ik die foto zie, schiet me te binnen dat hij op het moment waarop ik afdrukte, een gesprek voerde over pannenkoeken.

Een polaroid, genomen toen ik werkte bij een schoonmaakbedrijf. Ik demonstreer wat we destijds “de basishouding” noemden. Een uitbundig lachende vriendin met een fles bier in de hand. Er volgt nog meer, maar ik was zelf begonnen dia’s te maken en niet veel later kwam de digitale fotografie. Van de laatste jaren heb ik alleen nog maar afdrukken die andere mensen me gaven.

De basishouding

Ik pretendeer niet dat mijn foto’s uniek zijn of dat het ongebruikelijk is dat er herinneringen los komen. Ik wil eigenlijk alleen maar zeggen hoe vals het beeld is dat uit de foto’s naar voren komt. Die van het jaar na mijn studie documenteren vrolijke momenten, hoewel ik weet dat het zwarte gat enorm diep was. Ik las in die dagen verschrikkelijk veel, maar ik heb daar geen foto van. Als documentatie zijn mijn foto’s niet representatief.

De Russen kwamen niet

En hoe authentiek zijn mijn herinneringen? Toen ik de foto’s uit mijn diensttijd zag, werd ik kwaad, en ik weet dat ik dat die kwaadheid er destijds ook was; maar de foto’s zelf tonen vrolijke jongens die het prima naar hun zin hebben. Wat is echt?

En tot slot: een pasfoto van een lachende vriendin, die op de achterkant een bedankje heeft gekrabbeld voor een leuke middag. Ik weet nog heel goed wie ze was en kan me haar vrolijke manier van doen uitstekend voor de geest halen, maar ik heb geen idee wat we die bewuste middag hebben gedaan. Herinneringen verdwijnen.

Aan de Limes Tripolitanus

Wat ik maar zeggen wil: alle clichés zijn waar. Fotografie documenteert iets, maar je weet niet wat. Herinneringen documenteren iets, en je weet evenmin wat. Dat is niks nieuws.

Maar voor mij als historicus is dit stukje niet slechts een herhaling van welbekende gemeenplaatsen. Het is óók een oefening in bescheidenheid. Als je eigenlijk al geen idee hebt van wat je weet over je eigen verleden, word je nogal sceptisch over wat je professioneel moet beschrijven.

Deel dit: