De Generaal

macht
Enkele momenten voor de fatale afloop.

Lopen twee mannen over straat, zegt de een “Mag ik in het midden lopen?”

Je kunt deze mop vanzelfsprekend uitbreiden door de locatie te veranderen in de Kalverstraat of door de betrokkenen Sam en Moos te noemen, maar dat maakt hem niet leuker. Karaktertekening en andere achtergrondinformatie is, anders dan in een roman, voor een grap niet noodzakelijk. Je kunt alle franje achterwege laten.

Peter de Smet (1944-2003) deed dat in de stripverhalen over De Generaal, die hij tekende in de jaren zeventig: de gags zijn gereduceerd tot precies dat wat nodig is om je in de lach te doen schieten. Al het andere ontbreekt. Het is overigens ook steeds dezelfde mop: de generaal wil de macht grijpen en moet daartoe een fort veroveren, een activiteit waarbij hij de hulp krijgt van een professor die geniale uitvindingen doet, terwijl een motoragent ongewild het onverbeterlijke optimisme van de generaal fnuikt.

Aan het einde van het verhaal is de motor steevast kapot, blijkt de geniale uitvinding nét niet geniaal genoeg en zitten de professor, de generaal en diens enige soldaat in het cachot van het fort, waar een cipier met een vriendelijk bedoeld gebaar de vernedering onbedoeld vergroot. De voorspelbaarheid is zó groot dat zelfs de personages het weten en de maarschalk in het fort zijn enige soldaat regelmatig verbiedt te schieten omdat het nieuwe plan van de generaal toch gedoemd is te mislukken. (“Daar is de generaal. Waarschuw de cipier maar vast.”)

Er zijn slechts twee locaties: het fort en de boom waaronder de generaal zit als de professor hem komt vertellen dat de macht gegrepen kan worden met een nieuw model tank, een tijdmachine, een luchtballon, een duikboot, een ijscowagen of een Trojaans paard. Een enkele keer zien we het politiekantoor of een café, en als een op hol geslagen tank dwars door een huis moet rijden, zien we dat huis ook even van binnen, maar in principe ziet De Smet af van een uitgewerkt decor. Namen hebben de generaal, de professor, de soldaat en de maarschalk ook al niet.

Je moet de reeks niet lezen om de plot, zoals pakweg Asterix, of om de fenomenale zorg die aan de aankleding is besteed, zoals Kuifje. De lol zit in de manier waarop de standaardelementen samenspannen om een catastrofe te bewerkstelligen. Een nieuw kanon blijkt niet te werken doordat de dop nog op de loop zit geschroefd. De James Bond-auto blijkt als wapen enige beperkingen te hebben wanneer de generaal ermee in de file belandt. De financiële bijsluiter bij de door de generaal op afbetaling gekochte ICBM bevat de mededeling dat “de startmotor, zonder welke de raket niet gelanceerd kan worden, geleverd zal worden wanneer de laatste termijn is voldaan”, zodat de geplande verwoesting van het fort nog drieënzeventig jaar, vijf maanden en twee dagen op zich zal moeten laten wachten.

olifant
Melancholieke gedachten

Een ander deel van de humor is het taalgebruik. Wanneer de generaal besluit het fort aan te vallen met een vliegtuig, kondigt hij aan “Ik word de schrik van het zwerk”. De soldaat krijgt het verzoek de champagne vast klaar te zetten, want “binnen luttele minuten zijn we terug met de macht”.

Leuk taalgebruik en krankzinnige variaties op een vertrouwde plot: meer is er niet. Terwijl zijn collega-striptekenaars zich uitsloofden met complexe plots en uitgebreide documentatie, bracht De Smet het stripverhaal terug tot zijn essentie. Hij abstraheerde van alles waarvan geabstraheerd kon worden en bracht daarmee het genre op een nieuw niveau. De generaal is, simpel gezegd, een van de abstractste en knapste strips die ooit in Nederland is verschenen.

De albums zijn niet meer leverbaar, en dat is eigenlijk schandalig. Terwijl er (terecht) fondsen zijn om ervoor te zorgen dat de Max Havelaar in druk blijft, wordt er verdraaid weinig gedaan om de klassiekers van het Nederlandse beeldverhaal beschikbaar te houden. Ik wil de cultuurbaronnen de komende tijd even niet horen klagen over het gebrek aan subsidie voor dit of dat kunstproject: ons cultuurbeleid dient eerst een ernstige lacune te vullen voordat we kunnen denken aan mindere prioriteiten.

Ik weet het, er is al te weinig geld voor cultuur, dus we zullen een keuze moeten maken. Daarom stel ik voor het Rijksmuseum een Vermeer te laten verkopen, opdat we genoeg geld hebben om een fonds te stichten en ervoor te zorgen dat ook nieuwe generaties plezier kunnen beleven aan klassieke Nederlandse stripverhalen. Vrôt.

Deel dit:

17 gedachtes over “De Generaal

  1. De Generaal is een briljante strip. Dat staat buiten kijf. Leuk dat u er een stukje aan wijdt. Maar dan:

    “Je moet de reeks niet lezen om de plot, zoals pakweg Asterix, of om de fenomenale zorg die aan de aankleding is besteed, zoals Kuifje.”

    ??? Om met dat laatste te beginnen: De Smet was een geniale tekenaar en “fenomenale zorg aan de aankleding” gaat dus zeker ook voor De Generaal op. Bekijk de voertuigen maar eens.

    Ten tweede: Uitgerekend bij Asterix is de plot weinig meer dan een kapstok om de grappen aan op te hangen. En die herhalen zich volgens vaste patronen, net als in De Generaal. Allicht is er bij Asterix meer variatie in de plot, maar de plot is niet de hoofdzaak.

    1. MNb

      “Uitgerekend bij Asterix …”
      Terwijl dat waar is voor de meeste afleveringen zijn er ook een paar waar de plot wél van belang is, in de eerste plaats Obelix en Co. De afleveringen met plot zijn mi ook meteen de beste.
      De Generaal mocht ik ook altijd graag lezen.

  2. CK

    Zo’n fonds om stripklassiekers beschikbaar te houden, moet er inderdaad komen. Dan maar een begrotingstekort van 3,70001% in plaats van 3,70000%.

  3. Hmm, als Pep-lezende-tiener werd het vuur bij mij toch eerder ontstoken door Blueberry, Cocobill, Corto Maltese en zelfs Tom Poes, Ik vond de Generaal vooral heel saai, in tekst en vooral tekening. Die hebben gezorgd voor een nog steeds voortdurende stripfascinatie,

    1. Mee eens, op die leeftijd was deze strip niet spannend genoeg, en de humor snapte ik niet goed genoeg. Die ga je pas op latere leeftijd waarderen. Eigenlijk zijn strips helemaal niet voor kinderen. 😉

  4. Michael van der Lee

    Hoera ! Mee eens. Kunnen we dan ‘en passant’ ook 1 verhaal van Marten Toonder verplicht stellen voor alle leerlingen van de middelbare schoool ?

  5. Eigenlijk lijkt De Generaal heel erg op de Roadrunner tekenfilms. Weinig variatie op de omgeving, geen variatie in de spelers, een plan dat altijd faalt en waar de humor komt van de ingezette middelen en de manier WAAROP het mis gaat.

  6. Erik Broekhof

    Ik bestelde ooit een nieuwe auto, en toen grapte ik als eis ‘verchroomde flensmoeren en velours d’Utrecht’. De verkoper antwoordde met “Raheu!”. Ik kreeg een mooie korting, maar ik kan niet garanderen dat het altijd werkt.

  7. Frans

    Tip: Stripglossy nr. 8 bevat een interview met Peter de Smet uit 1973 plus herinneringen van zijn vrouw, dochters en broer. Het blijkt dat Peter eigenlijk weinig toekomst zag in De Generaal, maar er toch mee doorging omdat het aansloeg. En de serie wordt opnieuw uitgegeven!

Reacties zijn gesloten.