Nachtapotheek

Gevelsteen met een gaper (Geldersekade 84, Amsterdam)

Amsterdam-West, kwart voor twee ’s nachts: ik kom thuis van een nachtelijk fietstochtje. Als ik de laatste brug over ga, word ik aangesproken door een forse man, die Engels spreekt met wat lijkt op een Frans accent. “Pas op,” denk ik, “het hoeft geen goed volk te zijn. Geef geen geld.”

Hij vraagt hulp: zijn metgezel is ziek en heeft insuline nodig. Dat klinkt alsof het menens is. Ik leg uit dat de nachtapotheek in het ziekenhuis is en besluit hun geen contant geld te geven maar wel een taxi te regelen. Als ze die niet nemen, zijn het oplichters maar als het toch menens is – en dat zou best kunnen – kan ik die twintig euro wel missen. Ik fiets dus vooruit om op de kruising van de Bilderdijkstraat en Kinkerstraat een taxi aan te houden.

Meestal passeert er elke twee minuten wel een taxi, en inderdaad, al snel komt er een langs, maar die heeft een passagier en rijdt door. Ik besluit de taxicentrale voor alle zekerheid te bellen.

Terwijl ik daarmee bezig ben, komen de twee mannen aanwandelen. Ze hoeven geen taxi, leggen ze uit, maar ze hebben het geld nodig.

Ik kan een krachtterm niet onderdrukken en fiets verder naar huis, boos. Deels omdat mensen hebben geprobeerd me op te lichten, deels omdat mijn aanvankelijke wantrouwen gerechtvaardigd bleek. Ik weet niet om welk van die twee ik bozer was.

Deel dit:

7 gedachtes over “Nachtapotheek

  1. Ha Jona. Wat een rot ervaring. Gelukkig niks ernstigs met je gebeurd. Jammer dat je moet concluderen dat je soms een beetje bot moet optreden.
    Groeten, Henk Ras.

  2. Ga uit van het goede maar wees nooit naief. Ik heb ook wel eens iemand een boterham (mijn enige) aangeboden toen hij mij op een station aansprak omdat hij honger zou hebben. Mijn reactie werd mij ook niet in dank afgenomen.
    Hilarisch: ooit heb ik een bekende bedelaar op Utrecht CS eens gemeld dat ik net een tijdschrift gekocht en nu geen kleingeld meer had en dus ook niet aan zijn verzoek kon voldoen. Hij af. Maar toen ik een kwartier later of zo op de bus stond te wachten snelde hij ineens langs, mij in het voorbijgaan toevoegend: “had je niet met een tientje kunnen betalen”. 😉

  3. Een rotgevoel is rot, dat is niet anders. En oplichters blijven altijd. Maar ik ben vooral blij dat die twee jou niets hebben aangedaan. Dat had ook gekund en dan hadden alle mensen die jou een warm hart toedragen (veel dus) een enorm rotgevoel gehad.

  4. MNb

    Mano Singham schreef eens (mutatis mutandis) dat je de volgende twee scenario’s moet vergelijken:
    a) je handelt zoals je hebt gehandelt en bent boos;
    b) je weigert iets te doen en de patient gaat dood omdat hij geen insulin krijgt.
    Wat is erger?
    Het lijkt me dat je de juiste keuze hebt gemaakt. Dat besef zou voldoende moeten zijn om je boosheid te verminderen.

Reacties zijn gesloten.