Hoe ziet het ideale oudheidkundige museum eruit? Het is in elk geval niet gevestigd in een oud gebouw – het gebouw is ontworpen rond de collectie. Verder is het museum gewijd aan de hele Oudheid en beperkt het zich niet tot Griekenland/Rome of het Nabije Oosten. Het beperkt zich ook niet tot kunstgeschiedenis, maar toont het hele verhaal van de antieke samenlevingen. Met koptelefoons kun je luisteren naar antieke bronnen.
Om het ideale museum te beschrijven, moeten we beginnen op de eerste verdieping, die is gewijd aan de klassieke periode, dus zeg maar de vijfde en vierde eeuw v.Chr. Er zijn diverse zalen die de diverse culturen illustreren: Egypte, Mesopotamië en Iran, Judea, Anatolië, Griekenland, Italië, Karthago en Iberië, Gallië en Brittannië en tot slot Centraal-Europa. Verder twee zalen voor exposities en nationale archeologie. De zalen liggen ten opzichte van elkaar zoals ze ook geografisch ten opzichte van elkaar liggen, zoals ik aangeef op het plaatje. Twee centrale trappenhuizen heb ik blauw ingetekend.
Deze indeling herhalen we op de tweede verdieping, waar we de hellenistische tijd behandelen. Het Romeinse Rijk beslaat zo’n beetje de hele derde verdieping, terwijl de vierde verdieping gebruikt is voor de Late Oudheid.
De begane grond is gewijd aan de IJzertijd, maar de ruimte die op de hogere verdiepingen is gereserveerd voor exposities, is hier benut voor de ingang. Gaan we naar beneden, naar de eerste onderaardse verdieping, dan komen we bij de Bronstijd, die goed is gedocumenteerd voor het Midden-Oosten en niet zo goed voor West-Europa. We kunnen daar een bibliotheek, garderobes, een auditorium, zaal met uitleg van de archeologische methode en een expositie van manuscripten inrichten.
Helemaal beneden zijn – opnieuw: vooral in het oosten – zalen ingericht voor de Bronstijd en de Prehistorie. Elders in het gebouw zijn de kantoren, toiletten, koffiebarretjes, liftgroepen, souvenirwinkels en de redactielokalen van Ancient History Magazine. Op het dak is natuurlijk een goed restaurant met een geweldig uitzicht over een mooie stad.
Er kan nog eens worden gekeken of sommige zalen niet wat groter moeten dan andere, maar dit is ongeveer hoe ik het me voorstel. Wie geïnteresseerd is één cultuur, maakt een verticale reis van zaal naar zaal; wie geïnteresseerd is in één tijd, blijft op dezelfde verdieping.
O ja, de financiering. Ook daarover heb ik nagedacht: de loterij. Het is makkelijk: je wint of je wint niet. Dus als je twee loten koopt, heb je altijd het winnende staatslot. Op 31 december dit jaar heb ik gewoon dertig miljoen belastingvrij en dan kan de eerste paal medio 2017 de grond in.
Op de begane grond of eerste verdieping moet een patio komen waar bezoekers omheen kunnen zitten en waar ruimte is voor re-enactments/reënsceneringen zodat mensen kunnen zien hoe de vondsten in het dagelijks leven werden gebruikt. Evt. met een glasplaat erboven zodat het weer minder invloed heeft of waardoor je ook van bovenaf kunt kijken.
Jona, een helder stuk maar er ontbreekt iets. Je bent nooit scheutig met grote plaatjes (Waarom eigenlijk niet? Met 500kb heb je al best een redelijke foto) maar je plattegrond is helaas te klein. Ik herken de blauwe vierkantjes maar ik kan de zaalnamen helaas niet lezen.
Via deze link zijn de zaalnamen (voor mij) wèl leesbaar: https://mainzerbeobachter.files.wordpress.com/2015/12/museum.gif (maar dat is natuurlijk lang niet zo prettig als een groter plaatje bij het stuk zelf).
Er is iets vreemds mee aan de hand. Ik heb het verholpen.
Briljant idee! Ik meld mij graag voor de Raad van Toezicht, die voor de bezetting van het eerste uur ook als Sollicitatiecommissie zal dienen.
Als ik de lotto win, financier ik graag mee. Aan elke zaal verwacht ik dan wel een openluchtgedeelte met reconstructies à la Archeon. Enkel voor Griekenland wordt dit in de huidige opstelling moeilijk. Bovendien zal ik als belangrijk sponsor ook wegen op de keuze voor “een mooie stad”. Gelet op het aantal Nederlanders in de Antwerpse bioscopen en winkelstraten, kan het geen probleem zijn dat het Rijksmuseum voor Oudheden zich in Antwerpen bevindt. Als het echt gevoelig ligt, hebben we vast nog wel ergens een stukje Maasoever dat we in ruil kunnen geven.
Is het trouwens toeval dat de Nederlandse grens opschuift richting Kanne-Caestert, of is dit de eerste stap naar de annexatie van Atuatuca, om er dan na opgravingen het gedroomde Rijksmuseum te bouwen? Hoever reikt jouw invloed, Jona?
Interessant stuk, vooal omdat ik zelf ook met deze kwestie bezig ben. Er komt natuurlijk meer kijken dan alleen een indeling van het gebouw, maar het stratigrafisch rangschikken is logisch. Helaas heeft het RMO dat met de nieuwe Griekse afdeling onlogisch aangepakt: het klassieke Griekenland bevindt zich momenteel op de eerste verdieping, en de vroegere perioden in hetzelfde gebied daarbóven, op de tweede verdieping!
Verder houd ik helemaal niet van audiotours — ik wil in een archeologisch museum de objecten zien, geplaatst in de juiste context, zonder dat ik daarvoor een koptelefoon op moet hebben of eindeloos naar een televisie/computerscherm moet kijken waarop een video wordt afgespeeld. Daarentegen ben ik wel voor een aanpak zoals in het Noord-Afrikaanse deel van het Tropenmuseum, waarin je door gereconstrueerde straatjes wandelt, met daarin objecten geplaatst in hun context, en geluiden hoort uit luidsprekers die een indruk geven van hoe het is in zo’n ander gebied.
Waarom heb ik het woord “stratigrafisch” nou zelf niet bedacht?!
Hoe ziet de ideale website van dat ideale museum eruit?
Met diverse niveaus van informatie. Makkelijk en moeilijk.
De financiering is prima geregeld.
Wanneer begint de bouw en is de opening.
Al jouw bloglezers willen bij beide data vast aanwezig zijn.
Vriendelijke groet,
Ik mis nog wel een zaal Perzië (en de gebieden ten oosten daarvan, zoals Bactrië).
Dat moet maar bij Mesopotamië, want in de klassieke tijd breidt het zich uit over Anatolië, Judea en Egypte. Het krijgt dus redelijk wat aandacht.
Wacht op de blauwdruk die ik ga maken.
Geweldig plan! Vraag me alleen af of je voor die 30 mio ook de collectie bij elkaar gaat kopen, of moeten we met z’n allen het RMO leegroven? Overigens ben ik van mening dat dit nieuwe museum in Zutphen moet komen. Daar wordt ook een sympathiek blaadje uitgegeven over de oudheid.
Qua bereikbaarheid lijkt Breda me wel aardig. Dan kunnen we de collecties van de de diverse grote Benelux-musea op één centrale voor niemand nodeloos ver gelegen plek onderbrengen.
Ergens in de Chaamse bossen, mijn geboortegrond. Wordt het een soort Kröller Muller of Mariemont.
Het aardige van dit ontwerp is dat het makkelijk uitgebreid kan worden, in tal van richtingen! Perzië, Centraal Azië, India, China; Skandinavië; Noord- en zwart Afrika… Mexico en Peru (en ook Japan) moeten natuurlijk in aparte gebouwtjes, waar je via een bruggetje over een waterpartij komt. Zorg er dus voor dat er genoeg ruimte is rondom de locatie, en reserveer alvast een lot voor de loterijen van 2016 en 2017!
Aangezien ik oorspronkelijk uit Etten-Leur kom, zie ik Breda wel zitten. Dan zijn er in elk geval een paar goede kroegen in de buurt om na afloop een biertje te gaan drinken. Verder hoop ik natuurlijk die hoofdprijs zelf te winnen en aan mijn eigen dromen te besteden, maar als ik er naast zit, gun ik hem jou graag. 😎