Aanslag op de letteren

Ze ogen wat saai maar boeken kunnen ook zonder hype gewoon heel interessant zijn.

Een tijdje geleden werd De Nederlandse Boekengids aangekondigd. Ik vind het een leuk initiatief. Ik heb het vooraf gesteund en zal het met meer dan gemiddelde belangstelling volgen, maar ik beken dat het debuut niet was wat ik ervan had gehoopt. Begrijp me niet verkeerd: het is fantastisch dat we in ons taalgebied een tijdschrift krijgen dat voor ons wil zijn wat de New York Review of Books en de Times Literary Supplement zijn voor het Engelse taalgebied. Het kwam alleen in het eerste nummer niet uit de verf. Ik had gehoopt op tegendraadse stemmen, op auteurs die ik nog niet kende, maar daar waren Maxim Februari, Frans Saris en Willem Otterspeer weer. Het eerste nummer bood vooral meer van wat je toch al leest. En dat mag. Een tijdschrift begint maar één keer en de redactie mag ervoor kiezen op veilig te spelen.

Ik zou dit niet hebben aangestipt – je moet een tijdschrift niet afrekenen op zijn eerste nummer – als ik het niet symptomatisch vind voor het hele boekenvak. Het is elke keer meer van hetzelfde. En deze decembermaand is het extra troosteloos, nu alle kranten en tijdschriften ons doodgooien met eindejaarslijstjes.

Die zijn ontstaan uit journalistieke luiheid. Het is makkelijke kopij, je krijgt er de krant mee vol, het is weinig werk en je hebt er geen gezeur mee. Hooguit een opmerking van iemand die vindt dat een ander boek in die roman-top-vijf had gemoeten, maar da’s vooral handig om de brievenrubriek vol te krijgen. Ondertussen is er in 2015 niemand, niemand geweest die zich heeft afgevraagd wat in 2010 of 2005 de beste boeken waren. En niemand zal ooit, ooit de moeite nemen de lijstjes te raadplegen die we nu opgedrongen krijgen. Dat is ook logisch, want er staan vooral titels op die we het afgelopen jaar allang zijn tegengekomen.

U zegt “maak je niet te sappel” maar dat doe ik wel. Die lijstjes zijn schadelijk. De breedte van het boekenassortiment is namelijk een graadmeter voor de rijkdom van een cultuur; we kunnen heel goed zorgen voor een breed assortiment; en we doen dat niet. Ik heb het al eens beschreven:

Dankzij allerlei printing-on-demand-technieken zouden miljoenen informatiestromen naar u kunnen lopen, zoals dat ook met muziek en film het geval is. Het aanbod zou breder dan ooit kunnen zijn en u zou kunnen uitzoeken wat u wil ... De boekenbranche meent echter alleen te kunnen overleven door uw aandacht te verleggen naar een beperkt aantal titels die in bulk worden verkocht.

Dat gebeurt op allerlei wijzen. Het circus rond literaire prijzen is een voorbeeld: longlisten, shortlisten, prijsuitreikingen, het heeft allemaal als gevolg dat uw aandacht komt te liggen bij een stuk of wat titels, en niet langer bij het brede aanbod. Louche marketeers willen uw aandacht ook liever focussen op schrijvers in plaats van boeken – een strategie die er eveneens toe leidt dat we meer van hetzelfde lezen. Wéér Tommy Wieringa. De eindejaarslijstjes sorteren hetzelfde effect: onze aandacht wordt vernauwd naar boeken en ideeën die de ronde al deden. Zo draagt de boekenbranche bij aan de verschraling van het aanbod. Boekhandels en boekenbijlagen zijn groothandelaren van voorspelbaarheid. Een aanslag op de letteren, inderdaad.

Zoals De Nederlandse Boekengids (die ik sympathiek vind) representatief is voor het “meer van hetzelfde” van de boekenbranche (die ik ook sympathiek vind), zo is de boekenbranche representatief voor onze cultuur in het algemeen. We hebben dus ook de The 16 Best Pop Culture Characters of 2015 en de Top Ten TV Shows of 2015, terwijl de Grootste wetenschappelijke doorbraken [[dode link]] te vroeg waren aangekondigd om het zware boson van deze week mee te nemen. Of het slagveld van Caesar.

Elk eindejaarslijstje is veilig gerepeteer van allang bekende informatie. Niets nieuws, niets verrassends. Meer van hetzelfde. Een symptoom van een platvloerse cultuur zonder ideeën.

Deel dit:

22 gedachtes over “Aanslag op de letteren

  1. In de boekenwereld is inderdaad hetzelfde aan de hand als in andere cultuursectoren: steeds verder gaande commercialisering met daarbij incestueuze verbindingen tussen een uiterst klein groepje ingewijden, schrijvers, uitgevers en recensenten. Het zoeklicht gericht op enkele auteurs die elkaar luidkeels in kranten en weekbladen, op radio en tv aanprijzen. Zoals er al jaren gesproken wordt over de smaakmaffia van directies musea en galerieën voor moderne kunst, zo zou men ook kunnen spreken van eenzelfde maffieuze monopolisering in de boekenbranche. En we weten waar deze modieuze neoliberale opvatting toe leidt: naar een tragische inperking van eigen keuzes.

  2. Beste Jona,
    Je uitlaatventiel staat vandaag beetje ruim afgesteld, maar ik hou van je analyses. Ik zie het als associatieve waarheidsvinding. Maar ik verwacht van jou niet én van geen enkele krant ook niet de waarheid en niets dan de waarheid. Het is zoals met het spoor: zonder NS zou het leven van de vrolijke treinreiziger een stuk saaier zijn.
    Platvloerse opsommommingen?
    Het aangename van de long tale van internet is nou juist dat als je goed zoekt, je vindt wat je wil vinden.
    Wat ik pertinent niet geloof is dat een breder aanbod in reguliere boekwinkels onze cultuur minder ‘platvloers’ maakt. Lijstjes dienen de verkoop en de verkoper. Zonder zou het met de branche nog beroerder gaan. En (net als jij?) houd ik zeker ook van het lezen van, het luisteren naar en kijken naar kunstwerken van beproefde kunstenaars. Tommy Wieringa mag van mij best nóg wel een boek maken. En als er na het boek en de film ergens op lokatie Publieke Werken van Thomas Rosenboom wordt gespeeld, ga ik heen. Een nieuweling komt bij niet zomaar op een lijstje van beste whatevers. Okee, we hebben Daphne Schippers, maar zij beheerst niet alleen het korte verhaal, maar beoefent als 7-kampster op wereldniveau diverse stijlen. Misschien hadden ze op de klimaattop regels moeten afspreken over hoeveel vrijheidsgraden een blog mag stijgen deze eeuw. Dat is mijn manier van associatief walmen. 😉
    Beste Jona, je staat ook komend jaar weer op mijn lijstje, platvloers of niet. Al komen er tig nieuwe wakkere bloggers bij. Ik heb moeite met het schonen van mijn kostbare oude werken in mijn geliefde boekenkast. Daarnaast heb ik een e-reader gekocht die draadloos is verbonden met het Hoogere van de long tale…. afijn en toemaar, want niet elke zin is geen onzin en niet elke zin is af…
    groet,
    Gert Jan
    btw: ik denk dat de Galliers Caesar blijven chicaneren tot in de eeuwigheid amen 😉

  3. Maurits de Groot

    Helemaal mee eens. Er verschijnen ook bergen uitstekende boeken over de grens, die helaas maar zelden vertaald worden, behalve het bekende plukje bestsellerauteurs. Ook de boekenbranche is een old boys netwerk geworden.

  4. frank bikker

    Men wijst steeds maar naar handelaars, uitgeverijen, commercie enz. Het ligt toch ook aan de platvloersheid van velen onder ons?

    De Bouquetreeks, streekromans enz. halen toch altijd de grootste oplagen. Dat zijn ook delen van onze cultuur, of we het nu willen of niet. Wij kopen die rotzooi!

    1. Frank, in principe heb je gelijk als het over algemene lectuur gaat, maar de gedachtenwisseling heeft betrekking op wat we vroeger, -terecht of ten onrechte-, de “echte/betere” literatuur noemden. En daarover heeft Jona gelijk: de congsi van een kleine groep schrijvers, redacteuren, recensisten en uitgevers bepaalt teveel welke boeken er uitgegeven worden en welke we zeker “goed” moeten noemen en absoluut moeten lezen. Dit is een welbewuste beperking van aanbod, wrschl. samenhangend met winstbejag.
      Dat neemt overigens niet weg dat er in onze cultuur in algemene zin natuurlijk ook plaats moet zijn voor wat jij “rotzooi” noemt.

      1. frank bikker

        Als jij gelijk hebt, en dat heb je ook wel tot op een zekere hoogte, is dan het snobgehalte onder ons dan ook niet erg groot, want wij lopen er wel achter aan.

        Zie het Adriaan Dis effect van een aantal jaren geleden. Als hij Schama interviewde schoot de verkoop omhoog. Iedereen kocht toen zijn boeken ( Ik ook hoor!), maar de meesten onder ons konden echt niet beoordelen of hij nu goed was of niet.( Ik ook niet, maar hij kon zo goed vertellen) Hetzelfde gold voor Harry Mulish, terwijl ik sommige van zijn boeken niet om te pruimen vond en de hype rondom Wolkers toen wij nog op de middelbare school zaten, terwijl je, als je 1 of 2 boeken van hem had gelezen de rest ook wel wist.

  5. Ben Spaans

    Iets anders – het slagveld van Caesar: is het nou gevonden of niet? Je zet het bij wetenschappelijke doorbraken van 2015 maar eerder gaf je een link naar een archeoloog die geen spaan heel liet van de hype.

    1. Ik ben daar heel ouderwets in: als een wetenschapper het zegt, ga ik ervan uit dat het waar is. Dat neemt niet weg dat ik de kritiek serieus neem en laaiend van woede kan zijn als een hoogleraar uit zijn nek blijkt te zwammen. Dat laatste is juist omdat ik het eerste standpunt inneem.

      Simpel gezegd wil ik dat mensen respect hebben voor professionele wetenschappers en dat zij dat respect ook verdienen.

  6. Maxim Februari

    Ja, ik word ook af en toe moe van mijn eigen verschijnen. ‘Hallo, daar zijn we weer!’, zou Gert-Jan Dröge hebben geroepen.
    Het probleem is natuurlijk dat de tegendraadse stemmen dit nieuwe tijdschrift net zo goed hadden kunnen beginnen, maar dat de tegendraadse stemmen dat niet hebben gedaan. Dus zijn het altijd weer dezelfde halvegaren die zich belangeloos inzetten en met pure zelfverloochening proberen de boel aan de gang te houden.
    De Nieuwe Boekengids rijst op uit het vuur van de teloor gegane Academische Boekengids. Het is dus logisch dat dezelfde namen weer terug komen. Maar zoals de redactie al bij de introductie schreef: er wordt ijverig gezocht naar nieuw en anders en onverwacht en tegendraads.

    Intussen wordt niemand rijk of beroemd van zo’n boekengids. Integendeel. Het kost alle betrokkenen geld en je wordt op internet uitgemaakt voor old boy en maffioso. Maar als iedereen zijn steentje nou bijdraagt en jullie allemaal abonnee worden, dan komt de Nieuwe Boekengids misschien af en toe een boek op het spoor dat niemand van ons had willen missen.

    1. “Gaat het weer een beetje, meneer Februari?” De indruk van een old boys network wordt natuurlijk wel een beetje gewekt door de lijst van medewerkers die maar één vrouw bevat. Verder wordt op dezelfde bladzijde een boekhandel bedankt waarvan een medewerker op bladzijde 29 twee boeken van de directeur bejubelt. Dat brengt mij op de stijl van nogal wat besprekingen in De Nederlandse Boekengids: veel standwerkerstaal die meer doet denken aan uitgeverscatalogi dan aan kritieken. Het beoogde publiek voor de Boekengids zit daar niet op te wachten, vermoed ik. Ik lees The Times Literary Supplement al jaren met genoegen maar de onderhoudende toon van dat blad ontbreekt volledig in het proefnummer. Een beetje hoogdravend om de TLS dan in de ‘beginselverklaring’ te noemen. De langere artikelen bieden mij voornamelijk feiten en visies die ik al ken en zetten te weinig aan tot denken. Het initiatief van de Nederlandse Boekengids is sympathiek, maar de uitwerking stelt teleur.

      1. Maxim Februari

        Er is terechte aarzeling over gebrek aan diversiteit. Maar dit is niet eens een eerste nummer, het is een nulnummer. Waarmee wordt gezocht naar steun en medewerking. Als het blad eenmaal op gang komt, willen anderen hopelijk ook meedoen en stromen de vrouwen, rebellen en genieën toe.

        Ik besloot hier op deze discusie te reageren, omdat ik vrees dat de cultuur niet alleen te lijden heeft onder lijstjes en commercie. Ze lijdt minstens zo erg onder het snelle afschieten van leuke initiatieven nog voordat ze in beweging zijn gekomen.

        Het kan best zijn dat mijn aanwezigheid bewijst dat we leven in een platvloerse cultuur zonder ideeën. Laten we dan maar hopen dat anderen binnenkort al het werk opknappen, dan kan ik op z’n Glamourlands met een kruik in bed gaan liggen, en met een verpleegster naast me, en dan gaat het vast wel weer een beetje.

        1. Ik vrees dat de cultuur niet alleen te lijden heeft onder lijstjes en commercie. Ze lijdt minstens zo erg onder het snelle afschieten van leuke initiatieven nog voordat ze in beweging zijn gekomen.

          Is dat zo? Ik vraag dat niet sarcastisch, het is gewoon omdat ik het niet weet. Ik heb zelf net een tijdschrift (dit) mogen helpen oprichten en wij hebben uitsluitend bijval gekregen. Ik sluit niet uit dat de samenleving minder geduld heeft en ik kan ook voorbeelden noemen, maar of het echt té snel gebeurt – dat weet ik niet.

          (Overigens leuk dat u reageert.)

        2. Een inhoudelijke reactie geven getuigt van respect en motivatie. Als dat kenmerken zijn van redactie en redactieraad van de Nederlandse Boekengids, dan verdient het initiatief steun. Ik heb daarom, na aanvankelijk te hebben getwijfeld, toch maar een abonnement genomen op de Boekengids. Ik hoop dat discussie een belangrijk onderdeel wordt van het blad. Ik zal daarom ook de online activiteit rond de Boekengids gaan volgen.

  7. Beste Jona, Wat kreeg je een boel antwoorden. Kan me voorstellen hoe jij wat steigert bij het teloorgaan van de boeken branche. Ik mis slechts de uitstraling die de vele boeken op mij hadden. Ik lees niet veel, want doe dat langzaam. Voor mij zijn er nog meer dan genoeg boeken en ga mijn eigen voorkeurslijstje in een rustig tempo achterna. Maar ’t is triest die noodgedwongen veranderingen te moeten ondergaan. Je was erbij toen ik dat voor het eerst besefte. Op het Forum R. Wat gaf ’t me een machteloos gevoel.
    Gr. Hanneke

    1. justanoldman: Keuze genoeg inderdaad: opsommingen, long tail, lijstjes, wetenschappers en andere dwaalgasten en daarbij het snobgehalte van Frank Bikker 😉 … , maar net als Hanneke heb ik nog een serie boeken op het oog, een heel lang verhaal, waarmee ik tot ver na mijn pensioen onder de pannen ben. Daarnaast krijg ik van leesvrienden zat titels aangereikt. Ergo: mens erger je niet of pak een bord;-)

  8. @Hanneke: Justanoldman: Toch wel genoeg keuze: opsommingen, long tail, lijstjes, wetenschappers en andere dwaalgasten en daarbij het snobgehalte van Frank Bikker 😉 … , en net als Hanneke heb ik nog een serie boeken op het oog, een heel lang verhaal, waarmee ik tot ver na mijn pensioen onder de pannen ben. Daarnaast krijg ik van leesvrienden zat titels aangereikt. Ergo: mens erger je niet of pak een bord;-)

Reacties zijn gesloten.