Iemand, zo lezen we, liet zijn bril liggen op de vloer in een museum en de mensen geloofden dat het kunst was. Eerlijk gezegd geloof ik het bericht niet. Stel, je zou niet de logische gedachte “hé, iemand is z’n bril kwijt” hebben en écht even denken dat het kunst was, dan kijkje of er een bordje is met de woorden “Zonder titel VI (1917). Marcel Duchamp. Metaal en glas.”
Toch draagt de anekdote, waar of niet, een belangrijk punt over: kunst is niet kunst omdat het van zichzelf kunst is, kunst is kunst omdat wij dat erin herkennen. Dezelfde boodschap wordt overgedragen in de verhalen, waarvan er talloze de ronde doen, dat schoonmakers een zeldzaam kunstwerk per ongeluk weggooiden. Ze hadden het kunstige niet herkend en zagen dus alleen een stapel hout of een urinoir of dertig reproducties van de Mona Lisa. Of denk aan de recente anekdote over een kunstkenner die meende dat een stuk keramiek heel oud was en er een hoge prijs aan toekende, tot hij werd geconfronteerd met het feit dat het was gemaakt door een leerlinge van een middelbare school.
Kunst wordt kunst als jij het erin ziet. Ik heb ooit iemand gefopt door te suggereren dat bovenstaande abstracte compositie van een lichtende cirkel, een donkere punt en een rechte lijn uit een museum voor eigentijdse kunst kwam, maar het is een foto die de Cassini-sonde vanaf Saturnus naar de aarde heeft gestuurd (details). Maar ook al zijn dit de planeet Saturnus, de maan Rhea en een ring: de foto is esthetisch aantrekkelijk en zou in een museum niet uit de toon vallen.
Al een jaar of twee maak ik daarover grapjes met Huub Eggen, die werkzaam is geweest in de wetenschapsvoorlichting en nu de sociale media gebruikt om mooie satellietfoto’s of foto’s van wolken te delen, vaak met een korte uitleg erbij. (Facebook, waar hij een pagina heeft, lijkt voor dit gebruik te zijn ontworpen.) Als hij een fraaie foto plaatst, dan schrijf ik er iets bij als “Ben je weer naar het Stedelijk Museum geweest?” Onlangs heb ik zelf deze gepost.
Je kunt het een “Compositie met gekleurde lijnen” noemen maar het is een tekening van snelwegknooppunt. Elke kleur geeft een andere verkeersstroom aan. Ik kan me voorstellen dat ergens in Nederland een kantoor is met grafiek als deze aan de muur. De grens tussen wetenschappelijke afbeeldingen en kunst, wil ik maar zeggen, is open.
Toen ik dit stukje schreef, dacht ik dat er iets heel leuks zou kunnen ontstaan door wetenschappelijke afbeeldingen te presenteren in het Stedelijk Museum en te kijken hoe mensen erop reageren. Niet om ze te foppen, maar om ze tonen dat ruwe – akkoord: enigszins bewerkte – data een eigen schoonheid kunnen hebben. Inmiddels heb ik van iemand gehoord dat het Museum Boijmans Van Beuningen in 2011 op hetzelfde idee is gekomen en een expositie “Schoonheid in de wetenschap” heeft gehad.
Dat laat onverlet dat ik vooruitzie naar suggesties in de comments, waar ik dan later nog eens over zal bloggen.
Ik zou me heel goed kunnen voorstellen dat de universiteitsmusea in Nederland eens gaan grasduinen in hun soms rijkgevulde depots, en daar dan ofwel ‘echte’ kunst, ofwel fraaie verbeeldingen van wetenschap, ofwel mooie apparatuur uit tevoorschijn halen en dat op een centrale plek in Nederland tonen, of misschien als reizende tentoonstelling aan de ‘belastingbetaler’ (wat heb ik toch een pokkenhekel aan dat woord) presenteren.
Gefeliciteerd trouwens met die prachtige recensie in de NRC!!
Er was een tijd dat kunsten en wetenschappen een verbond vormden – Leonardo da Vinci is een makkelijk voorbeeld. Gaandeweg zijn ze uit elkaar gegroeid totdat in de Romantiek de scheiding compleet werd. Anekdote: Architect Dudok ontwierp het stadhuis van Hilversum; een medewerker wees op het voltooide, in kleur uitgevoerde, grondplan op (mogelijk) ontbrekende wateraansluitingen in een of enkele ruimten. Dudok treuzelde niet en tekende alsnog de rode en blauwe lijnen in: “Zo, dat vervolmaakt de compositie” of woorden van gelijke strekking. Over de bril op de museumvloer, wat inderdaad op een hoax lijkt: Het is vaak de verwachting van de beschouwer/bezoeker waaraan voldaan wordt, die maakt dat iets tot geaccepteerde kunst bestempeld. Een prop papier op een sokkel in een museumtempel is in perceptie en waardering iets heel anders dan eenzelfde prop op straat of bij het recyclingsbedrijf. Sommige kunstenaars weten je leuk op het verkeerde been te zetten. Dat heeft al vaker tot ‘schandalen’ geleid. Gefeliciteerd met de recensie van Ancient History Magazine in NRC-Handelsblad.
In het preklinisch deel van de medische opleiding moesten we (eind jaren vijftig) regelmatig door microscopen turen en dan tekenen wat we zagen. Bij Plantkunde op zaterdagmorgen bijvoorbeeld sterk vergrote grasjes. Bij Histologie wel honderd verschillende weefsels in kleur, opdat we ze bij het tentamen zouden kunnen herkennen. Bij Embryologie zorgde de legendarische dr Trampusch voor doorsneden van talloze stadia van de Axolotl, op basis waarvan de ontwikkeling van het embryo leerden kennen.
Toen heb ik ook gedacht: later ga ik die beelden fotograferen en hang ik de resultaten aan de muur. Pure schoonheid. Voor mijn part ook: Kunst!
Henk dacht ik ook aan toen ik dit stukje las.
Wiskunde raakt kunst in de populaire fractalplaatjes.
Naar de wiskunde: https://en.wikipedia.org/wiki/Fractal#Common_techniques_for_generating_fractals
Naar de plaatjes: https://www.google.nl/search?q=fractals&tbm=isch
Scanning electron microscope (SEM) plaatjes op posterformaat hingen overal in het Natlab toen ik daar ooit begon. Dat is inmiddels kunst, een paar voorbeelden hier:
http://www.micronaut.ch/micronaut-2/
en daar:
http://fineartamerica.com/art/scanning+electron+microscope
En er zijn er veel meer
Tja, Pieter Stroobach. De electronenmicroscoop kan natuurlijk veel meer vergroten dan een eenvoudige lichtmicroscoop. Toch vind ik dat veel en groot niet altijd mooi is. Er blijft een selectiemechanisme werkzaam dat het echt mooie eruit haalt.
het ligt eraan wie we bedoelen met wij!
jan kroeze
Dertig jaar geleden hadden treinen wiskundige draadmodellen hangen als kunstwerken. Ik mocht er, niet verrassend, altijd graag naar kijken. Dit soort dingen, maar veel gecompliceerder:
http://www1.varendonck.nl/images/photo/olympiade.png
Heel aards misschien, maar er zijn mensen (en bedrijven) die fraaie bodemprofielen aan de muur hebben hangen.
@ Marcel Meijer Hof: Je schreef: “Het is vaak de verwachting van de beschouwer/bezoeker waaraan voldaan wordt, die maakt dat iets tot geaccepteerde kunst bestempeld [raakt].”
Zo’n formulering suggereert dat het een individu is die in isolement zijn/haar verwachting heeft ontwikkeld en toepast. Het sociale proces ‘daarachter’ raakt dan uit beeld: de hele industrie van kunstenaars, verzamelaars, galeriehouders, critici, kunsthandelaren enz. enz. die met en tegen elkaar discussiëren en vechten over wat ‘goede smaak’ en ‘echte kunst’ mag heten. Ze hebben niet allemaal evenveel macht om ‘de situatie te definiëren’… En die ‘hoaxes’ horen erbij.