De wikipedisering van het erfgoed

Jan van Goyen, De Waal bij Nijmegen (met kasteel)

Zomaar twee dingen die op het oog niets met elkaar hebben te maken. Eén: in Nijmegen bestaan plannen om de donjon te herbouwen van het kasteel dat ooit op het Valkhof heeft gestaan. Twee: er is geprotesteerd tegen het standbeeld van Jan Pieterszoon Coen in Hoorn, omdat die een vertegenwoordiger is van het Nederlandse kolonialisme.

Beide kwesties speelden betrekkelijk kort geleden en over beide horen we niet voor het eerst. Bij het Hoornse standbeeld staat al een paar jaar een bord met de tekst dat de waarden van Coen niet die zijn van onze eigen tijd en zolang ik me kan herinneren zijn er Nijmegenaren geweest die een kasteel willen hebben. De een wil een monument weg hebben, de ander wil een monument erbij hebben, en allebei vertegenwoordigen ze iets dat ik zou willen aanduiden als de Wikipedisering van het verleden.

Waarom zijn mensen geïnteresseerd in geschiedenis? Omdat het leuk is natuurlijk. Een enkele keer is het ook wel handig om iets meer van het verleden te weten. Sommige gebeurtenissen hebben immers nog altijd merkbare gevolgen, die we beter begrijpen als we de oorzaken doorgronden. Wie wil weten waarom de Iraniërs in 2011 de Britse ambassade in Teheran bestormden, doet er goed aan een boek te lezen over Mossadegh. Een andere waarde van het verleden is gelegen in het contrast met het heden: soms kun je de denkwereld van iemand uit het verleden reconstrueren, plaatsen tegenover de eigen denkwereld en zo je eigen gelijk wat relativeren.

Ik zeg er even bij – dat schijnt in deze tijd te moeten – dat het relativeren van het eigen gelijk niet wil zeggen dat je je eigen opvattingen in de uitverkoop doet. Het wil alleen zeggen dat je probeert je eigen ideeën te doorgronden en zelfkennis op te doen. Het lijkt me niet dat daar iets verkeerd aan is. Ik besprak hier bijvoorbeeld een tijdje geleden een boekje met brieven van Plinius de Jongere, die weliswaar slavenhouder was en dus opvattingen had die wij niet delen, maar wiens idee dat de vrijheid van de een mogelijk wordt door de onvrijheid van de ander nu ook weer niet helemáál onzinnig is.

Als het verleden schuurt, dan is het goed. Om een reactionair ideaal met instemming te vermelden: geschiedenis kan leerzaam zijn. Het is niet de allereerste rechtvaardiging van een belangstelling voor ons erfgoed (het genot is royaal voldoende); kennis van het verleden is zeker niet altijd belangrijk; kennis van het verleden kan ook contraproductief zijn; maar “je kunt er van leren” is geen onzin. Mits je het verleden accepteert zoals het is geweest.

En dat is wat me aan de twee voorbeelden stoort. Of je het leuk vindt of niet, dat beeld van Coen kun je niet weghalen zonder schade toe te brengen aan een plein dat historisch zo is gegroeid. Op het Valkhof ligt een mooi park, dat daar is aangelegd toen Nijmegen, door een kasteel te slopen, wilde aangeven het feodalisme achter zich te laten en volkssoevereiniteit en democratie te aanvaarden. Dat park is historisch net zozeer gegroeid als de Roode Steen in Hoorn.

Anders geformuleerd: je kunt mijns inziens niet zomaar historisch erfgoed weghalen dat je niet bevalt en je kunt niet zomaar toevoegen wat je nodig hebt. Erfgoed is geen Wikipedia waar je een limes aan toevoegt omdat je die in Engeland, Libië en Duitsland hebt gezien of waar je de Prins Bernhardlaan uit weghaalt omdat die man niet wilde deugen. Als je zoiets doet, pas je het verleden aan het heden aan, in plaats van dat je het verleden benut om het te laten schuren en ervan te leren. Terwijl verbazing, ontroering, verbijstering, ontzetting en dus verdieping van je kennis mogelijk zijn, gebruik je het erfgoed om je eigen ideeën te bevestigen.

Wikipedia-erfgoed: als dit is wat mensen van het verleden mee krijgen, leren ze in feite niet waarom erfgoed belangrijk is. Dan moet je er niet van opkijken dat ze het verleden gebruiken om doelen in het heden na te jagen. Het komt echt niet als verrassing dat het regeerakkoord voorschrijft dat kinderen les moeten krijgen over het Wilhelmus, verplicht naar het Rijksmuseum moeten en op hun achttiende een boekje dienen te krijgen over vroeger. Een boekje. In plaats van fatsoenlijk geschiedenisonderwijs. Dat is wat je krijgt als je het verleden beschouwt als verlengstuk van de eigen tijd.

Het baart me zorgen dat hooguit nog wat leerkrachten de moeite nemen echt te tonen wat geschiedenis is – een wetenschap met een eigen methode en met conclusies die enige intellectuele verdieping zouden kunnen bieden. Maar ja, dat is de middelbare school. Als je eenmaal volwassen bent, ben je met andere dingen bezig en pas als je wat ouder wordt en zelf wat geschiedenis krijgt, keert de historische belangstelling terug. Tot die tijd is erfgoed het enige dat verdieping zou kunnen bieden. Maar daar ligt dus het gevaar op de loer dat we het vooral in onze eigen ideeënwereld inpassen.

Het gevaar is dat we het onvoldoende laten schuren, waardoor niemand zal begrijpen wat we aan het verleden hebben en geen mens meer om zulke inzichten zal vragen. Weg werkgelegenheid. Zo roept de erfgoedsector dan dat andere aspect van het regeerakkoord over zichzelf af: dat wetenschappelijke studies als archeologie, geschiedenis en kunstgeschiedenis worden aangepakt omdat ze slecht aansluiten op de arbeidsmarkt.

Erfgoed moet geen Wikipedia worden. Het behoort te verontrusten en te tonen dat je wat aan het verleden hebt. Voor het overige ben ik van mening dat als ze werkelijk een kasteel op het Valkhof gaan bouwen, Nederland zich van Nijmegen moet afscheiden.

Deel dit:

13 gedachtes over “De wikipedisering van het erfgoed

  1. Dat Amsterdam een Disneyland ging worden, wisten toen er een comité kwam om het Paleis van Volksvlijt te verbouwen en de gemeente niet zei dat het gebouw van De Nederlandse Bank evengoed bij onze geschiedenis hoort. Erfgoed wordt steeds gemakkelijker aangepast aan de waan van de dag.

    1. Ja, dat is een goed voorbeeld. En de erfgoedsector zit klem tussen enerzijds kennis van zaken, die men natuurlijk heeft, en anderzijds burgerwensen. Ga je teveel naar het een, dan verlies je draagvlak; ga je naar het ander, dan wordt het een poppenhuis. De limes, die ik ook noemde, is overigens een voorbeeld van een poppenhuis dat niet is voortgekomen uit een burgerinitiatief; dat komt uit de erfgoedsector zelf voort, waar ze toch zouden moeten weten dat er iets niet in de haak is.

  2. Dat Nijmeegse kasteel zou in Tilburg gebouwd moeten worden. In Tilburg hebben we ook al een draaiend huis (waar je niet in kunt wonen) en een lichtgevende boot (waar je niet mee kunt varen), dus zo’n kasteel is een mooie aanvulling. Bovendien heeft Tilburg de grootste kermis van de Benelux en ligt het dicht bij De Efteling. Kortom: zet dat kasteel nou maar gewoon in Tilburg.

  3. jacob krekel

    Ik ben het helemaal eens met de strekking van dit stuk. Het Rijksmuseum dat oncorrecte titels van schilderijen verandert doet aan geschiedvervalsing. Maar het is niet nieuw
    Gisteren ging het over de natiestaat. Ook daar hebben onze historici in de 19e eeuw een beeld van Nederland geschapen dat voldeed aan de behoeften van de 19e eeuw, en dat is de voorraadkast van het vak vaderlandse geschiedenis geworden. Historici hebben in dit opzicht ongelofelijk veel kwaad aangericht, met hun (in vele landen voorkomende) versie van de geschiedenis dat “wij” omringd werden door snode, laaghartige vijanden, die ons onze onafhankelijkheid probeerden af te nemen, maar dat onze ongelofelijk dappere, edelmoedige en heldhaftige voorvaderen dat droeve lot hebben weten te keren (of niet, zoals in 1389 op het Kosovo Polje, maar dat is dan wel voer voor een moderne burgeroorlog).
    Dus historici, ga verder zoals hierboven aangegeven. Want nog steeds wil de rechtse politiek uw vak op deze wijze misbruiken.

    jacob krekel

  4. Ook de geschiedvervalsing zelf hoort bij de geschiedenis die nú geschreven wordt. Een herbouwd slot in Nijmegen zouden we over ’n eeuw dan typisch noemen voor de tijdsgeest van nu en om die reden willen laten staan. En omgekeerd: toen dat kasteel werd afgebroken zal er ook gemopperd zijn door mensen die zich niet in de tijdsgeest van hun tijd konden vinden, die kritische beschouwers van toen zouden nu misschien weer erg gelukkig worden van herbouw.

    Eigenlijk zou je ook kunnen zeggen: de behoefte die er nu is, aan een herbouwd kasteel of een herbouwd Paleis van Volksvlijt, moet je júist respecteren, want anders raakt die behoefte vergeten en hebben de generatie na ons ’n verkeerd beeld van onze tijd. Dat is pas geschiedsvervalsing.

      1. Ja, daar had ik even twijfels over je redenering Jona. Aan de ene kant zag je een ‘historische groei’ waar Nijmegenaren, door een kasteel te slopen, blijkbaar wilden aangeven het feodalisme achter zich te laten en volkssoevereiniteit en democratie te aanvaarden. Maar vervolgens claimde je dat men niet zomaar historisch erfgoed kan weghalen dat niet bevalt en vervolgens zomaar toevoegen wat men nodig heeft. Maar dat is dan toch precies wat overal gebeurt? men haalt weg wat niet bevalt en soms wordt er iets voor in de plaats gezet. Dat heet gewoon voortschrijdend inzicht en er is niets tegen in te brengen.

        Of het moet zijn dat, wat ik zelf beter vind, ook de namen van personen met een ‘fout’ verleden gewoon blijven waar ze zijn. Op hun sokkels, op hun bordjes. Nu hoef ik niet per se een Anton Mussertallee te hebben, maar van mij hoef je ook niet de ‘Coen’ van de tunnel te slopen. Dan kunnen we wel aan de gang blijven. Overigens heeft Utrecht vanwege de Coentunnel al banden met een actiegroep verbroken – je kunt ook te ver gaan. Discussie is beter dan Damnatio memoriae.

        Kasteel terug op het Valkhof? Prima, maar dan wel de laat-Romeinse versie graag. 😉

  5. Ton Spamer

    De meeste oude gebouwen in Nederlandse steden zijn niet gesloopt vanuit enige politieke overtuiging maar omdat ze bouwvallig waren of niet meer voldeden aan de smaak van de tijd. Dat kan dus geen reden zijn om tegen de herbouw van het kasteel op het Valkhof te zijn. Als het de belangstelling voor het verleden wakker maakt of ondersteunt, vooruit dan maar….

    Om ons schuldbewustzijn in stand te houden is het noodzakelijk om het beeld van Coen te laten staan met de duidelijke vermelding erbij dat het een hoogst ongepast beeld is. Dan pas leer je mensen om het verleden niet op zijn Wikipedisch te beoordelen.

    Overigens is Wikipedia voor veel mensen nog de enige manier om snel iets over het verleden te weten te komen. Laten we het kind niet met het badwater weggooien. Verbeter daarom Wikipedia waar je maar kunt. Dat is ook een taak van ons historici.

  6. Manfred

    Geverherbouw van een kasteeltoren lijkt me prima mits voorzien van een passende historische context. En dat is die van de aanval, belegering, plundering, moord en verkrachting en vervanging van het lokale bestuur door vazallen. Als Amsterdammer lijken me Nijmegen en Tilburg daarvoor beiden geschikt.

  7. Henk Smout

    Gezeur!! Aan Wikipedia wordt voortdurend door een veelheid van medewerkers gesleuteld. Je kunt oude versies van artikelen afroepen en veelal discussies over het onderwerp, of hetzelfde onderwerp anders behandeld in andere talen. Ja, er staan ook weleens hardnekkige fouten in. Van sommige kan het een tijdje duren, voor ze worden gecorrigeerd. Van andere zal het wel nooit gebeuren. Dat verschilt toch niet van de selectie en foutenmakerij die in papieren naslagwerken is aan te treffen. Es schleppen sich die falschen Daten wie eine ewige Krankheit fort. Daar zijn potsierlijke voorbeelden van te geven. Wat wil je nou toch?

  8. Knotwilg

    De wikipidisering van ons erfgoed … Het klinkt als een aanklacht tegen de benadering van ons erfgoed maar het is in feite een uithaal naar Wikipedia. Als ik het goed begrijp gaat de klacht niet over het waarheidsgehalte maar over de drang naar synthese en de waarachtigheid in onze huidige context.
    Puttend uit mijn vakgebied: ook de wiskunde heeft zijn geschiedenis. Wie niet beter weet, denkt wellicht dat Galileo al beschikte over algebra. Neen: hij schreef zijn vrgelijkingen voluit in tekst. Een heel mondvol. Gelukkig bespreken wij vandaag zijn vondsten op het vlak van fysica met de wiskunde van na zijn tijd. Hierdoor weten onze zestienjarigen niet alleen zo veel als Galileo, maar is hun wetenschappelijk vermogen het product van Galileo en Euler.
    Mutatis mutandis wil ik ook wel weten wat er zich in de oudheid wellicht heeft afgespeeld, door herodotos en Tacitus te vermengen met ons tekstkritisch vermogen van vandaag, gevoed door alle wetenschappelijke inzichten sindsdien.
    Of was dat niet de klacht?

    1. Mijn klacht is vooral dat je, met het hap-snap weghalen/toevoegen (zoals bij het bewerken in de Wikipedia), de dialoog die je met het verleden kunt hebben, beëindigt. Je haalt een “schurend” standbeeld of een straatnaam weg, je voegt iets toe: in het ene geval verwijder je je gesprekspartner, in het andere geval bepaal je wat het erfgoed dient uit te dragen. Je gebruikt het verleden dan niet meer om van te leren.

Reacties zijn gesloten.