Aion

Aion-mozaïek (Munchen, glyptotheek)

Het bovenstaande mozaïek fotografeerde ik in de glyptotheek, het sculptuurmuseum, van München. Dat is een van de mooiste collecties ter wereld, maar wat dat mozaïek er doet, weet ik ook niet: te midden van alle standbeelden valt het wat uit de toon. Je zou het hebben verwacht in de nabijgelegen Antikensammlung. Het is echter de moeite waard. Het is gevonden in Sentinum in Umbrië, een op zich onbeduidend stadje dat beroemd is omdat de Romeinen er in 295 v.Chr. een belangrijke veldslag wonnen.

De afbeelding is van een type waarvan er in de derde eeuw na Chr. dertien gingen in het Romeinse dozijn. Rechtsonder zit een vruchtbaarheidsgodin met vier kinderen, die de jaargetijden representeren. Verder ziet u Aion staan, de personificatie van de eeuwigheid, met een soort hoepel in de hand waarop de tekens staan van de dierenriem. Kortom, een afbeelding van de eeuwige wederkeer der seizoenen.

Mijn Amerikaanse vriend Bill Thayer, de webmaster van LacusCurtius, zag er iets grappigs aan. Als je kijkt naar de linkerkant van de hoepel, dan zie je acht symbolen van de dierenriem: van boven naar beneden Steenbok, Waterman, Vissen, een onduidelijk teken, Tweeling, Kreeft, Leeuw, Maagd. En dat is vreemd want tussen Vissen en Tweelingen zitten twee sterrenbeelden: Ram en Stier. Er is dus iets verkeerd gegaan.

Aan de andere kant, rechts, zouden van onder naar boven Weegschaal, Schorpioen en Boogschutter te zien moeten zijn. Er zijn echter vier tekens: een galopperende viervoeter, Boogschutter, een staand figuur en Schorpioen. Misschien is de galopperende viervoeter de Ram of de Stier en misschien heeft de staande figuur een weegschaal vast, maar een normale dierenriem is dit niet.

Er zijn twee mogelijkheden: het is bedoeld of onbedoeld. Als het met opzet zo is gemaakt, zal hier een astrologische boodschap aanwezig zijn die in elk geval ik niet begrijp. Maar het kan ook zijn dat de mozaïeklegger zich gewoon heeft vergist. Een mooie parallel is dan het Pyramus-mozaïek in Pafos, waar ik eerder dit jaar over heb geblogd.

[Dit was de 248e aflevering in mijn reeks museumstukken; een overzicht is hier.]

Deel dit:

9 gedachtes over “Aion

  1. Inderdaad, die soort hoepel is een ring van Moebius (heeft dus maar één zijde). Komt dat vaker voor op antieke afbeeldingen? IWikipedia stelt dat het ding pas in de 19e eeuw ontdekt zou zijn.

  2. Misschien is het onduidelijke teken wel de oorzaak van het probleem. Het is óf een ram óf een stier. Dat is wel duidelijk als je het mozaïek in hoge resolutie bekijkt (zie Wikimedia Commons). Wellicht dacht de mozaïekmaker dat zijn collega al een stier had gemaakt en is hij toen verdergegaan met de tweelingen. Laten kwamen ze er achter dat ze een dier vergeten waren en dat kwam vervolgens aan de andere kant. Ik zou echter niet uitsluiten dat de formeel verkeerde volgorde hier een betekenis heeft, want Aion houdt waarschijnlijk bewust het teken ‘vissen’ vast om de lente aan te geven. Daar wijst de aanwezigheid van de vruchtbaarheidsgodin, c.q. Tellus, ook op.

    Pafos, waar je naar verwijst, heeft trouwens ook een huis van Aion. Je zult het gezien hebben. Aion zelf is daar aanwezig in het immense vloermozaïek. Helaas zie je alleen zijn hoofd en staf. Als er ooit al een wiel met tekens van de dierenriem aanwezig was, is het nu verdwenen.

  3. Het is natuurlijk geen direct bewijs, maar er werden bij het vervaardigen van kunst wel vaker fouten gemaakt. Ik geef enkele voorbeelden waarbij dat mogelijk het geval is:

    1. Het Baptisterium van de Arianen in Ravenna. Het heeft een mooi plafondmozaïek van een doop van Christus met daaromheen de apostelen, maar er is iets raars mee aan de hand. Je kunt er alleen naar kijken met óf Christus op z’n kop óf de lege troon op z’n kop. Er zijn geleerden die ervan uitgaan dat dit de bedoeling was, zodat de priester de ene afbeelding correct zag en de te dopen man of vrouw de andere, maar een alternatieve verklaring is dat de mozaïekmakers gewoon geblunderd hebben, daar halverwege achterkwamen en het toen maar afgemaakt hebben.

    2. De Santa Maria della Grazie in Grado. Deze kerk heeft nog een stukje mozaïekvloer uit de late vierde, vroege vijfde eeuw. Die vloer is gesponsord door de gelovigen, die in mozaïek hebben aangegeven voor hoeveel ‘pedes’ ze betaald hebben. Curieus is dat de maker van de vloer de naam van Felix verkeerd schreef. Er staat namelijk ‘Felex’. Wel gebruikte hij de correcte werkwoordsvorm ‘fecit’. Daarboven staat dat ook ene Sambo enkele ‘pedes’ heeft gesponsord. Bij hem staat echter ‘fecet’. Nu valt zeker te verdedigen dat er toen geen vaste spelling bestond, maar de twee verschillen onder elkaar vallen wel op.

    3. Een vijftiende-eeuwse paneelschildering in het Santuario della Madonna delle Grazie al Sasso, ten noorden van Florence. De schilder heeft Johannes de Doper geschilderd met een boekrol waarop hij de tekst uit het Evangelie van Johannes ECCE AGNUS DEI wilde schrijven. Er staat echter ECCE ANG, G en N omgedraaid. Daarna heeft de schilder de boekrol niet meer afgemaakt. Die verdwijnt ergens achter de rug van Johannes.

    4. De Sant’Ambrogio in Milaan. De kerk heeft een prachtig apsismozaïek. Hoe oud het precies is, is moeilijk te zeggen. Waarschijnlijk was er al een versiering in de tijd van Ambrosius zelf, maar het mozaïek dateert qua stijl eerder uit de vroege dertiende eeuw. Het is na de Tweede Wereldoorlog zwaar gerestaureerd, want toen liep de kerk grote schade op als gevolg van een bombardement. Curieus is de mengeling van Griekse en Latijnse tekst op het mozaïek. Nog curieuzer is dat de Griekse tekst nogal wat fouten lijkt te bevatten. Er had Ο BΑΣΙΛΕΥΣ ΤΗΣ ΔΟΞΗΣ moeten staan, maar de mozaïekmaker heeft twee keer een verkeerde klinker gebruikt (iota in plaats van eta in ΤΗΣ en omega in plaats van omikron in ΔΟΞΗΣ). De kennis van het Grieks zal toen, begin dertiende eeuw, niet groot zijn geweest.

    1. Theo Joppe

      Misschien is het Grieks in het Sant’Ambrogio-mozaiek juist wel typerend voor het begin van de dertiende eeuw. Vrijwel niemand kende meer Grieks in Italië, maar na 1204 (verovering van Constantinopel!) zie je daar heel soms weer even wat Byzantijns geïnspireerde dingen — bijvoorbeeld een fantastische gekruisigde Christus, nu in het Nationaal Museum van Pisa. Je kunt je voorstellen dat er Griekse handwerkslieden, misschien tijdelijk, naar het Westen kwamen. De mozaïekmaker kende, denk ik, wel degelijk Grieks maar hij schreef het zoals hij het sprak (want of hij echt kon lezen is natuurlijk altijd de vraag): vandaar de iota in plaats van de eta.

      1. Terechte opmerking. ‘Spelfout’ is in deze context een relatief begrip. Dat geldt evengoed voor ‘Felex’ en ‘Batavos’ (zie eerdere post van Jona hierover). Bij het Sant’Ambrogio-mozaïek kan het inderdaad gaan om een fonetische weergave van de tekst. Wij zijn geneigd het een spelfout te noemen, maar voor een dertiende-eeuwer hoefde dat niet zo te zijn (ik was te meer geneigd het als spelfout te zien omdat het me ongelooflijk veel tijd kostte om te ontcijferen wat er nu eigenlijk stond). Er staan trouwens nog twee ‘fouten’ in de tekst: er is een sigma weggevallen achter ‘basileus’ en in Δόξης is de ksi vervangen door een dzeta.

        De geschiedenis van het mozaïek is helaas niet zo goed gedocumenteerd, dus het is lastig te zeggen of in de dertiende eeuw nu een heel nieuwe voorstelling werd gemaakt met nieuwe teksten of dat een bestaand mozaïek werd vernieuwd dan wel opnieuw gelegd. De tekst Ο BΑΣΙΛΕΥΣ ΤΗΣ ΔΟΞΗΣ – Koning van de Glorie – is wel uitzonderlijk in een Rooms-Katholieke Kerk, heb ik me laten vertellen. Het is een tekst die uit het Oosterse christendom afkomstig is. In die zin zou je een link met Constantinopel kunnen leggen, al zie ik die bij Milaan minder snel dan bij een stad als Venetië, dat immers medeverantwoordelijk was voor ‘1204’ en volstaat met geroofde Byzantijnse kunst.

        1. Theo Joppe

          Het lijkt me eerder dat de merkwaardige Griekse uitdrukking Ο BΑΣΙΛΕΥΣ ΤΗΣ ΔΟΞΗΣ een regelrechte (zij het ietwat scholastische) vertaling is van “Rex gloriae” — en die was al sinds eeuwen gemeengoed in het westerse christendom. Het zou, zeker na het schisma, toch wel behoorlijk ketters zijn geweest Oosters-orthodoxe termen te gebruiken in een Italiaanse kerk! Maar ik ben geen byzantinoloog of theoloog, dus ik ruil mijn mening graag in voor een andere. Er is nog zoveel dat we niet weten over deze periode…

          1. Dat is een uitstekende hint, Theo! “Rex gloriae” komt voor in het Te Deum (“Tu Rex gloriae Christe”) en het Te Deum wordt – ten onrechte overigens – toegeschreven aan Ambrosius. Niet alleen is de Sant’Ambrogio gewijd aan Ambrosius, de heilige ligt er ook begraven in de crypte. De tekst in het apsismozaïek is dus heel goed te koppelen aan Ambrosius. Blijft over de vraag waarom die tekst in het Grieks is. Het is wel zo dat in de dertiende eeuw veel mozaïekkunstenaars uit het Griekstalige Byzantijnse Rijk afkomstig waren (dat was in elk geval in Venetië het geval), maar op het mozaïek staan ook teksten in het Latijn. Het blijft een mysterie dus, maar dankzij jouw hint zijn we wel weer een stapje verder. Dank daarvoor!

  4. De Möbiusring was al bekend in de Oudheid. En er zijn zeker nog meer voorbeelden van kunst te zien die Möbiusringen bevatten.
    Zie het zeer interessante artikel:
    https://arxiv.org/pdf/1609.07779.pdf
    Daarin wordt uitgebreid ingegaan op wat je over dat mozaïek uit Sentinum zegt, Jona.
    Aan gerdien en Casper: Möbius is de grondlegger van de wiskundige beschrijving van dergelijke structuur. In dat opzicht kun je m.i. moeilijk spreken van een ontdekking, want in de oudheid werden ze al afgebeeld. De Engelse Wikipedia noemt het ook een discovery, maar werkt de wiskunde eromheen dieper uit (voor de liefhebbers onder ons).

Reacties zijn gesloten.