Ach ja. Daar is de boekenbranche weer

De boekenbranche, ach ja. Ik kan een nieuwe medische techniek over het hoofd hebben gezien, maar voor zover ik weet heeft iedereen een moeder en ik denk dat iedereen ook wel een beeld heeft bij wat moeders doen, presteren, verlangen, kunnen, nalaten, aanrichten, maken, bereiken, vermogen. Daar kun je een boek over schrijven, daar kun je een Boekenweek aan wijden en daar kun je dan een naam als “De moeder, de vrouw” aan geven. Het is allemaal extreem voorspelbaar, maar zulke dingen kun je doen.

Dan zoek je iemand die een Boekenweekgeschenk schrijft en iemand die een Boekenweekessay schrijft en dat zijn dan twee mannen. Dat kun je doen. En dan krijg je kritiek dat het weer twee mannen zijn die moeten schrijven over vrouwen. Want vrouwen zijn ondervertegenwoordigd.

Ja. Is waar. Is niet goed. Is ook bekend. En ik ben er niet gelukkig mee.

Maar om terug te komen op de Boekenweek: een voorspelbaar thema lokt een voorspelbare reactie uit. Het illustreert hoe ontzettend eenzijdig het literaire leven is geworden. Wie geïnteresseerd is in originaliteit, in nieuwe ideeën, in een werkelijk brede en rijke cultuur, heeft weinig meer aan de boekenbranche.

***

En ook dit stukje is voorspelbaar, want ik heb natuurlijk al eens eerder gewezen op de culturele kaalslag die het gevolg is van het verkoopmodel in de boekenbranche.

Deel dit:

10 gedachtes over “Ach ja. Daar is de boekenbranche weer

  1. Frans

    Inderdaad ja, je kon erop wachten. Ik hoop alleen dat het CPNB voet bij stuk houdt en niet ineens het hele thema gaat veranderen om een paar op hun teentjes getrapte zeurpieten hun zin te geven. Als het thema “de vader, de man” was geweest, had je niemand gehoord.

    1. Ik vind het geen op hun teentjes getrapte zeurpieten. Ze hebben een punt. Het probleem is dat we dat punt allang kennen.

      De boekenbranche is, net als de wetenschap en de culturele sector, onderdeel van het grote probleem van onze samenleving: dat goede ideeën voortdurend afleggen tegen slechte.

    2. Jo Radersma

      Lees deze reactie van Mariët Meester op Facebook nu maar eens, dan snap je ’t misschien (een beetje)…

      Nog krap negen maanden, dan is het weer Boekenweek. Ik heb dus een gewéldig weekend gehad. Als alles meezit zal ik tijdens het Boekenbal van 2019 kunnen aantreden op een manier die past bij het thema ‘De moeder de vrouw’. En dan geef ik de mannen stof om mijn rol in het leven te bezingen.
      Cynisch? Inderdaad. Maar er zit iets fundamenteel fout. Terwijl ik afgelopen vrijdag nog bezig was het thema te laten bezinken, begon ik de boekenbijlage van mijn krant te lezen. De eerste twee boeken die werden besproken waren geschreven door een man. Het derde, vierde, vijfde, zesde, zevende en achtste boek dat werd besproken was ook geschreven door een man, evenals het negende. Er volgden een tiende, elfde en twaalfde bespreking: ook van boeken door een man. En toen kwam er dan toch een bespreking van een boek van een vrouwelijke auteur. De titel luidde ‘Sonja’s zoon’. Het boek ging over een mannelijke schrijver.
      Toch een tikje opgefleurd bladerde ik verder, om te stuiten op de veertiende, vijftiende en zestiende bespreking, die ook over boeken van een man gingen. Evenals de zeventiende, achttiende en negentiende. De drie boeken in de ramsjrubriek sloeg ik over – al waren die ook geschreven door een man – en ja! De boekenbijlage van mijn krant eindigde met een interview met een vrouwelijke auteur.
      Er moet iets veranderen, er moet dringend iets veranderen. De groslijst van de Libris Literatuur Prijs 2018 bestond uit 227 boeken. Als ik de bijdrage van een vrouw die samen met een man een boek schreef als een halve titel meetel, zijn 95,5 van die 227 boeken door een vrouw geschreven. Dat is 42 procent. Volgens mij kan dat niets anders betekenen dan dat ongeveer dat percentage van de boekbesprekingen over een boek van een vrouw zou moeten gaan.
      Mijn voorstel aan mijn vrouwelijke collega’s is om de komende negen maanden zwanger te zijn van actie.

  2. FrankB

    Toen ik er ergens anders over las had ik dan ook een typische reactie: ik haalde mijn schouders op.

  3. Gherardus Havingha

    Waarom alleen maar polarisatie op man-vrouw?
    Je zou dat dan ook op lengte, haarkleur, woonplaats (Amsterdam?, Randstad?), afkomst, oogkleur, geaardheid, sociale klasse, woningtype, autobezit, getrouwd, gescheiden, vrijgezel, weduwe, aantal kinderen, gehandicapt (ja/nee), inkomen, enzovoort enzovoort moeten doen.
    Probeer dat dan maar lekker allemaal gelijk te trekken!

  4. jan kroeze

    Goede ideeen leggen het af tegen slechte, ik heb geen illusies in dit veband.
    Het was altijd al zo en het zal vermoed ik altijd zo blijven.
    Mensen die daar gelukkig nog iets aan willen blijven druppeltjes op hete platen.
    Maar ben wel heel erg blij dat die mensen er zijn!!!

    1. FrankB

      “Het was altijd al zo”
      Altijd?
      Hebben Oerknal en golf-deeltje dualiteit het afgelegd tegen Hoyle’s resp. Schrödinger spotternijen? Dat is nieuw voor me.

  5. Roger van Bever

    Er is m.i. nóg een perverse kant aan het beleid van het CPNB: het boekenweekgeschenk, dat dan bij het ’thema’ van dat jaar moet passen. Daarvoor wordt iedereen die enigszins van boeken houdt, al een jaar van tevoor lekker gemaakt. Het doet mij enigszins denken aan de slogan die je vroeger vaak op de STER-reclame hoorde: Het (het product) is niet voor niets goedgekeurd door de Nederlandse Vereniging voor Huisvrouwen.
    De CPNB scoort met deze actie, vooral als ze gekoppeld is aan een gratis reisje met de NS, heel hoog bij het publiek, ook bij lieden die weinig lezen. Voor een luttel bedrag een Nederlandstalig boek aanschaffen, een extra boek gratis, en gratis door het land reizen is heel aantrekkelijk zowel voor de koper. Althans … zo lijkt het. Dat de CPNB voor zijn achterban marketing bedrijft, daar is niets mis mee. Daar zijn ze voor.
    Maar wat jij zegt, Jona, is ook waar. Het is allemaal zo voorspelbaar! Ook de in mijn ogen vrij banale thema’s van de Boekenweek.
    Er zit ook een onrechtvaardigheid in de keuze van de auteurs die het boekenweekgeschenk mogen schrijven. Het zijn meestal mensen die al gemakkelijk van hun pen kunnen leven. Het schrijven van het boekenweekgeschenk houdt weinig risico in, want als het een goed boek is, zal de kassa nog meer gaan rinkelen, is het minder goed dan wordt het hun vergeven, want iedereen heeft wel eens een minder moment. Intussen zijn wel bijna 1 miljoen mensen met de naam van de schrijver bekend, dus deze raakt nog meer bekend. Het is voor mij een raadsel hoe het het CPNB tot deze ‘uitverkiezing’ komt. Verder zijn er ook rare dingen gebeurd in het verleden. Zo werd het ‘geschenk’ een tijd geleden in het Engels geschreven door Salman Rushdie. En het is ook zo klaar als een klontje dat de Vlamingen onderbedeeld zijn.
    En dan dat Boekenbal, je reinste incrowd.

    Wat Mariët Meester beschrijft zijn feiten, geen oorzaken. En het doet mij meer aan een complottheorie denken dan aan de werkelijkheid!

Reacties zijn gesloten.