Doornik

De kathedraal van Doornik

Doornik, daar wilde ik altijd al eens naartoe. Even in heel grote stappen heel snel thuis: het Romeinse gezag implodeerde in de vroege vijfde eeuw en lokale heersers namen de macht over. Velen van hen hadden voorouders in het Overrijnse, maar ze waren loyale dienaren van de keizer. Aanvankelijk zullen ze hebben verwacht dat het Romeinse staatsapparaat zich zou herstellen maar na pakweg 430 moet duidelijk zijn geweest dat het niet zo zou zijn.

Wie waren ze nu? Waren ze Romeinen, in de steek gelaten door de centrale overheid? Waren ze Franken? Of nog iets anders? In elk geval waren ze op zichzelf aangewezen en moeten er netwerken zijn ontstaan van samenwerkende leiders. Die netwerken konden overigens nog steeds door de Romeinse keizer worden aangestuurd: keizer Majorianus (r.457-461) betaalde via een tussenpersoon, Aegidius, forse bedragen aan de Frankische vorst Childerik, die er lokale heren mee wierf. (De enkele jaren geleden ontdekte Schat van Lienden is op dit punt relevant.) Majorianus’ poging het gezag in Gallië te herstellen liep op niets uit en de feitelijke winnaar was Childerik, die met Romeins geld zijn volgelingen verder aan zich had gebonden.

Turnacum

Zegelring van Childerik (replica; Römisch-Germanisches Zentralmuseum, Mainz)

Childeriks hoofdstad was Doornik, Turnacum, in het westen van het huidige België. Zijn zoon Chlodovech (“Clovis”) zou hem daar in 481 een indrukwekkende begraving geven naast een kerkje dat tegenwoordig is vernoemd naar zijn bouwheer, Brixius van Tours. Dit graf is in 1653 bij de verbouwing van de pastorie teruggevonden en voor die tijd goed gedocumenteerd. Hier ontstond iets dat op archeologie begon te lijken. De voorwerpen zijn er helaas niet meer, want ze zijn in 1831 gestolen. Ik blogde er al eens over.

Kortom, Doornik is een van de steden waar na het einde van de Grieks-Romeinse wereld het nieuwe Europa begon te ontstaan. Het is een van de steden waar de archeologie haar wortels heeft. En daarom wilde ik er al ruim twintig jaar eens naartoe.

Niets te zien

Vrijdagavond ben ik er aangekomen en zaterdag heb ik er een hele dag rondgewandeld. Mijn goede gevoel bleef bewaard en dat wil wat zeggen, want ik heb precies niets gezien van wat ik wilde zien.

Het archeologisch museum was gesloten. De twee kerken met Merovingisch erfgoed, de Sint-Piatus en de Sint-Brixius, waren allebei dicht. De corona houdt ook hier huis en de Belgen nemen geen halve maatregelen. De beroemde kathedraal met haar vijf torens, waar de romaanse bouwstijl zó gedurfd was dat het overging in gotiek, was wel open. Alleen waren daar restauratiewerkzaamheden. Het schilderij van Rubens dat ik hoopte te zien, was ook naar een restauratie-atelier. De schatkamer? Gesloten.

Dat kan beter

Was er dan misschien bij de pastorie van de Sint-Brixius een informatiebord dat eraan herinnerde dat hier een belangrijke archeologische ontdekking was gedaan? Vooruit, er wás iets te zien, maar zoals u hierboven leest, was het niet bepaald geweldig. Zelfs de naam van de hier begraven vorst ontbreekt. Even verderop was wel een café “Au roy Childéric”. Dat is alles wat ik kon ontdekken.

Van de voornaamste Romeinse ruïne, een kleine stadspoort, verwachtte ik inmiddels dat die wel in de steigers zou staan, maar dat viel mee. Het was echter de wandeling bepaald niet waard.

Romeinse stadspoort

Mosselen

Toch was het een geslaagde dag. In de kerken die wel toegankelijk waren, heb ik leuke dingen gefotografeerd, zoals in de pelgrimskerk voor Sint-Jacobus. Hier was de grafsteen van een voorname Franse magistraat die naar Doornik was gevlucht toen de Franse Revolutie was begonnen. De man moet, zeker na de tocht naar Versailles, hebben ingezien dat de toekomst in Parijs behoorde aan hitsers als Marat en Hébert en de Sansculotten (vrij vertaald: Gele Hesjes). Daarom bracht hij zich in Doornik in veiligheid. Hij zal een rol hebben gespeeld in het netwerk van contrarevolutionairen rond Brussel, maar overleed in 1792. Non habebis ossa eius, ingrata patria, “Je zult zijn gebeente niet hebben, ondankbaar vaderland”.

Graf van Antoine Louis Séguier

Van dat soort kleine details kan ik enorm genieten, net als van de belfort, de romaanse huizen, de middeleeuwse stadstorens, de waterpoort. Er was ook een gezellige markt, waar ik kleren heb gekocht en koffie gedronken. Au roy Childéric heb ik de eerste mosselen van het jaar gegeten. Kortom, ik heb met volle teugen genoten, wat ook zal komen doordat drie dagen fietsen me goed doet. En Doornik is een stad om nog eens terug te komen, als de corona-crisis voorbij is.

Deel dit:

35 gedachtes over “Doornik

  1. Dirk

    Het belfort. Is dat een typefout of een Vlaams-Nederlands verschil? Henegouwen is niet de grote toeristische trekpleister in Vlaamse geesten (Chimay uitgezonderd), maar je reeks doet wel zin krijgen.

    1. Jeroen

      Ik ben zo Hollands als een haring in een klomp, maar ik ga eerlijk ook voor Het Belfort…

    2. FrankB

      De Van Dale online vermeldt geen belfort en de enige andere bron (geen Van Dale, dus onbetrouwbaar) heeft ook “het”.
      Zouden jullie Vlamingen hoe dan ook niet de voorkeur geven aan hallentoren?

        1. Tommy Heyman

          Of Ieper… 😉 Ik denk dat de term belfort beter uitdrukt waar het intrinsiek om gaat; deze ontstonden stilaan op het einde van het feodalisme , toen de steden een keure kregen, een charter met de vrijheden van de stad en waarin de eigen jurisdictie stand gestipuleerd… Deze vrijheden, dit document, weten charter, werden bewaard in het belfort. Maar het was dus ook een versterkte wachttoren (“fort”) in essentie met klokken (bel) die de gemeentenaren en poorters van de stad opriepen wanneer er onraad van buitenaf dreigde, bvb een naderend leger…. In Italië is er een soortgelijk fenomeen, daar de Italiaanse stadstaten net als de Vlaamse steden al vroeg in Europa (11de-12de eeuw) vrijheden kregen…. In Italië, wanneer de patriciërs door de klokken werden opgeroepen hun wapenen te verzamelen en zich klaar te maken voor de strijd, werd er ook geroepen: all’arme!! Naar de wapenen!! Vandaar ons woordje ‘alarm’….

  2. Tommy Heyman

    Doornik is idd meer dan de moeite waard en het archeologisch museumpje, zij het dat het in een schabouwelijke staat verkeert, de info uiterst summier is en je over wat achtergrondkennis moet beschikken om de collectie te kunnen smaken, zoude ik zeggen, een terugkeer meer dan waard! De kathedraal is men al zo lang aan het restaureren, sinds mijn bezoekjes aan Doornik in 2004, heb ik nog nooit het koor kunnen aanschouwen in volle glorie daar het steeds is afgezet met stellingen… De trésorie van de kathedraal herbergt prachtige middeleeuwse kunstwerken, waaronder een prachtig Maria beeldje uit de hooggotiek en een sublieme châsse réliquaire van Nicolaas van Verdun, om maar toppers te noemen… Maar bvb ook een kazuifel als relikwie van Thomas Becker… Een aantal jaren her is er een verschrikkelijke diefstal gebeurd van een prachtig byzantijns kruis, dat nog steeds zoek is…. In de kerk Saint Quentin heb je dan weer een prachtige Annunciatie groep van Jean Delemer… Die nav de grote overzichtstentoonstelling van Rogier van der Weyden in 2009 werd gerestaureerd… Rogier kwam van Doornik, werkte in het atelier van Robert Campin aldaar vooraleer actief te worden aan het hof van Filips de Goede en een leuk weetje: Hij heette toen Roger de le Pasture, dus een echte Belg avant la lettre, want dit is dus letterlijk “van der Weyden”…. Dan heb je nog het prachtige museum van schone kunsten, een gebouw ontworpen door Victor Horta met oa Manet, Monet, Van Gogh, Seurat, Rubens, Ensor, Gossaert en vele andere prachtige werken! Een stad met een enorme geschiedenis, jammer genoeg zouden ze hun bezienswaardigheden en patrimonium wat meer in de verf mogen zetten…

  3. Tommy Heyman

    Iets waar ik vandaag nog tranen zou kunnen voor laten is het jammere feit dat het immens rijke Doornikse archief in 1940 werd gebombardeerd door “les sales boches”, de Duitsers zoals ze toen werden genoemd…. Nogal een geluk dat die positivistische historici zoveel hebben getranscribeerd… In Doornik was ook de “abbaye de Saint Martin,” waar Gilles li Muisis, de abt van deze abdij in de veertiende eeuw op gevorderde leeftijd en blind zijnde in d tweede helft van de veertiend e eeuw de kroniek van zijn levenstijd dicteerde en laat dit nu net ook de periode van de pest zijn… Ik heb in mijn bibliotheek een transcriptie van de tekst uitgegeven door baron de Lettenhove in de negentiende eeuw in Moyen Français… Helaas bestaat er geen moderne uitgave van deze roerende tekst, zeker in deze wat vergelijkbare tijden… Wel zijn in vele ook recente historische werken stukken van de tekst vertaald…
    Het loont ook de moeite om eens naar bxl af te zakken in betere tijden en daar in het Paleis voor Schone Kunsten de sublieme Annunciatie van Robert Campin te gaan aanschouwen, naast natuurlijk vele andere onvergetelijke werken…. Enchanté! 😉

    1. FrankB

      “de Duitsers zoals ze toen werden genoemd”
      Verder naar het noorden geeft men de voorkeur aan “moffen”. Als domme Nederlander begrijp ik niet zo goed dat Vlamingen, die stoere voorvechters van de Nederlandse taal (en altijd het Groot Dictee winnen) zoveel Frans in hun schrijfsels verwerken. Niet dat ik er iets op tegen heb, maar zoals gezegd, ik begrijp het niet.
      Uw overvloedig gebruik van betekenisvolle puntjes (“….”) werken averechts – het doet afbreuk aan de betekenis van wat u schrijft en dat vind ik jammer.

      1. Tommy Heyman

        In Vlaanderen spreekt men ook over “de moffen”, maar in Doornik, dat Franstalig België is, spreekt men over “les boches”, of vroeger toch…. 😉 En Nederlanders gebruiken bvb ook “jus d’orange” of andere Franstalige woorden? Ik vind en beschouw dat eerder als een verrijking… En het Nederlands wordt zo al genoeg doorspekt met Engels…. 😊

        1. frayek

          Doornik Franstalig, is dat niet wat te kort door de bocht? Ik maakte die tocht eens in omgekeerde richting, eind 70er jaren. In Doornik kreeg ik in het Vlaams te horen dat een derde deel van de stad Nederlandstalig was. Mijn gesprekspartner vond dat Vlaanderen daar geen oog voor had, en was daar niet blij mee.

          1. Luc Vanbrabant

            Doornik mag dan een tijd de hoofdstad van Vlaanderen zijn geweest, maar vandaag de dag zal men met Nederlands niet ver geraken in de stad. Ik moet wel toegeven dat dit de laatste jaren een ietsje is verbeterd. Het toerismebureau bv. doet flink zijn best.

              1. Tommy Heyman

                Beste Jona, dit is idd zo; bij althans een deel van de jongere mensen is er een besef dat het best handig kan zijn om Nederlands te leren… Omgekeerd keldert de kennis van het Frans bij de Vlaamse jeugd met rasse schreden…

        2. FrankB

          Deze Nederlander geeft de voorkeur aan sinaasappelsap. U had beter chauffeur als voorbeeld kunnen gebruiken.

          “beschouw dat eerder als een verrijking”
          Alleen als er geen Nederlandse, Vlaamse of Surinaamse tegenhanger voor bestaat.
          Hoe dan ook, uw voorkeur voor …. is en blijft geen verrijking.

          1. Tommy Heyman

            Ik denk dat het wat eigen is aan mensen die in een meertalig land leven en (in het geval van België) de drie landstalen spreken… Zelf geef ik ook de voorkeur aan het gebruik van een Nederlands woord, ipv bvb een vermaledijd Engels leenwoord… Maar als je zoals ik op 3km van de ’taalgrens’ woont, en dagelijks Frans spreekt, gebeurt het wel eens dat ik eerder op de het Franse of Duitse equivalent kom en ik vind dat “überhaupt” niet erg… Het Brusselse dialect bvb, dat jammer genoeg bijna enkel nog door ouderen wordt gesproken, is een amalgaam van Nederlands en Frans… Als men bvb wil zeggen: “dat klopt niet” (“het is niet correct”), zegt men: ” ça ne kloppe pas” prachtige mengelmoes vind ik dat… En Jona wees er ook op, toen hij door het land van Herve trok, in een blogje van een aantal dagen geleden, ik citeer even: “Zoals je in Beiroet kunt horen dat ouders hun kinderen aansporen met “Jalla, mes enfants, let’s go”, zo kun je in het Belgische Kelmis horen dat iemand afscheid neemt met de woorden “Tschüss, mon chéri, I love you”.”
            Verder is onze taal -als deze gozer tenminste niet totaal mesjogge is- ook doorspekt met Jiddisch, maar ik ben geen bolleboos op dat vlak… 😉

  4. Tommy Heyman

    Verder had Doornik in de hoge middeleeuwen een belangrijk exportproduct, nl “les fonts baptismaux” of doopvonten in Doornikse Steen, waarin onder andere HET 😉 belfort en de kathedraal zijn opgetrokken…. Ze werden vervoerd over de Schelde en kenden een wijde verspreiding doorheen Europa, en in vele kathedralen en kerken in België, Engeland en Frankrijk…

    1. Medellín, 26 juli 2020

      @ Tommy Heyman

      Als ik de sector-analyse lees van de huidige exploitant van de groeve bij Doornik waar het door u genoemde gesteente gemijnd wordt, dan kunt u de door u gebezigde verleden tijd met gerust hart vervangen door de tegenwoordige én de toekomende tijd.
      (re: http://www.pierresetmarbres.be/le-secteur-de-la-roche/?L=4 ).

      (Eigendom: Heidelberg Cement Group, exploitant: Sagrex s.a.)

      Jona is er wellicht met een boog omheen gefietst, maar wat een spectaculair industrieel-landschap daar bij Doornik:

      http://www.pierresetmarbres.be/fileadmin/_processed_/csm_DSCF0037_a98b5855b7.jpg

  5. gmknepper

    Misschien een open deur, maar voor de zekerheid: “Non habebis ossa eius, ingrata patria“ is dus een variatie op het grafschrift van Scipio Africanus (die niet in Rome begraven wilde worden): “Ingrata patria, ne ossa quidem habebis” (‘ondankbaar vaderland, je zult zelfs mijn botten niet hebben’).

      1. Martin

        Hij was dus ook een verlicht verdediger van zijn religie. Zowel religieus als ook niet religieus. Tekenend voor die tijd.

    1. Tommy Heyman

      De Duitse militaire bevelhebber Alexander von Falkenhausen die bevoegd was voor België, werd in 1948 uitgeleverd aan België voor een proces… Hij werd veroordeeld met een gevangenisstraf van 12 jaar, omdat er ‘verzachtende omstandigheden’ werd na drie jaar vrijgelaten, na één derde van zijn straf… Bij de douane aan de grensovergang bij zijn terugkeer naar Duitsland schreef hij in het logboek aldaar”Ingrata Belgica, non possidebis ossa mea.”…

      1. Medellín, 26 juli 2020

        @ Tommy Heyman

        Nog even over Alexander von Falkenhausen.

        Een militair met een eerder traject in China, en die later door de Gestapo in België gevangengenomen Chinese dames en heren behulpzaam was die de nazi’s en de fascisten fors tegengewerkt hadden……

        http://en.people.cn/200505/10/eng20050510_184365.html

        En dan nog een, ik geef het toe, wat indirecte verwijzing over de rol van ¨buitenstaanders¨ die gelet op de huidige spanningen tussen de VS en de PRC saillant genoemd kan worden… de grote hoeveelheid US piloten die, zeker ook omwille van de veel betere arbeidsvoorwaarden in China, of vanwege eerdere teloor gegane liefdes, een groot deel van de beslissende slag aan de Japanse imperiale luchtmacht uitdeelde..

        https://edition.cnn.com/2020/07/21/asia/world-war-2-flying-tigers-intl-hnk-scli/index.html

        Hartelijke groet vanuit de meest Belgische stad van Latijns Amerika.

        JL

      1. Medellín, 27 juli 2020

        @ Jona Lendering

        En dan te beseffen dat hij aan het eind van zijn leven, na weduwnaar geworden te zijn, trouwde met Mme. Cécile Vent die hij tijdens zijn gevangenschap in België had leren kennen.

        Zij was een onderscheiden verzetsstrijdster in België.

        Hierbij nog een aandenken aan dat voor beiden, tweede huwelijk in Nassau.

        https://picclick.com/1960-Press-Photo-General-von-Falkenhausen-weds-Cecile-303589185408.html#&gid=1&pid=1

        (Nooit geweten dat NASS-AU te maken heeft met overdadige regenval… NASS, nou ja, vooruit, nat… en AU, weiland.

        Zoals hier niet zo ver vandaan het stadje Lloró, aan de Pacific-ocean kant, provincie Chocó.
        Het is volgens de cijfers de op één na natste plek op aarde.
        Lloró… van llorar… huilen.

        Het is om te huilen zo mooi, schreef, speelde en zong Maarten van R.)

  6. Luc Vanbrabant

    Van de abdij zijn nog enkele kelders te bezoeken, een beetje zoals de middeleeuwse kelder in het infohuis voor toeristen. Vooral Ronse is ook de moeite waard (het ligt er niet zo ver van) met zijn prachtige crypte. Voor Doornik met zijn oudste belfort van de lage landen kan ik wel informeren als het wat opschiet met die restauratie, maar ik vrees er voor. Heb je ook die grappige tekst opgemerkt onder de doorgang van de bisschoppen naar de kerk?

      1. Luc Vanbrabant

        Dat wordt een beetje moeilijk vanop het water en zonder mijn infoboeken of ergens nog een foto om correct te kunnen citeren, maar onder de doorgang van de bisschoppen naar de kerk staat in Latijn dat er op die plaats geen winden mogen worden gelaten. Vraag mij niet waarom.

        1. Tommy Heyman

          Haha, grappig; ik zal er de volgende keer zeker eens een kijkje gaan nemen… Ik had gezocht in de online fototheek van het koninklijk instituut vr kunstpatrimonium, maar jammer genoeg het opschrift niet teruggevonden… Dank voor de tip! 😉

          1. Tommy Heyman

            Beste Luc, ik had er bij Kikirpa bij eerste aanblik overheen gekeken: ik vond de tekst en een foto ervan toch terug; ziehier de link: http://balat.kikirpa.be/object/10061212

            “Sordide qui sentis ventrem longius absiste quoniam sacer est locus iste cui stomachis turget fetidus eolus urget non hic se purget quia non sine verbere surget.”

            😉

  7. France Lejeune

    Je kan bij een bezoek aan Doornik combineren met Lessines, en zijn Hopital de la Rose. Niet meer zo boeiend als enkele jaren geleden, nu het in ’toeristische staat’ is gebracht. Maar nog altijd indrukwekkend.

    1. Tommy Heyman

      Ja inderdaad, toch nog vrij mooi, de kruidentuin, en ook een aardige collectie met historisch medisch instrumentarium… Maar heet het hospitaal niet notre Dame à la rose?

Reacties zijn gesloten.