Brokerless kingdom

Dit beeldje staat bekend als “The young peasant” en komt uit Gadara – u weet wel, van de dwaas. Het is niet alleen interessant omdat het een boer afbeeldt, maar omdat het ook de Hollywood-mythe weerlegt dat de Joden en hun buren gekleed gingen zoals Arabieren in het Ottomaanse Rijk.

Het Onze Vader, waarover ik al vaker blogde (één, twee, drie), begint met – u raadt het al – het woord “vader”, abba. Er is wel beweerd dat dit iets was dat zo weinig parallellen heeft dat het echt op Jezus moet teruggaan. Dat is niet waar. De aanspreekvorm is in de apocriefe literatuur gedocumenteerd (Tobit 13.4, Sirach 23.1, 51.10). Ze is buiten het jodendom zelfs goed bekend. Tijdens de slag bij Kadesh riep Ramses II Amon aan als zijn vader. De Grieken noemden Zeus “vader van goden en mensen”. Ook de joodse charismaticus die bekendstaat als Honi de Cirkeltrekker, ging uit van een zoon-vader relatie. Uniek is de aanspreekvorm dus niet. Ze is echter wel significant.

Peasants

Het punt is dat de gelovige een directe relatie met God claimt. Dat klinkt na twee millennia christendom vanzelfsprekend, maar in het tempeljodendom was de normale gang van zaken dat iemand zich tot God richtte met een offer in de tempel. Dat gebeurt in het Onze Vader dus niet. Dat is enerzijds onverwacht, maar tegelijk precies wat we zouden verwachten. Jezus kwam namelijk uit Nazaret, dat wil zeggen van het platteland. Dit was de wereld van de peasants, de zelfvoorzienende kleine boeren. Mensen waarover we dankzij vergelijkingen met andere culturen wel het een en ander weten, zelfs als ze, zoals in Galilea, weinig op schrift hebben gesteld.

Peasants zijn, als hun samenleving aansluiting krijgt bij een grotere wereld, al snel in hun bestaanszekerheid bedreigd. De Galilese boeren hadden, om de Romeinse belasting te betalen, moeten omschakelen naar commerciële producten. De traditionele, zelfvoorzienende boer moest nu voor de markt produceren. Als zo iemand in de problemen raakte, zat hij ook meteen goed in de problemen, want hij kende de weg niet naar de Romeinse rechtbank. Hij had dus iemand nodig die hem zou helpen. Een middelaar of, om een jargonterm te gebruiken, een broker. Zo iemand legde er eer mee in “zijn” boeren te helpen en kon weleens een wederdienst vragen. Tot zover is het onschuldig, maar het moge duidelijk zijn dat de patroon-cliënt-relatie voor misbruik vatbaar was.

Brokerless kingdom

Wanneer peasants in opstand komen, is het een vrijwel ijzeren wet dat ze rechtstreeks contact willen met de vorst. Hem hebben ze immers nodig om maatregelen te nemen, en het liefst zonder broker. Het klassieke voorbeeld is de Engelse boerenopstand van in 1381: de ontevreden boeren wilden spreken met de jonge koning Richard II. Toen dat gebeurde, bleken hun eisen samen te vatten als het kortwieken van de uitbuiting door tussenpersonen. De boerenutopie is een brokerless kingdom. Ik kondigde het onderwerp vorige week al aan.

Een brokerless kingdom lijkt ook te zijn geweest wat Jezus zich voorstelde bij het Koninkrijk Gods. God zou persoonlijk de wereld komen besturen, als iemand bad of iets goeds deed in het verborgene, zou de hemelse vader het wel zien, en er was geen ruimte voor corrupte middelaars. Vandaar het aanspreken van God als vader: het is een manier om een obstakel tussen gelovige en god te slechten.

De chique tempelautoriteiten zullen dat lange tijd hebben aangezien met de gelatenheid van ervaren bestuurders. Ze kenden die boerenkinkels uit Galilea langer dan vandaag. Het zou ook dit keer wel overwaaien. Toen Jezus’ beweging echter enige omvang begon te krijgen en Jezus  onrust stookte op het tempelplein, was de tolerantie snel ten einde.

Honi de Cirkeltrekker

Nog even terug naar Honi de Cirkeltrekker. Het Misjna-traktaat Ta’anit bevat een anekdote over deze charismaticus, die u zo rond 70 v.Chr. moet plaatsen. Samengevat komt het erop neer dat men hem vroeg te bidden om regen. Daarop trok hij een cirkel en zei: “Uw kinderen kijken naar me, want ik ben voor u als een zoon. Ik zweer dat ik niet uit deze cirkel weg zal gaan totdat u uw kinderen helpt.” Dit is niet zomaar een kind-vader-relatie, dit is een kind dat weet hoe het zijn ouders onder druk kan zetten.

De frictie met de tempelautoriteiten blijkt uit het vervolg. Toen de regen was opgetrokken, hield een prins genaamd Simeon ben Shetah de charismaticus voor dat hij eigenlijk verbannen zou moeten worden. Het gebrek aan respect voor wat gangbaar was in het tempeljodendom, was eigenlijk te erg. Tegelijk erkende Simeon dat Honi, in al zijn schaamteloosheid, zich blijkbaar in Gods liefde mocht verheugen, dus het liep met een sisser af.

Met zijn eigen lijntje naar het hogere was Honi dus, net als Jezus (maar ook een Apollonios van Tyana) een concurrent voor de gevestigde eredienst. Honi kwam ermee weg doordat hij uiteindelijk kon rekenen op sympathie binnen de koninklijke familie. In Jezus’ tijd was zo’n autoriteit er niet langer. Hij had geen bescherming van hogerhand. Omdat hij ook nog had aangekondigd dat de laatsten de eersten zouden zijn en actie voerde op het tempelplein, was hij zijn leven niet zeker.

[Een overzicht van deze reeks is hier.]

Deel dit:

26 gedachtes over “Brokerless kingdom

  1. Jacob Krekel

    In de katholieke kerk is de kerk weer de tussenpersoon tussen gelovige en God en dat is al vrij snel zo geworden. In de reformatie is die tussenpersoon bij de calvinisten uitgeschakeld, de gelovige heeft daar een persoonlijke relatie met God. Of dat bij de luthersen ook zo is weet ik niet

    1. FrankB

      “de gelovige heeft daar een persoonlijke relatie met God”
      Och, Nldse calvinisten hebben daar ook wat op gevonden: sociale druk olv ouderlingen in een gesloten gemeenschap, zoals de halve Nldse literatuur uitgebreid en grotendeels stomvervelend beschrijft. En die bigotte mentaliteit zat er vanaf het begin in – Calvin tolereerde de persoonlijke relaties die vrouwen met God opbouwden bepaald niet. Het is geen toeval dat heksenjachten vanaf het begin van de Reformatie vooral in protestante landen plaatsvonden.
      Dat valt weer keurig samen met de conclusie van de Australische geschiedkundige Lyndal Roper: dankzij de Reformatie gingen vrouwen er op achteruit qua rechten en sociale positie.

    2. Frans Buijs

      Ik denk dat ieder geloof zo’n tussenpersoon kent. Zoals Jakob hierboven zei hebben protestanten een meer persoonlijke relatie met God, maar dan heb je nog steeds een kerk en een dominee. De enige vorm van een echt persoonlijke relatie met het hogere of hoe je het ook wilt noemen die ik kan verzinnen is het geloof van de prairie Indianen, waar iedere jonge man (en heel soms vrouw) op zoek ging naar een visioen, wat dan een soort leidraad werd in zijn leven. Maar ook die hadden een sjamaan om het visioen uit te leggen, de krijger voor te bereiden en rituelen en genezingen uit te voeren. De “broker” tussen de wereld van de mensen en die van de geesten zogezegd.

  2. Huibert Schijf

    Interessant blog. Over de figuur van de broker of de comprador (in Zuid-Azië) is veel geschreven. Het zijn fascinerende figuren. Een aardige parallel was de positie van de Chinese minderheid (Vreemde Oosterlingen in het koloniaal jargon) die in koloniaal Indonesië een schakel vormde tussen het koloniaal gezag en de inheemse bevolking. Zo werden ze ook gebruikt en gehaat maar het leverde natuurlijk ook voordelen op. De boerenutopie bestaat nog steeds waarbij het niet meer om een directe relatie met de vorst gaat, maar met de klant. De bioboer die zijn producten op een boerenmarkt rechtstreeks aan de klant verkoopt. Op kleine schaal werkt dat wel, maar op grote schaal zou het tot voedseltekorten leiden.

      1. Huibert Schijf

        Interessant. Dat wist ik niet. In het algemeen zou je kunnen zeggen dat brokers van belang zijn in een samenleving die te complex is geworden om met ruilhandel te volstaan. Interessant zijn de Hofjuden die als financiële brokers vooral in achttiende en negentiende voor de vele Duitse vorsten werkten. Een afhankelijke positie maar ook met voordelen omdat ze ten opzichte van andere joden een bevoorrechte positie kregen.

          1. Huibert Schijf

            Colonial Indonesia. Dat heb ik zo geleerd toen ik een Engelse paper over Nederlands-Indië schreef.

  3. FrankB

    “Dat klinkt na twee millennia christendom vanzelfsprekend”
    Niet voor mij. Heiligen (inclusief de Moeder van) zijn immers middelaars. Ook vandaag de dag bidden vele christenen tot iconen (in de zin van representatieve symbolen, dus kruisbeelden vallen er ook onder). Dat is per definitie indirect. We kunnen zelfs een tikje rekkelijk zijn en Sinterklaasliedjes op deze manier opvatten. Al geeft de Goedheiligman de kinderen natuurlijk nooit reden om in opstand te komen.

  4. Jacob Krekel

    Wanneer peasants in opstand komen, is het een vrijwel ijzeren wet dat ze rechtstreeks contact willen met de vorst
    Bij de recente boerenopstanden in Nederland is mij dat niet opgevallen.
    De tussenpersonen in Nederland zijn b.v .Albert Heyn, die rustig tegen FrieslandCampina kan zeggen: wij geven je nu 10 ct minder voor de melk.
    Tussenpersonen bleken in Nederland vaak vooral datgene te adviseren waar ze zelf het meeste aan verdienden en de reactie daarop – zoals bij legio lease – is dat gedupeerden zich verenigen en schadevergoeding weten te verkrijgen. Ook daar doet de koning niets aan, daar hebben we rechtbanken voor.

      1. Ben Spaans

        Boeren in Nederland zijn dus Farmers.
        Heb ik ooit moeten leren. In het agrarische verleden worden Peasants (‘zelfvoorzienend’ annex keuterboertjes) onderscheiden van Farmers (agrarische ondernemers.) Boeren in de westelijke gewesten van de Republiek in de 17e eeuw zijn bv. voornamelijk Farmers.

        1. A. den Teuling

          Niet alleen in het westen. Ook in Drenthe werden de boeren in de 17de eeuw farmers om de onevenredig zware belasting van de republiek te kunnen opbrengen. Ik neem aan dat het in de omliggende gewesten onder zelfstandige boeren niet veel anders was. (Drenthe betaalde 1% van de lasten van de republiek, maar met veel minder mensen dan 1% van de bevolking en van de omvang van de economie).

      2. Jacob Krekel

        Ik ken het onderscheid tussen peasants en farmers (en crofters), maar ik dacht dat het probleem nu juist was dat in galilea tot dan toe peasants farmers moesten worden om de belasting te betalen.

        1. Ben Spaans

          Zoals het mij geleerd is zal er niet snel gedacht zijn aan het platteland in Galilea. Het is een erg (West-) Europees model denk ik, met overgang van feodalisme naar (handels-)kapitalisme e.d.
          Hoewel het bij de docent voor Oude Geschiedenis ook peasants voor en peasants na was.

          1. Jacob Krekel

            Zodra ergens een stad verrijst moet die van voedsel worden voorzien en zijn er landbedrijven nodig die meer zijn dan zelfvoorzienend. Farmers bestaan dus al duizenden jaren. Bij voorbeeld de latifundia in de oudheid waren grote landbouwondernemingen. In de evangeliën treffen we de wijngaard – met zijn onrechtvardige pachters – aan als voorbeeld van een onderneming.

  5. Dirk Zwysen

    Frank heeft gelijk. Een directe lijn naar God klinkt aantrekkelijk maar tegelijkertijd blijft God zo anders dat een tussenpersoon die ooit mens was en onze ellende deelde een aantrekkelijk idee is. De kerk hier om de hoek heet Onze-Lieve-Vrouw-Middelares, waarbij het woordje ‘onze’ ook niet onbelangrijk is.

  6. Sara

    Middelaarschap is een uitvloeisel van het ontstaan van een hierarchie met het ontstaan van de landbouw gemeenschappen.
    Als een afstand te groot wordt en de ander dus te ver weg en/of onbegrijpelijker (een godheid), is een middelaar/vertaler/representant noodzakelijk. De relatie gelovige/godheid is niets anders dan een patron/client relatie.
    In die zin zouden de schrijvers die de teksten van OT en NT geproduceerd hebben ook middelaars zijn. Dat geldt ook voor de profeten.
    Het nadeel van middelaars is dat ze hun eigen agenda’s hebben. Maar dat weegt wellicht niet op tegen het voordeel.

  7. Adriaan Gaastra

    Zijn de sociale omstandigheden in 14e-eeuws Engeland wel zo vergelijkbaar met die van Galilea? Dat vraag ik mij af. Ten eerste bestond de boerenbevolking in Engeland niet uit een homogene groep, maar uit diverse groepen boeren. Sommigen waren vrij en hadden bezit, anderen waren onvrij (en namen overwegend niet deel aan de opstand). Ook de rol van verstedelijking en opstanden in steden (bijv. Londen) lijkt mij een wezenlijk verschil met Galilea.

  8. Ben Spaans

    ‘When Adam delved and Eve span, who was then a Gentlemen?’
    Slogan gelinkt aan de Peasant Revolt van 1381.
    De opstand zou ook samenhangen met de nasleep van de Zwarte Dood. Er bestond een tekort op de arbeidsmarkt zeg maar, en de adel probeerde de lonen te blijven controleren via druk op de koning (Statute of Labourers) en vast te houden aan feodale rechten e.d.

  9. Frans Buijs

    Tjonge jonge, we gaan echt alle kanten op vandaag. Van Galilea naar Chinese Ind(ones)iërs naar de Yoruba naar de Engelse boerenopstand…

Reacties zijn gesloten.