Maand van de Bijbel

Mozes (Gevelsteen, Mozeskerk, Amsterdam)

Ik weet niet waar de mode vandaan komt om denkers, dichters, boeren en buitenlui des vaderlands aan te stellen, maar we blijken een theoloog des vaderlands te hebben. Een soort ambassadeur dus die de bestudering van systemen van wereldbeschouwing – zoals het cliché wil – op de kaart moet helpen zetten. De theoloog des vaderlands heet Samuel Lee en gaf onlangs een interview aan De Volkskrant omdat vandaag de Maand van de Bijbel begint.

U zult aan de openingszin al wel gemerkt hebben dat ik moeite heb met mensen des vaderlands en de trouwe lezers van deze blog weten dat ik ook niet blij word van maanden des dinges. Vaak is de geboden informatie vooral aandachttrekkerij en dient ze niet de werkelijke verspreiding van inzicht. De doublure van een Romeinenweek naast de Week van de Klassieken moge dit illustreren. Die schreeuwerigheid lijkt dit keer echter te ontbreken en bovendien: afgezien van een uitglijder over Moeder Teresa zegt Lee een paar interessante dingen.

Lees verder “Maand van de Bijbel”

Jim Wests Bijbelcommentaar

Daniël in de leeuwenkuil (Nationaal Museum, Beiroet)
Daniël in de leeuwenkuil (Nationaal Museum, Beiroet)

Eerst even twee alinea’s met standaardopmerkingen, die de trouwe lezers van deze kleine blog al kennen. Ik heb immers al vaker verteld dat de humaniora in de kern een pedagogisch programma zijn. Zie het stukje dat ik onlangs schreef over de vraag of geschiedenis een stom schoolvak was: door kennis van het verleden begrijpen we het heden iets beter, relativeren we onze eigen opvattingen en leren we vooroordelen af. En je kunt er nog van genieten ook. Dat sloeg op geschiedenis, maar voor andere letterenstudies geldt ruwweg hetzelfde: de baten zijn pedagogisch van aard.

Omdat het oneerlijk zou zijn als uitsluitend academici profijt zouden hebben van de humaniora, worden ze verondersteld hun inzichten aan de maatschappij over te dragen, maar daar komt in de praktijk weinig van terecht. Op deze wijze ontdaan van hun pedagogische essentie zijn de humaniora de afgelopen kwart eeuw verschraald tot geesteswetenschappen. Vergelijkbaar verlies aan maatschappelijke betekenis speelt ook bij andere disciplines, zoals in de godsdienstwetenschappen. Daar zijn echter initiatieven, interessante initiatieven die ook bruikbaar zijn in de humaniora.

Lees verder “Jim Wests Bijbelcommentaar”

Bijbellectuur

Dit is natuurlijk geen konijn.
Dit is geen konijn.

Een kennis van me ging met pensioen en besloot, nu hij wat tijd had, de Bijbel eens te lezen. Zoals te verwachten viel, bekwam hem dat slecht en hij is er halverwege mee gestopt. Zijn eerste fout: hij nam de Statenvertaling. Zijn tweede fout: hij begon bij Genesis. Zijn derde fout: hij vergat dat deze bibliotheek niet voor hem was geschreven.

Om met de Statenvertaling te beginnen: die is vier eeuwen oud en ook in hertaling geen toegankelijk Nederlands. Een andere moeilijkheid is dat een moderne lezer al snel struikelt over evidente fouten. Zo wordt het Hebreeuwse woord voor klipdas vertaald met “konijn”. Je hoeft geen biologie te hebben gestudeerd om te weten dat dit dier in het oude Nabije Oosten niet voorkwam. Storend.

Lees verder “Bijbellectuur”

Menandros van Efesos

Tyrus betaalt tribuut aan Salmanasser III (British Museum)

Ik rondde vorige week een reeks blogposts af over de discussie, in Israël, over de prioriteit van de archeologie dan wel de geschiedenis bij het vaststellen van wat er tussen pakweg 1300 en 900 in het land is gebeurd. Dat is het minimalisme-maximalisme-debat, en een verkorte versie van het stuk verscheen vandaag op kennislink.nl.

Mijn argumentatie sneed zichzelf overigens in de staart. Ik concludeerde namelijk dat de monumentale gebouwen uit de Vroege IJzertijd niet kunnen zijn gebouwd door Salomo, omdat ze worden gedateerd ná diens regering, waarvan de Bijbel suggereert dat het zou gaan om 970-931. De archeologische datering van de gebouwen suggereert dat het bijbelse verhaal zwakke punten heeft (en dat denk ik ook), maar als dat zo is, waarom aanvaard ik dan wel de chronologie? Kan het niet zijn dat het chronologische skelet te lang is, dat David en Salomo later leefden dan aangenomen, en dat we de monumentale gebouwen dus wél aan ze kunnen toeschrijven?

Lees verder “Menandros van Efesos”

Kwakgeschiedenis: de Ark

De berg waar de Ark van Noach niet liggen kan is wel erg mooi.

Elke antieke beschaving kende mythen over het ontstaan van de wereld. In het Babylonische scheppingsverhaal werden fasen van opbouw afgewisseld door fasen van verwoesting. Het bekendste voorbeeld van zo’n verwoestingfase is de grote overstroming die een einde maakte aan de pas geschapen mensheid. Alleen de opvarenden van een wonderbaarlijk schip overleefden. Deze populaire mythe werd al in het derde millennium opgeschreven en werd eindeloos doorverteld. Zo kwam ze terecht in Griekenland, op het Arabisch Schiereiland en in Judea, waar het verhaal werd opgenomen in de Bijbel.

Sommige moderne gelovigen hebben zó veel respect voor hun heilige boek, dat ze in het oosten van Turkije op zoek zijn gegaan naar de restanten van het grote schip, de Ark van Noach. James Irwin (1930-1991), de piloot van de maanlander van de Apollo-15, organiseerde verschillende expedities, zonder iets te vinden; Ron Wyatt (1933-1999) claimde meer succes en zou bij andere gelegenheden ook nog de Toren van Babel, Sodom en Gomorra alsmede de Ark van het Verbond hebben weten op te sporen. Zo zijn er miljoenen dollars besteed aan de zoektocht naar een scheepswrak op de berg die tegenwoordig wordt aangeduid als Ararat. En dat is de verkeerde plek. De Bijbel noemt namelijk geen berg met die naam.

Lees verder “Kwakgeschiedenis: de Ark”

Geef de keizer wat des keizers is

Munt van keizer Tiberius (Valkhof-museum, Nijmegen)

Ze stuurden enkele farizeeën en herodianen naar Jezus toe om hem een ongeoorloofde uitspraak te ontlokken. Toen ze bij hem gekomen waren, zeiden ze tegen hem: “Meester, we weten dat u oprecht bent en dat u zich aan niemand iets gelegen laat liggen. U kijkt niemand naar de ogen, maar geeft in alle oprechtheid onderricht over de weg van God. Is het toegestaan belasting te betalen aan de keizer of niet? Moeten we betalen of niet?”Maar omdat hij hun huichelarij doorzag, antwoordde hij: “Waarom stelt u me op de proef? Laat me eens een geldstuk zien.”

Ze gaven hem een munt en hij vroeg hun: “Van wie is dit een afbeelding en van wie is het opschrift?

“Van de keizer,” antwoordden ze. Toen zei Jezus tegen hen: “Geef wat van de keizer is aan de keizer, en geef aan God wat God toebehoort.” En ze waren met stomheid geslagen. (Marcus 12.13-17)

Lees verder “Geef de keizer wat des keizers is”

Vrijblijvende science-fiction

De Amerikaanse auteur Gore Vidal vindt dat Life from Golgotha behoort tot zijn beste werk, maar hij vormt een minderheid. De meeste critici oordeelden dat de ouwe rot niet echt op dreef was in zijn exuberante verhaal over tijdreizigers die in Jeruzalem de kruisiging van Jezus bijna in het honderd laten lopen. Toch moet je Vidal nageven dat hij het komisch potentieel van een tijdreis volledig uitbuit. Dat kun je niet zeggen van de imitatie van de Amerikaanse satire die Piet Meeuse schreef. Het kraaien van de haan wil de lezer maar niet aan het lachen krijgen – en dat is dodelijk voor een boek waarin het belang van humor een centrale rol speelt.

De imitatie ligt er duimendik bovenop: evangelische christenen uit de nabije toekomst willen beelden van de kruisiging, er worden tijdreizen gemaakt, Jeruzalem en Efese vormen het decor, Jezus en Judas zijn niet wie we denken dat ze zijn, de relatie tussen geweld en religie komt aan bod, Paulus blijkt de historische waarheid niet te kennen en de eigenlijke vertelling eindigt met een ironische cliffhanger waarbij de lezer al weet wat er zal gebeuren, maar de personages niet. Toch is Het kraaien van de haan een voldoende creatieve kopie om niet te hoeven doorgaan voor plagiaat, want zelfs al is de substantie identiek, de uitwerking is anders.

Lees verder “Vrijblijvende science-fiction”