Militaire termen in het Gallisch

De Gallische krijger uit Vachères (kopie uit het Museo nazionale della civiltà romana, Rome)

In 387 v.Chr. plunderde een groep Gallische krijgers Rome. Sindsdien zat de schrik er goed in bij de Romeinen. De Grieken hadden een soortgelijke ervaring met plunderaars in Delfi. Dat heeft de Kelten een reputatie gegeven van ontembaar oorlogszuchtige strijders. Niet helemaal onverdiend, maar het waren ook boeren en herders en kooplieden en vissers.

Desondanks is er reden om eens te kijken naar woorden in het Gallisch die verwijzen naar oorlogsvoering. Ik baseer me op het Dictionnaire de la langue gauloise van Xavier Delamarre. U hebt wellicht gezien dat ik al eerder blogde over de manier van reconstructie van het Gallisch, dat immers een dode taal is, over kledingstukken, over enkele plaatsnamen, over boerderijwoorden en nog wat andere woorden.

Lees verder “Militaire termen in het Gallisch”

Keltische verhalen

Cernunnos, over wie geen Keltische verhalen bekend zijn (Musée de Cluny, Parijs)

Als de Vlaamse auteur Herman Clerinx, aan de trouwe lezers van deze blog bekend als de auteur van door mij bewonderde boeken over de hunebedden en de Romeinen in de Lage Landen, in zijn nieuwe boek Het oudste geheugen op aarde. Verhalen uit de Keltische wereld de La Tène-cultuur moet typeren, dus de tweede grote fase van de Keltische beschaving, schrijft hij:

deze kunstenaars leefden gelijktijdig met de meesters van de klassieke Griekse kunst. Maar terwijl de Grieken bedreven waren in het realistisch afbeelden van mensen, hadden de Keltische kunstenaars een andere belangstelling. De dagelijkse werkelijkheid boeide hen niet; zij toonden liever hun dromen, hun angsten, hun fantasie en hun mythen. Ook dat herkennen we in de verhalen uit de Keltische wereld. Realistisch kunnen we die moeilijk noemen, fantasierijk des te meer.

Ineens dacht ik: ja, dát is het. Wonderlijke goden met hertengeweien of drie gezichten, toverketels waar allerlei goeds in zit en dat in oneindige hoeveelheden, wezens van het duister, rondzwervende demonen: het zijn droomgezichten, fantasieën en soms ook angsten. Clerinx is een goede docent die vaak precies de juiste formulering weet te vinden.

Lees verder “Keltische verhalen”

Dacia Felix: de Kelten

Keltisch beeldje van een everzwijn uit Luna

Ik blog deze dagen over de expositie “Dacia Felix” in het Gallo-Romeins museum in Tongeren en haar oudere zusje “Racines, les civilisations du Bas-Danube” in le Grand Curtius in Luik. Over die laatste tentoonstelling leest u hier mee, over haar zusje in Vlaanderen vertel ik nog even dat er diverse culturen of zo u wil volken aan de orde komen: de Thracische Geten, die door kunnen gaan voor de oorspronkelijke bevolking, de Griekse kolonisten aan de kust, de immer fascinerende Skythen en de Kelten, waarover ik het vandaag wil hebben. Uit dit samenraapsel ontstond het koninkrijk Dacië, dat door de Romeinen werd onderworpen aan het begin van de tweede eeuw na Chr.

De Kelten zijn dé grote IJzertijdcultuur uit West-Europa, ontstaan uit de Hallstatt-cultuur in het gebied dat van Champagne en Lotharingen via de Elzas, het Zwarte Woud en Beieren liep tot en met Bohemen. Hier woonde een elite die rijk was geworden met de handel in onder meer zout en ijzer en die vervolgens de tussenhandel was gaan monopoliseren in grondstoffen die de Mediterrane wereld nodig had uit het noorden, zoals tin en barnsteen. Ik heb het hier al eens verteld. Vaak lieten de leden van deze elite zich begraven met een wagen, zoals in het wagengraf in de Elzas waar ik ooit over blogde. Hun cultuur breidde zich uit; daar is het graf van de Vorst van Oss een voorbeeld van.

Lees verder “Dacia Felix: de Kelten”

MoM | Centrum en periferie

Glazen armbanden uit het Keltenmuseum van Manching

Eigenlijk had ik voor vandaag een ander stukje in gedachten, maar ik hoor juist dat Immanuel Wallerstein is overleden en dat wil ik toch niet helemaal onopgemerkt voorbij laten gaan, zelfs als dit op deze vroege ochtend – ik schrijf dit om zes uur – niet het onderwerp is waar ik helemaal op was voorbereid.

Kort en goed: Wallerstein wordt vooral geassocieerd met de wereldsysteem-theorie en die is weer op te vatten als een vorm van de dependencia-theorie. Deze was ontstaan omdat de klassieke liberale theorie niet verklaarde waarom Latijns-Amerika in de kwart eeuw na de Tweede Wereldoorlog niet meer economische groei had meegemaakt, terwijl rijkere landen nota bene investeerden in de regio. De verklaring van de dependencia-theorie, waaraan marxistische invloed niet vreemd was, was dat de noordelijke landen (het “centrum” van de wereldeconomie) hun welvaart opbouwden door de Derde Wereld (de “periferie”) systematisch in onderontwikkeling te houden. De investeringen dienden bijvoorbeeld vooral om grondstoffen goedkoop te kunnen bemachtigen of om om aan goedkope arbeidskrachten te komen. De periferie kon zo niet de economische ontwikkeling doormaken die het centrum had doorgemaakt. Wallerstein benutte deze ideeën om de wereldeconomie te beschrijven na de instorting van het feodale systeem.

Lees verder “MoM | Centrum en periferie”