Dat er aan kwakhistorici nooit gebrek is, heeft als voordeel dat we inmiddels genoeg voorbeelden hebben om systeem in de waanzin te herkennen. Eén karakteristiek is gebrek aan kennis van de hermeneuse, de wetenschappelijke methode om de bij de uitleg van oude teksten onvermijdelijke subjectiviteit te minimaliseren. Wanneer een kwakhistoricus een antieke tekst leest, interpreteert hij die strijk en zet naar zijn eigen theorie toe.
Vooral antieke mythen lenen zich voor zulke mishandeling. Er zijn er véél, ze zijn overgeleverd in varianten en er is zelden een onloochenbare boodschap. Een kwakhistoricus kan er daardoor altijd wel iets van zijn gading in vinden. Een vraag die hij dan doorgaans niet stelt, is of de gekozen uitlegmethode in de Oudheid wel heeft bestaan – of, met andere woorden, de Grieken hun wonderlijke collectie verhalen wel zouden hebben gelezen op de manier waarop de kwakhistoricus ze wil uitleggen. Wie negeert hoe antieke verhalen op hun onmiddellijke publiek zijn overgekomen, is echter als iemand die ergens naar luistert maar alleen hoort wat hij horen wil. Lees verder “Hoe leg je een mythe uit?”
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.