
Zoals de trouwe lezers van deze blog merken, had ik het naar mijn zin op de dubbele expositie in Luik en Tongeren, “Racines, les civilisations du Bas-Danube” in le Grand Curtius en daarna “Dacia Felix” in het Gallo-Romeins museum. Dacië was het koninkrijk dat in de eerste eeuw vóór en na Christus ten noorden van de Beneden-Donau lag. Het museum definieert ze als de Thraciërs die woonden in de Karpaten en Transsylvanië, archeologisch herkenbaar aan de versterkte nederzettingen die vanaf het midden van de tweede eeuw v.Chr. zijn aan te wijzen. Sarmizegetusa Regia is van deze davae, zoals ze worden aangeduid, de bekendste.
De hamvraag is waardoor die versterkingen ontstonden. Het is duidelijk dat in de voorafgaande eeuwen de inheemse bevolking, de Thracische Geten, contact had met Griekse kolonisten die zich hadden gevestigd aan de kust van de Zwarte Zee, en met Skythen en de Kelten, die zich ook vestigden aan de benedenloop van de Donau. De beeldschone tentoonstellingscatalogus zegt dat de Kelten in de vroege tweede eeuw v.Chr. vertrokken uit Transsylvanië, wellicht gedwongen door een sterker wordende plaatselijke bevolking, waarbij een nieuwe krijgerselite een rol kan hebben gespeeld. Andere specialisten, zo lees ik, menen dat de Kelten zijn geassimileerd. Ik heb ook weleens gelezen dat de Kelten de krijgerselite waren die het gebied veranderden in een Dacisch koninkrijk.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.