Eigenlijk had ik een pesthumeur moeten hebben. Om vijf uur was ik opgestaan om naar de luchthaven te gaan. Ik had maar vier uur geslapen en normaal gesproken ben ik dan de rest van de dag weinig waard. Maar ik neuriede toen ik de bewakingsdienst voor de eerste keer mijn bagage liet controleren – “Take off” van Schradinova. Sinds ik dat liedje voor de eerste keer hoorde, heb ik het steeds opnieuw in mijn hoofd als de Airport Security zijn irritante werk doet.
Het vliegtuig naar Trabzon was overbooked. Of ik maar elf uur wilde wachten op het vliegveld van Ankara. Mijn humeur had nu totaal verziekt moeten zijn, maar bleef uitstekend. Het moet zijn gekomen door de muzak in de luchthaven. Ik geloof dat ik alle sublieme klassieke melodieën wel heb horen langskomen: de Brandenburgse concerten, het Zwanenmeer, Für Elise en de Walkürenritt. De Vier Jaargetijden hadden nog niet geklonken of ik mocht luisteren naar de Vijfde van Beethoven, die weer werd gevolgd door het adagietto uit Mahlers Vijfde. De Moldau stroomde uit in de Schöne blaue Donau en de Hongaarse Dans werd gevolgd door Anitra’s Dans. Mijn Turkse gastheren deden hun best.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.