Het Koninkrijk Kommagene

Reconstructie van een reliëf van de Nemrud Dağı (Allard Pierson-museum, Amsterdam)

Onlangs bracht ik een flitsbezoek aan het Allard Pierson Museum in Amsterdam. Alhoewel ik het archeologiemuseum van de UvA vaker had bezocht, was ik de levensgrote leeuw glad vergeten. De eerste keer dat ik oog in oog stond met deze leeuw was in 2008 toen ik als kersverse oudhistorica een rondreis door Oost-Turkije maakte en Nemrud Dağı beklom waar – onder andere – deze leeuw huis houdt.

Werelderfgoed op grote hoogte

De 2.134 meter hoge berg Nemrud verrijst in een nationaal park in Adıyaman; een provincie in het zuidoosten van Turkije, niet al te ver van de grens met Syrië. De berg geldt als hoogste piek van het noordelijke Tweestromenland en maakt deel uit van het Taurusgebergte. Wat deze berg zo uniek maakt is de 60 meter hoge tumulus die er bovenop werd gebouwd in opdracht van Antiochos I Theos. Deze tumulus lag bovenop de heilige begraafplaats (hierothesion op z’n Grieks) van deze koning die in de eerste eeuw voor Christus de scepter zwaaide over het koninkrijk Kommagene.

Lees verder “Het Koninkrijk Kommagene”

Deel dit:

Het Byzantijnse Rijk (3): Diminuendo

Alexios I Komnenos (Chora-kerk, Istanbul)

In mijn eerste blogje over het Byzantijnse Rijk gaf ik een algemene typering. In het tweede schetste ik de vroege bloeiperiode, de door de Avaren en Arabieren ingeleide crisis en het herstel onder de Macedonische dynastie. Op deze bloeiperiode volgde een periode van verval: de laatste van de drie perioden waarin historici het millennium van Byzantijnse geschiedenis onderverdelen.

Crisis

Door de val van Sirmium was de landweg tussen Constantinopel en West-Europa afgesloten en het Byzantijnse Rijk, met zijn eeuwige grensconflicten in het oosten, ontwikkelde zich anders dan de koninkrijken in het westen. Er bleven handelscontacten, veelal via Italiaanse steden als Amalfi en Venetië. Geleidelijk aan kregen die meer invloed, zodat de handel in de Byzantijnse wereld niet langer het monopolie was van de Byzantijnen zelf. De beginnende handelsconflicten werden aangewakkerd toen de paus en de patriarch van Constantinopel in 1054 elkaar verketterden over de natuur van de Heilige Geest. Een volgend probleem was de opkomst van Byzantijnse aristocratische families, die maar weinig bereid waren hun privébelangen ondergeschikt te maken aan het algemeen belang.

Lees verder “Het Byzantijnse Rijk (3): Diminuendo”

Deel dit:

Het Byzantijnse Rijk (2): Bloei

Mozaïek uit de Hagia Sofia

[Tweede van drie blogs over het Byzantijnse Rijk. Het eerste was hier.]

De Byzantijnse geschiedenis begint op het moment dat de Romeinse keizers Constantinopel in gebruik namen als voornaamste keizerlijke residentie. Wie een datum zoekt, zou 11 mei 330 kunnen noemen, maar iedereen begrijpt dat het niet op een dag eerder of later steekt. De geschiedenis eindigt in elk geval op een heel precies moment: op 29 mei 1453. Toen veroverde de Ottomaanse sultan Mehmet II de stad. Ik blogde er al eens over. Historici verdelen het tussenliggende millennium in drie perioden.

Justinianus

De eerste daarvan, van 330 tot 867, is te typeren als ontstaan, crisis en voortbestaan. Tijdens de regering van Justinianus (r.527-565) deden de Byzantijnen een laatste poging de westelijke provincies van het voormalige Romeinse Rijk te heroveren. Dit plan slaagde grotendeels: generaal Belisarius heroverde de rijke provincies in Italië en Afrika, de steden in Libië verjongden (de Ananeosis) en Byzantijns goud kocht invloed in Frankisch Gallië en Visigotisch Spanje. De hervonden eenheid werd gevierd met de bouw van de kerk van de Heilige Wijsheid, de Hagia Sofia, in Constantinopel. De prijs voor de hereniging was echter hoog. Justinianus moest de Sasanidische Perzen afkopen en kreeg te maken met stevig verzet, bijvoorbeeld in Ostrogotisch Italië.

Lees verder “Het Byzantijnse Rijk (2): Bloei”

Deel dit:

Het Byzantijnse Rijk (1): Ontstaan

Het wapen van het Byzantijnse Rijk: de adelaar (Gouden Poort, Istanbul)

Ik heb nog nooit systematisch geblogd over het Byzantijnse Rijk. O zeker, het machtigste keizerrijk uit de Middeleeuwen is op deze plaats zo nu en dan aan de orde geweest. Er is zelfs een reeks krabbels geweest. Maar een systematisch overzicht ontbreekt en daar moet rap verandering in komen. Vind ik dan.

Byzantion

Om te beginnen: Byzantion was een kleine maar belangrijke stad aan de Bosporus, de zeestraat die de Egeïsche Zee via de Zee van Marmara verbindt met de Zwarte Zee en die Europa scheidt van Azië. Een kleine anderhalve eeuw, van 479 tot 334 v.Chr., markeerde de stad de grens tussen de Griekse en de Perzische wereld. Later was het de verbinding tussen Macedonië en het Seleukidische Rijk. In de Romeinse wereld, waarin het belang van de handel geleidelijk toenam, nam ook het belang van Byzantion toe.

Lees verder “Het Byzantijnse Rijk (1): Ontstaan”

Deel dit:

Reptilis: kruipend beest

Een hagedis is een reptiel

Volgens de etymologiebank is een reptiel een “kruipend dier”. Het woord komt van het Latijnse reptilis, dat op zijn beurt afgeleid is van het Latijnse werkwoord repere, “kruipen”. Dat klinkt allemaal heel toepasselijk. We vinden echter geen bewijs voor het bestaan van dit woord in het klassieke Latijn. Het komt dan ook niet voor in woordenboeken van het klassieke Latijn. Hoe kan dat?

Vetus Latina en Vulgaat

We vinden het woord reptilis voor het eerst in vertalingen van de joodse Bijbel, dus pas in de Late Oudheid. De joodse Bijbel is grotendeels in het Hebreeuws geschreven. Al in de Oudheid kenden niet alle joden Hebreeuws meer, daarom ontstond er vanaf de derde eeuw v.Chr. een vertaling in het Grieks, de zogenaamde Septuagint. Met de komst van het christendom ontstond er behoefte aan een Latijnse vertaling van de Bijbel, en dat gebeurde vanuit het Grieks, de lingua franca van die tijd. Deze vertaling vanuit de Griekse Septuagint wordt de Vetus Latina genoemd.

Lees verder “Reptilis: kruipend beest”

Deel dit:

De Romeinse machtsuitbreiding

Titus Quinctius Flamininus (Museum van Delfi)

De Romeinen, zo schrijven Luuk de Blois en Bert van der Spek in Een kennismaking met de oude wereld, hadden in de eerste helft van de tweede eeuw v.Chr. twee vormen van machtsuitbreiding.

  • Een westelijke: in Gallië en Iberië vormde Rome meteen provincies die het met kleine legers beschermde tegen onrustige stammen.
  • Een oostelijke: tegen de hellenistische staten en stadstaten koos Rome voor een politiek van verdeel-en-heers.

Dat laatste kwam deels door Romeins respect voor de Griekse cultuur en die houding was, zo constateren De Blois en Van der Spek, te “vergelijken met de houding van de Assyriërs tegenover Babylon”. Een mooi en cruciaal terzijde! Het illustreert dat er minder is dat het oude Nabije Oosten van de klassieke Grieks-Romeinse wereld scheidt dan dat ze verbindt.

Lees verder “De Romeinse machtsuitbreiding”

Deel dit:

Een inscriptie uit Tyrus

Inscriptie uit Tyrus

Oké, ik heb iets bij de hand dat ik niet begrijp, dus ik roep even de hulp in van de mensen die deze blog volgen. Op het El-Bass-grafveld bij Tyrus zag ik dit laatantieke mozaïek met inscriptie. Het gaat om drie tekens:

LΠΕ

Maar wat betekent dit? De meest voor de hand liggende verklaring is dat het een jaartal is. We hebben te maken met isopsefie ofwel letters die staan voor cijfers: de epsilon staat voor 5, de pi staat voor 80. Maar wat is dan die eerste letter? Het lijkt een Romeinse L, maar wat doet die in een Griekse tekst?

Lees verder “Een inscriptie uit Tyrus”

Deel dit:

De Donau

De bovenloop van de Donau bij Kelheim

Ik heb al geblogd over de Aoos, Elbe, Eufraat, Rijn en Tigris, dus laten we het nu eens hebben over de Donau. De Romeinen noemden de hele stroom Danubius, de Grieken gebruikten die naam alleen voor het westelijke deel. De benedenloop kenden ze als Ister. De mooie blauwe rivier ontspringt in het Zwarte Woud en mondt uit in de Zwarte Zee. Met een lengte van ongeveer 2860 kilometer is de rivier ongeveer even lang las de Eufraat. In Europa is alleen de Wolga langer. De antieke auteurs meenden dat, afgezien van de halflegendarische rivieren van India, alleen de Nijl groter was dan de Donau.

Onder de vele zijrivieren van de Donau – Plinius de Oudere kende er niet minder dan zestig – zijn de Iller, de Lech, de Altmühl, de Naab, de Regen, de Isar, de Ilz, de Inn, de Traun, de Enns, de Morava, de Leitha, de Rába, de Váh, de Drava, de Tisza, de Sava, de Olt, de Siret en de Prut. Dat is nogal wat, maar de rivier is dus lang en stroomt door Duitsland, Oostenrijk, Slowakije, Hongarije, Kroatië, Servië, Roemenië, Bulgarije en schampt zelfs even aan Moldavië en Oekraïne.

Lees verder “De Donau”

Deel dit:

Raymond van Saint-Gilles

Het mogelijke graf van Raymond van Saint-Gilles (Qalat Sanjil, Tripoli)

Ik blogde gisteren over Tripoli en noemde het Kruisvaarderskasteel. Over het graafschap Tripoli is wel iets meer te vertellen en dat begint in 1071 , als de Byzantijnse keizer Romanos IV oprukt tegen de Seljukische Turken. Bij Manzikert verslaat sultan Alp Aslan de Byzantijnen, die vervolgens een gunstig vredesverdrag met voeten treden en zo een Turkse invasie over Anatolië uitlokken. (Dit is het moment waarop zeelieden uit Bari het gebeente van Sint-Nikolaas uit Myra roven.) De Byzantijnen zoeken nu steun in het westen, en inderdaad komen duizenden ridders naar Constantinopel, waar ze keizer Alexios trouw zweren. Ze rukken op door Anatolië, drijven de Seljuken terug en veroveren Antiochië.

Eerste Kruistocht

En daar gaat iets verkeerd. De keizer begint de Kruisridders – want we hebben het natuurlijk over de Eerste Kruistocht – te wantrouwen en andersom. Beide partijen beschouwen de eed van trouw als verbroken. Meteen daarna loopt nog iets spaak: de relatie tussen de Kruisridders en de Fatimiden. Dat was de sji’itische dynastie in Egypte, die traditioneel het Nabije Oosten deelde met de christelijke Byzantijnen, met als grens de Nahr al-Kabir, die ook nu de grens vormt tussen Syrië en Libanon. Tot dan toe hadden niet alleen de Byzantijnen maar ook de Fatimiden de westerse barbaren beschouwd als bondgenoten tegen de Seljuken, maar nu de Kruisvaarders oprukten richting Jeruzalem, keerden ook de Fatimiden zich tegen de indringers.

Lees verder “Raymond van Saint-Gilles”

Deel dit:

Qatarese archeologen in Nubië

De Nubische piramiden van Gebel Barkal (Napata)

Voor piramiden hoef je niet per se naar Egypte want ook in Nubië, zoals Soedan ooit heette, bouwde men zulke grafmonumenten. Ze worden echter bedreigd door erosie en daarom is een groot reddings- en onderzoekproject gaande. Het geld daarvoor komt nu eens niet voor het grootste deel uit the Global North, maar uit Qatar.

Culturele noodhulp

De Qatari kregen het idee voor de noodhulp in 2009, toen ze bij UNESCO in Parijs op bezoek gingen om de archeologische vindplaats Zubarah als hun eerste kandidaat voor de Werelderfgoedlijst te presenteren. Op dat moment werd herdacht dat vijftig jaar eerder dankzij internationale hulp de door de bouw van de Aswandam bedreigde Egyptische oudheden (zoals de tempel van Abu Simbel) waren gered. Hierdoor geïnspireerd besloot het rijke Qatar ook ergens culturele noodhulp te gaan geven.

Lees verder “Qatarese archeologen in Nubië”

Deel dit: