De brug over de Kwai (9)

De auteur in 1945
De auteur in 1945

[Deze weken plaats ik op mijn blog het verhaal met de oorlogsherinneringen van dhr Dick van Zoonen. Een overzichtspagina is daar.]

Houthakken

In Nong Pladuk zaten wij niet erg lang. Een keer werden wij met honderd man met een trein met een reservebrug 80 km de jungle ingestuurd om de brugdelen in de jungle te verbergen. Kennelijk moesten deze brugdelen dienen voor eventuele reparaties na bombardementen van de grote brug over de rivier de Kwai.. Dat karwei duurde twee dagen.

In november 1944 moest een ploeg van vijfonderd man de jungle in om hout te hakken, brandhout voor de stoom locomotieven. Ik was één van die vijfhonderd, allen Hollanders. Onze officieren waren toen al van ons gescheiden en in aparte kampen gezet. We hadden wel onze eigen sergeants en sergeant-majoors en ook per vijfhonderd man een dokter. Deze leiding was erg belangrijk om de orde te bewaren, te zorgen dat er niet te veel gestolen werd, dieven te bestraffen (met stokslagen) en om te zorgen voor hygiëne en voor eerlijke verdeling van het eten. Dit soort discipline is misschien ook de reden geweest dat de krijgsgevangenen het er in het algemeen veel beter afbrachten dan de Aziatische koelies, die de Jap ook in grote aantallen (162.000) inzette op de spoorlijn. Wij hadden 20% doden, de koelies veel meer.

Lees verder “De brug over de Kwai (9)”

De brug over de Kwai (8)

De auteur in 1945
De auteur in 1945

[Deze weken plaats ik op mijn blog het verhaal met de oorlogsherinneringen van dhr Dick van Zoonen. Een overzichtspagina is daar.]

Basiskampen

Het eerste basiskamp waar ik kwam was het kamp Chungkai (60 km van het beginpunt), een groot kamp voor naar schatting 5000 man. Na enkele weken werden we per trein naar Nong Pladuk vervoerd. Na weer drie maanden werd het Nakhon Pathom, een kamp 20 km ten oosten van Nong Pladuk, 50 km ten westen van Bangkok, met 10.000 gevangenen. Algauw kwam het bericht dat de spoorlijn klaar was.

Op 17 oktober ontmoetten de spijkerploegen die aan beiden uiteinden begonnen waren elkaar bij km 257. De Jap had toen ineens veel minder mensen nodig. Van de oorspronkelijk 60.000 gevangenen werd de helft uitgezocht om naar Japan te gaan voor werk in de kolenmijnen. De Jap zocht daarvoor bij voorkeur fitte mensen uit die er niet Indisch uitzagen. Waarom ik niet uitgekozen werd weet ik niet, maar ik bleef in Thailand.

Lees verder “De brug over de Kwai (8)”