Zonder u te willen beledigen: de kans is groot dat u straks, zoals honderdduizenden anderen, vanuit kantoor (waar u uw mooie jeugdjaren verprutst) naar huis gaat, daar dineert, dan de TV aanzet en vervolgens de hele avond blijft kijken in de hoop dat er iets wordt uitgezonden dat de moeite waard is. U kunt natuurlijk ook uw stapel Guust Flaters uit de kast halen en een avond onbedaarlijk lachen.
Vandaag is het zestig jaar geleden dat Guust Flater voor het eerst verscheen. Er is meer hier en daar.
Uiteraard zal iedereen wel iets vinden dat zijns of haars inziens ontbreekt. Dat er geen straat is vernoemd naar de hoofdpersoon van Peter Pontiacs Kraut (een journalist die fout was in de Tweede Wereldoorlog) is alleen maar logisch, al had Pontiac zelf van mij wel een weggetje mogen hebben. Persoonlijk zou ik wel hebben willen wonen aan de Labradorstraat 26, persoonlijk zou ik het plein tegenover de openbare bibliotheek hebben vernoemd naar het tijdschrift Pep en voor De Generaal dacht ik persoonlijk aan een plantsoen met uitzicht op Fort Pampus. Allemaal persoonlijke meningen. Maar wat ik, om zo te zeggen, objectief erg vind: Guust Flater moet genoegen nemen met een bruggetje. Niemand in Almere, helemaal niemand, kan trots de post laten sturen naar een Flateradres.
Een van de bekendste grappen van Guust Flater krijgt, zo lees ik vandaag in Het Parool, onverwachte actualiteit. En daarvoor heb ik eigenlijk best bewondering.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.