Het gezicht van Cervantes

Cervantes

Miguel de Cervantes Saavedra, de schrijver van Don Quichotte, ligt begraven in een klooster in Madrid. De exacte plaats van het graf is niet bekend, maar een team van archeologen wil dat gaan veranderen. Hun hoop is om aan de hand van Cervantes’ schedel zijn gezicht te reconstrueren. Moeilijk zal het allemaal niet zijn, want de schrijver had maar één arm, dus de identificatie zal weinig problemen opleveren.

Tot zover is er niks aan de hand. Maar ik word niet heel erg blij van dit archeologische onderzoek. Het dient geen enkel belangrijk doel. Waarom zou je immers willen weten hoe een schrijver eruit ziet? Worden de grappen van Sancho Panza er leuker door? Gaan we de tekst anders lezen? Vergeten we de bibliofiele ridder en veranderen de zogenaamde realisten uit het verhaal nu ineens in helden?

De kern van literatuur is verbeelding. We hebben Dulcinea van El Toboso nooit gezien, maar zijn verliefd op haar, zoals ons betaamt. De schrijver aan wiens fantasie Dulcinea is ontsproten, is van geen enkele betekenis, behalve dan dat hij onze verbeelding prikkelt of – graag! – op hol doet slaan. De Madrileense archeologische dienst moet haar gang maar gaan, maar er zijn relevantere vormen van archeologie denkbaar.

Deel dit: