
Eind dit jaar krijg ik gasten uit Libanon. Ze nemen nogal wat politiek met zich mee. Bergachtig als dat land is, is het in de loop der eeuwen een schuilplaats geweest voor vrijwel elke vervolgde religieuze minderheid, zodat Libanon tegenwoordig onderdak biedt aan sjiieten, Armeniërs, druzen, maronieten en bahai, en dan mis ik nog achtentwintig erkende religieuze groepen.
Deze confessies zijn belangrijk in de Libanese politiek. De president is bijvoorbeeld altijd een christen, de parlementsvoorzitter een sjiiet en de minister-president een soenniet. Omdat religie zo essentieel is, wordt ze veel openlijker beleden dan in Nederland. Dat leidt tot voor ons vrij absurde rivaliteiten. Naarmate de sjiieten het lijden van imam Hoessein nadrukkelijker herdachten, gingen de christenen grotere diners organiseren als er een kind wordt gedoopt. Zo is Libanon in al zijn gevarieerdheid het Midden-Oosten in het klein.
De vorige keer dat ik mijn Libanese vrienden, maronitische christenen, sprak, onthielden ze zich van commentaar op de politiek, maar de laatste maanden zijn moeilijk geweest. Libanon (vier miljoen inwoners) moest ineens onderdak bieden aan 900.000 overwegend soennitische Syriërs, van wie niet aannemelijk is dat ze ooit terugkeren naar het land van de Alawitische president Assad. Ik vermoed dat mijn vrienden dit keer minder terughoudend zullen zijn in hun commentaar.
Ook hun ervaringen weerspiegelen het hele Midden-Oosten: het nu ten nadele van de christenen veranderende demografische evenwicht in Libanon is het slothoofdstuk van een proces dat, als ik The Lost History of Christianity van Philip Jenkins mag geloven, is begonnen in de dertiende eeuw. Lang lieten de moslims de christenen met rust, en zelfs de Kruistochten leidden niet tot onomkeerbare verstoringen van deze verhoudingen. Toen de christenen echter gemene zaak leken te maken met de Mongolen, die vernietigend huishielden in de islamitische wereld, veranderde de houding van de moslims ten opzichte van de christenen en kwamen de laatsten onder druk te staan.
Wij zien nu het einde. De Britse schrijver William Dalrymple biedt in From the Holy Mountain – een meesterwerk – een ontroerend, grappig en deprimerend overzicht. De christenen in Oost-Turkije zitten klem tussen de Turkse overheid en de Koerden. In Libanon hebben de maronieten tijdens de Burgeroorlog hun macht verloren. In Syrië ging het ooit redelijk, maar inmiddels niet meer. De Palestijnse christenen worden door de Israëli’s gewantrouwd omdat ze Palestijns zijn en door de Palestijnen omdat ze christenen zijn. De Egyptische kopten mogen rekenen op politiebescherming zolang ze niet hardop zeggen hoe moeilijk ze het hebben.
Met het einde van het oosterse christendom gaat echt iets verloren. Ooit vormden zijn aanhangers, die woonden in het gebied waar het geloof is ontstaan, de voornaamste tak van het christendom. Ze hebben minder doctrinaire aanpassingen gedaan dan de Grieks-orthodoxe en westerse kerken: voor de oosterse christenen zijn het iconoclasme, de filioque-discussie, de hervormingen van Cluny, de machtsstrijd van paus Gregorius, de conciliaire beweging, de Reformatie, de Verlichting en het evangelisme evenzoveel stappen waarmee de Grieken en de westerse christenen zich verder verwijderden van het oerchristendom. Voor dat standpunt is iets te zeggen.
Dat we momenteel het einde beleven van een twee millennia oude traditie, is meer dan een mens kan bevatten. Ik denk echter dat mijn gasten de afgelopen zomer, geconfronteerd met de demografische veranderingen in het laatste land met een grote christelijke gemeenschap, een begin van een vermoeden hebben gekregen.
[Mijn wekelijkse religiecolumn, die eigenlijk pas later vandaag op Sargasso had zullen verschijnen. Helaas: in Kopenhagen heb ik de automatische upload van deze blog verkeerd afgesteld. De trouwe lezers van deze kleine blog hebben dus de primeur, maar voor hen bevat dit verhaaltje natuurlijk weinig nieuws.]
“Dat we momenteel het einde beleven van een twee millennia oude traditie.”
Is dat erger omdat die traditie twee millennia oud is? Dan zou je ook spijt moeten hebben toen de VN de slavernij afschaften, een nog veel oudere traditie.
Je argumentatie is beneden je normale niveau. Je zou het veel meer moeten hebben over de inhoud van wat er verloren gaat, waarom die waardevol is en waarom die niet bewaard kan blijven als de laatste christen in het MO naar het veilige westen is vertrokken. Een beroep op traditie is volstrekt onvoldoende.
Dit is een expliciete uitnodiging nog eens wat meer te schrijven.
De VN hebben de slavernij niet afgeschaft, want deze bestaat nog steeds. Ik vermoed wel wat de achtergrond van Jona’s misschien niet 100% verwoordde constatering is. Het is erg omdat dit het gebied is waar het Christendom is onstaan, waar het de eerste groei beleefde en waar de tradities vandaan komen waarmee de Bijbel doorspekt is. Als je bij wijze van spreken ooit dit geloof wilt onderzoeken maar de regio waarin het beleden wordt ligt alleen nog in Europa en Amerika, dan mis je een enorm stuk cultuur dat duidelijker maakt wat er nu in die Bijbel staat.
Misschien moet je standaard boven je column zetten dat je maar ruimte hebt voor 550 woorden :). Volgens mij geef je in je voorlaatste column al aardig aan waarom het jammer is dat er een oude traditie verdwijnt. Dat je dat niet verder uiteen kan zetten in een column lijkt me logisch, maar ik onderschrijf de uitnodiging van de vorige poster. Hopelijk schrijf je er nog eens wat over, al dan niet naar aanleiding van het bezoek van je Libanese vrienden.
Ik heb al een paar keer met het boek van Jenkins in mijn handen gestaan, maar heb het nog steeds niet aangeschaft. Is het een goed boek?
*’column’ moet natuurlijk ‘alinea’ zijn in mijn eerdere reactie.