Musa as-Sadr

Musa as-Sadr in Tyrus

Ik vertelde eergisteren over de familie As-Sadr, die in de sji’itische wereld een vooraanstaande rol speelt: vermogend, geleerd, open voor de moderne wereld en voldoende gekeerd tegen illegale machthebbers om enkele dodelijke slachtoffers in de gelederen te hebben. Het meest opvallend is de executie van broer en zus Muhammad Baqir en Amina in 1980. Twee jaar eerder was het de beurt geweest van hun familielid Musa as-Sadr.

Geboren in 1928 en opgeleid in Qom en Najaf, kwam Musa as-Sadr in 1959 aan in de Libanese havenstad Tyrus, waar hij in de moskee een functie had als imam, voorganger. Een geschoold man met internationale contacten in een deel van de sji’itische wereld dat we mogen typeren als achtergebleven. Zuidelijk Libanon had nauwelijks meegeprofiteerd van de economische groei van de rest van het land. Als Beiroet in de jaren zestig het Parijs van het Midden-Oosten was, waren de sji’itische gebieden de banlieu. De zuidelijke sji’ieten waren vaak ook niet goed geschoold. Het was in dit achterstandsgebied dat Musa aankwam. En deze geestelijke was niet bereid tot inschikkelijkheid.

Lees verder “Musa as-Sadr”

De familie As-Sadr

De familie As-Sadr: links Musa, rechts Moqtada

In het zuiden van Nederland en in België staan kruisbeelden op de plattelandskruisingen. Ga je naar steden als Maastricht, Luik of Antwerpen, dan zijn er Mariabeelden. Het landschap is gekerstend. Het Midden-Oosten is niet anders. Waar christenen wonen, zie je afbeeldingen van de heiligen, en waar moslims wonen, zie je de afbeeldingen van inspirerende geestelijken. De grens tussen heiligen, geestelijken en politiek leiders is overigens vloeiend.

In Libanon zie je bijvoorbeeld vaak het portret van Musa as-Sadr, die in de jaren zeventig de sji’itische bevolkingsgroep organiseerde. Dat was nodig. Het bestel werd beheerst door soennieten en christenen, terwijl de sji’ieten in het zuiden van het land klem zaten tussen Israël en de Palestijnen, die in Libanon bases hadden. Israël en de Palestijnen beschoten elkaar, de sji’ieten zaten er tussenin en Musa as-Sadr overtuigde ze ervan niet te zwelgen in zelfmedelijden. Later meer over hem. Nu eerst zijn familie.

Lees verder “De familie As-Sadr”

Middeleeuws Jeruzalem

Rotskoepel, Jeruzalem

[Dit is het laatste van drie blogjes over wat een toerist kan bekijken in Jeruzalem. Het eerste was hier.]

Middeleeuwen

Met de Middeleeuwen kom ik buiten mijn specialisme, maar ik wil toch nog wat dingen noemen. Uit deze tijd zijn immers ook allerlei bouwwerken en monumenten bekend die je als toerist niet wil missen.

Aan het kerkje van het graf van Maria, even buiten de stad, heb ik speciale herinneringen. We wandelden er met een groepje geen werkelijk overdreven religieuze mensen binnen, maar iedereen werd tegelijk stil en bleef luisteren naar de monnik die er aan het zingen was. Maria is hier vanzelfsprekend niet begraven geweest. Hier is echter wel het graf van koningin Melisende, een van de machtigste vrouwen uit het Koninkrijk Jeruzalem.

Lees verder “Middeleeuws Jeruzalem”

Romeins Jeruzalem

Laat-Romeins Jeruzalem op een mozaïek uit Madaba

[Dit is het tweede van drie blogjes over wat een toerist kan bekijken in Jeruzalem. Het eerste was hier.]

Vroeg-Romeins Jeruzalem

Waren de archeologische resten van Jeruzalem tot nu toe nogal schaars, dat verandert in de Romeinse tijd. Vazalkoning Herodes de Grote, aan de macht gekomen in 40 v.Chr. en overleden rond 5 v.Chr., heeft enorme bouwwerken laten construeren. In het westen was de Toren van David zijn residentie en later zou dit het paleis zijn van de Romeinse gouverneur. Het ooit door de Perzen gebouwde fort werd verbouwd en is bekend geworden als de Burcht Antonia. Dit is de huidige Umariyya-school. Ga erheen en geniet van het mooiste uitzicht op de Rotskoepel dat je kunt krijgen.

Herodes liet in 20 v.Chr. de tempel uit de Perzische tijd slopen en zette er een nieuwe voor in de plaats. Daartoe moest het tempelterras worden uitgebreid; de muren zijn nog altijd zichtbaar en de Klaagmuur is daarvan natuurlijk het bekendste deel. De Al-Aqsa-moskee staat op de plek van de oude vergaderzaal van het Sanhedrin, voltooid in 30 na Chr., en de Rotskoepel staat ongeveer op de plek van Herodes’ tempel – maar mogelijk net niet helemaal. Opgraven is niet mogelijk maar de waterreservoirs in het tempelplein zijn bekend en het is denkbaar dat de tempel iets zuidoostelijker heeft gelegen. Er is goede uitleg in het Davidson-centrum.

Lees verder “Romeins Jeruzalem”

De Oude Man van Masyaf

Ik blogde gisteravond over de Oude Man van de Berg en vertelde dat die Hassan-i Sabah heette, rond 1100 in Alamut in Noordwest-Iran zijn hoofdkwartier had en leiding gaf aan een islamitische sekte. In de twaalfde eeuw kreeg die een tweede basis in Masyaf in het westen van Syrië. Deze groep mensen wordt weleens nizarische ismaïli’s genoemd en ook wel Assassijnen. De leider hier heette Abu Mohammed.

Moord

In 1152 liet hij graaf Raymond II van Tripoli, de zoon van de Pons van Tripoli over wie ik al eens blogde, uit de weg ruimen. Bisschop Willem van Tyrus, de auteur van een belangrijke bron over de Kruisvaardersstaten, vertelt:

Lees verder “De Oude Man van Masyaf”

De Oude Man van de Berg

De Oude Man van de Berg

Ergens aan het begin van zijn reisverslag, nog vóór hij op weg gaat naar China, vertelt Marco Polo (1254-1324) over de Oude Man van de Berg. Dat is de leider van een sekte. Hij woont in een kasteel met een prachtige tuin, waar mooie meisjes en jongens leven en beekjes zijn waardoor hij wijn laat stromen. Jonge mannen die toetreden tot de sekte, krijgen weleens wat opium en worden dan uit hun roes wakker in de tuin. Ze denken dat ze in het Paradijs zijn. Later kan de Oude Man van de Berg de sekteleden op zelfmoordmissies sturen, die ze gretig vervullen omdat ze weten naar welk Paradijs ze zullen terugkeren als ze bij de aanslag om het leven komen. Uiteindelijk zou de Mongoolse leider Hulagu in 1256 het kasteel hebben ingenomen.

Dat is ongeveer alles wat Marco Polo, die het kasteel ergens in het noordoosten van het huidige Iran plaatst, weet te vertellen over de Oude Man van de Berg. Hij weet ook nog dat de sekte bekendstaat als die van de Assassijnen. Dat is voldoende om vast te stellen dat Marco Polo minimaal vier stukjes informatie in elkaar schuift. Eén daarvan betreft de locatie: in het noordoosten van Iran. Het tweede is het in 1256 veroverde kasteel Alamut, dat ligt in het noordwesten van Iran, ruim honderd kilometer ten oosten van Qazvin. Het derde is de Oude Man, wat niets anders is dan de weergave van het Arabische woord sjeik. En tot slot: de Assassijnen.

Lees verder “De Oude Man van de Berg”

Het Arabisch van de Koran

[Vandaag een gastbijdrage over het Arabisch van de Koran door mijn goede vriend Richard Kroes.]

De Leidse onderzoeker Marijn van Putten bewees dat de tekstoverlevering van de Koran schriftelijk moet zijn geweest. Alsof dit niet genoeg is, is hij bij mijn weten de eerste en enige die werkt aan een tekstkritische uitgave van de Koran. Maar dat is allemaal slechts bijvangst begrijp ik, nu ik zijn monografie Quranic Arabic, from its Hijazi Origins to its Classical Reading Traditions (2022, open access) gelezen heb. In deze monografie wordt de vraag “In welke taal is de Koran nu eigenlijk precies geschreven?” op een verpletterend complete manier onder de loep genomen. Ik denk dat ik niet overdrijf als ik zeg: we zijn eruit.

De bronnen

Dat kan omdat we een heleboel bronnen hebben. Voor de Koran hebben we er liefst drie:

  • de traditionele, canonieke reciteerwijzen van de tekst van de Koran, waarvan er twintig zijn,
  • citaten uit reciteerwijzen die niet canoniek zijn, maar die wel in de vroege islamitische periode door geleerden zijn opgetekend
  • vroege Koranmanuscripten waarin de tekst is vastgelegd in een defectief schrift.

Dat laatste wil zeggen dat niet alle klinkers werden opgeschreven (die moest je erbij bedenken) en dat niet alle medeklinkers die met hetzelfde teken werden geschreven, consequent uit elkaar gehouden werden. Die manuscripten functioneerden dus meer als een soort partituur voor wie de tekst al uit zijn hoofd kende dan als “leestekst”. Ze zijn dus ook niet altijd even bruikbaar voor wie wil weten wat de oudste teksten nu “precies” zeggen, maar daarom zijn ze nog niet onbruikbaar.

Lees verder “Het Arabisch van de Koran”

Nimrod

Misschien was een beschermgeest als deze uit Khorsabad wel het model voor Nimrod (Louvre, Parijs).

Waarom, zo kreeg ik als vraag voorgelegd, zijn er in het Midden-Oosten zoveel plaatsen die Nimrod heten?

Dat weet ik toevallig.

Eerst maar even wat achtergrond. Genesis bevat een opsomming van alle volken die de auteur van dat deel van de Bijbel kende, gepresenteerd als afstammelingen van Noach. Hierin zit ook het volgende stukje:

Kus was de vader van Nimrod, die de eerste machthebber op aarde was. Hij was een geweldig jager, door niemand overtroffen. Vandaar de uitdrukking: een voortreffelijk jager, een tweede Nimrod. Eerst heerste hij over Babel, Uruk, Akkad en Kalne in het land Sinear. Vanuit Sinear trok hij later naar Assyrië, waar hij Nineveh, Rechobot-Ir en Kalach bouwde, en ook de grote stad Resen, tussen Nineve en Kalach. (Genesis 10.8-12; NBV21)

Lees verder “Nimrod”

De Omari-moskee in Beiroet

De Omari-moskee in Beiroet

Wie momenteel Beiroet bezoekt, zal altijd de in 2008 door de familie Hariri uit okergele steen gebouwde moskee zien, de Mohammed el-Amine-moskee. Een prachtig monument, maar niet het belangrijkste islamitische heiligdom van de stad. Dat is namelijk de even verderop gelegen Omari-moskee.

Heidens, Grieks-orthodox, Rooms-katholiek

Die toont Libanons religieuze leven in een notendop. Het heiligdom is namelijk rond 245 na Chr. neergezet door keizer Philippus en gewijd aan de oppergod, die hij wel Baʿl zal hebben genoemd, want hij kwam uit een Arabischsprekende provincie. Anderen hadden het natuurlijk over Jupiter of Zeus. In de vierde eeuw namen de christenen de tempel over als kerk. De gelovigen erkenden de patriarch van Constantinopel.

Lees verder “De Omari-moskee in Beiroet”

De constructie van Mohammed

Soms lees je een boek waarvan je denkt: dit was echt geweldig, geweldig goed. Ik heb het hier weleens gehad over The Rise of Civilization van Redman, Pirennes Mahomet et Charlemagne en Meiers Geschichte der Völkerwanderung. Boeken van oudheidkundigen die de data in de volle breedte overzien, die een synthese bieden van wat bekend is en die nieuwe richtingen aanwijzen. Zo’n boek is ook Muhammad and the Empires of Faith van de Amerikaanse arabist Sean Anthony, dat twee jaar geleden is verschenen. Het gaat over de wijze waarop de eerste generaties moslims een beeld van hun profeet vormden, een modieus onderwerp, en is tevens interessant omdat het werkelijk ingaat op de uitdagingen van de eenentwintigste-eeuwse oudheidkunde.

Ibn Ishaq over Mohammed

Eerst iets over de eigenlijke inhoud, waarvan dit natuurlijk duidelijk is: het begin van de islam hangt samen met het optreden van Mohammed. Lange tijd was het beeld dat westerse wetenschappers van de profeet hadden, in wezen identiek aan dat van de moslims, zij het ontdaan van wat wonderverhalen. Dit beeld gaat terug op het oeuvre van Ibn Ishaq, die een geschiedenis schreef die begon bij de schepping en culmineerde in het optreden van Mohammed. Onderzoekers als Patricia Crone wezen erop dat dit boek laat is gepubliceerd – ruim een eeuw na de dood van de profeet – en probeerden zelf een geschiedenis te schrijven die was gebaseerd op meer contemporaine bronnen, islamitisch of anders. Ze wezen ook op de grotere context: het antieke Arabië was geen geïsoleerd gebied maar onderdeel van een wereldsysteem.

Lees verder “De constructie van Mohammed”