Afscheid van Beiroet

Kim Philby woonde op de vijfde verdieping in dit huis aan de Kantari Street, Beiroet

Mijn laatste dag in Beiroet begon met een vroeg ontbijt met journalist Michael Young, die ik weleens eerder heb gesproken. Eén van de dingen die ik wilde weten was waar Kim Philby, de roemruchte spion, nu had gewoond voordat hij zich in januari 1963 uit de voeten maakte naar de Sovjet-Unie. Ik had afgelopen dinsdag al gezocht naar het huis, waarvan ik wist dat het bestond, en bleek er recht voor te hebben gestaan zonder het te herkennen.

Young en ik hadden het verder over de dingen die je zoal kunt verwachten: “the situation”, de conclusie dat het Libanese systeem sinds 2020 definitief kapot was, dat het land zichzelf zonder regering nog enigszins draaiend hield, dat Hezbollah de staat de facto had overgenomen, dat het er al met al niet goed voorstond, maar dat de gevarieerdheid van de bevolking een nog steeds bestaande troef was.

Ik denk dat wereld zich – daar kan zelfs de conservatiefste conservatief het mee eens zijn – snel zal moeten aanpassen en dat het grootste gevaar voor iedere samenleving de nostalgie is naar een overzichtelijker verleden dat nooit heeft bestaan. In Libanon zijn er federalisten, die denken dat het opsplitsen van het land een manier is om de luiken dicht te doen, maar Young meende dat dat niet zou lukken.

Lees verder “Afscheid van Beiroet”

Op bezoek in Libanon (4)

Gezocht, dood of levend: de topbankiers van Libanon

Ik kwam op vrijdagavond aan in Libanon en heb sindsdien drie dagen doorgebracht in Beiroet, Zahlé en de Qadisha-vallei. Het is verbluffend hoeveel kleine karweitjes zich in zo korte tijd opstapelen. Die heb ik vandaag maar eens afgewerkt. Ook ging ik naar twee musea die open hadden moeten zijn, maar die gesloten bleken. Dat gebeurt wel vaker. Ik herinner me dat, toen de Libanese overheid in de coronacrisis de ambtenaren had toegestaan thuis te werken, ook de bewakers van een opgraving bij Sidon thuis waren, zodat we het terrein niet op konden. Op dat moment frustrerend maar welbeschouwd grappig.

Ik heb een bevriende archeologe gevraagd of zij duidelijkheid kon scheppen, dus wie weet komt het er morgen nog van. En anders heb ik een reden om terug te komen.

Verder heb ik wat losse aantekeningen. Dingen die me zijn opgevallen. Ik geef u geen garantie dat ze kloppen of op een of andere manier juist zijn: ik geef alleen maar door wat ik me heb laten vertellen en wat ik denk te hebben begrepen. Voor verificatie komt u zelf maar kijken.

Lees verder “Op bezoek in Libanon (4)”

Op bezoek in Libanon (3): de maronieten

De Qadisha-vallei, de heilige vallei van de maronieten.

De maronieten zijn een van de belangrijkste christelijke groepen in Libanon. Waar die groep precies vandaan komt, is een ingewikkeld verhaal, waarvan het deel over een Arabische migratie vanuit Jemen naar het noorden (dankzij die Arabische inscripties waarover we het hier al eens hadden) inmiddels geldt als achterhaald en waarvan het deel over christelijke disputen en monothelisme te ingewikkeld is om hier te herhalen. Wie Sint-Maron was is ook nogal lastig. Waarom de maronieten Syrië hebben opgegeven en zich hebben teruggetrokken in Libanon, is helemaal ingewikkeld.

De maronieten

Gelukkig is het enige dat u weten moet wel simpel: ze werden rond 1100 bedreigd door Byzantijnen, Fatimiden en Seljuken, en kozen daarom voor samenwerking met de Kruisridders. Een samenwerking die lang niet altijd harmonisch was maar die wel betekende dat de maronieten zich meer en meer zijn gaan beschouwen als oostelijke buitenpost van de rooms-katholieke kerk. De maronitische “patriarch van Antiochië en het gehele Oosten”, Bechara Boutros al-Rahi, is tegelijk kardinaal van Rome. De maronitische basiliek in Beiroet is een kopie van de Maria Maggiore en maronitische geestelijken volgen een deel van hun opleiding in Rome.

Lees verder “Op bezoek in Libanon (3): de maronieten”

Op bezoek in Libanon (2): Achrafieh

Graffiti in Achrafieh

Ik zag, geloof ik, ontzettend vooruit naar een dag als deze: zonder afspraken of andere verplichtingen, zwervend door een deel van Beiroet dat ik niet goed ken. De oude stad bestaat, grosso modo, uit twee heuvels, waarvan de westelijke traditioneel soennitisch is en de oostelijke traditioneel christelijk. In het oosten is daar – om welbekende redenen – begin twintigste eeuw een Armeense voorstad bij gekomen en de afgelopen zestig, vijftig jaar groeiden in het zuiden Palestijnse vluchtelingenkampen – feitelijk stadswijken – en een sji’itische voorstad. Ik logeer doorgaans op de westelijke heuvel en wilde nu de oostelijke eens zien.

Niet dat ik hier nooit kom. Ik wist al dat ik bij café Mathaf kon ontbijten. De naam betekent zoiets als “museumcafé”, want het is recht tegenover het Nationaal Museum, dat ik dit jaar maar eens oversla. Ik was de eerste gast; men was de ramen nog aan het lappen terwijl ik mijn espressootje wegtikte, lekker lezend in de zon.

Lees verder “Op bezoek in Libanon (2): Achrafieh”

Op bezoek in Libanon (1)

De zon komt op van achter de Libanon.

Ik ben momenteel in Beiroet en zit te schrijven op een hotelkamer. Doel van de reis: een beetje studie, een beetje vakantie, een beetje vrienden bezoeken, voor wie ik ook wat medicijnen meeneem. Insuline en dergelijke zijn in Libanon namelijk moeilijk verkrijgbaar. Dit land heeft immers de dubieuze eer te zijn beland in de top-drie van grootste economische crises sinds 1850. Hoe dat is gekomen, leest u hier. De mensen zelf zeggen dat zich inmiddels een nieuw evenwicht, zij het op een lager niveau, aan te vormen is. Mij lijkt dat zelfbedrog.

First things first: een bedankje. Mijn bezoek is mogelijk doordat de agent die mijn reizen organiseert, V-Incentive in Haarlem, mijn ticket sponsorde. Verder beschik ik over een behulpzaam vriendennetwerk waarin ook een arts aanwezig was. Dank jullie wel. Het vergt allemaal wat voorbereiding, maar de medicijnen zijn nu hier.

Lees verder “Op bezoek in Libanon (1)”

Middeleeuws Tunesië

Mahdia

Ik vertelde gisteren dat Aghlabidisch Tunesië in de problemen kwam door een grote opstand. De rebellen hielpen vervolgens de Fatimiden, eveneens sji’ieten, aan de macht in Egypte. Zij eisten het kalifaat op, dat volgens hen ten onrechte in handen was gekomen van de Umayyaden (eerst in Damascus, rond 900 nog steeds in Córdoba) en de Abbasiden van Bagdad. De zich als kalief aandienende Fatimidische leider gold als de teruggekeerde laatste imam, de mahdi, en de residentie van de Fatimidische gouverneur in Tunesië heette dan ook Mahdia.

De Ziriden

De bestuurders die, toen de Fatimidische kalief zich vestigde in Cairo, namens hem heersten over Tunesië, kwamen vanaf 972 uit de dynastie die bekendstaat als de Ziriden, Berbers. En zoals de Aghlabiden autonomie hadden verworven ten opzichte van de Abbasiden, zo gingen de Ziriden zich onafhankelijk gedragen ten opzichte van de Fatimiden. De economische bloei van Tunesië zette zich aanvankelijk voort, maar men verloor de greep op de woestijnhandel: de Fatimiden in Egypte en de Almoraviden in Marokko werden geduchte concurrenten.

Lees verder “Middeleeuws Tunesië”

Tunesië onder de Aghlabiden

Moskee van Kairouan

In de tweede helft van de zevende eeuw veroverden de Arabische legers het gebied dat nu Tunesië heet. De stad Sbeitla, in het binnenland, viel in 647 na Chr.; een tweede opmars begon in 666 en kreeg vier jaar later een voorlopig einde toen de Arabische leider Okba ibn Nafa de nieuwe hoofdstad Kairouan stichtte. Ook die stad lag in het binnenland: vér van de verleidingen van Karthago, onbereikbaar voor Byzantijnse vlootaanvallen, strategisch ten opzichte van de gebieden waar de Berbers woonden, met wie men nog op voet van oorlog verkeerde.

Weer vijf jaar later, in 675, viel ook het schiereiland achter Kaap Bon, dat als een grote vinger vanuit Tunesië wijst naar Sicilië, in handen van de Arabieren. Even leek het erop dat de Berbers zich konden herstellen en de Arabieren konden verdrijven. In 683 vernietigden ze een Arabisch leger en meteen daarna namen ze Kairouan. Zes jaar later herstelden de Arabieren hun gezag, in 695 viel ook Karthago, dat nog eenmaal werd heroverd door de Byzantijnen, maar uiteindelijk toch Arabisch was.

Lees verder “Tunesië onder de Aghlabiden”

De palimpsesten van het Catharinaklooster

Het Catharinaklooster

Onder aan de voet van de Sinaïberg ligt al eeuwenlang het Catharinaklooster. Volgens de overlevering ligt het bij de plek van het Brandende Braambos. In 337 na Chr. zou keizerin Helena, de moeder van Constantijn de Grote, er een kapel hebben laten bouwen. Later, in de zesde eeuw, liet de Byzantijnse keizer Justinianus rond de kapel een versterkt klooster aanleggen. Dat bestaat nog en heeft zijn naam te danken aan de heilige Catharina van Alexandrië.

Catharina

Volgens een losjes op de historische Hypatia geïnspireerde legende was Catharina de dochter van de gouverneur van Alexandrië en was keizer Maxentius verliefd op haar. Ze sloeg hem af, omdat ze had beloofd maagd te zullen blijven. Maxentius liet het er niet bij zitten en stuurde veertig filosofen op haar af om haar ervan te overtuigen haar geloof af te zweren. Het tegendeel gebeurde. Katharina, die al op haar vijftiende Plato uit haar hoofd kende, bekeerde de filosofen.

Lees verder “De palimpsesten van het Catharinaklooster”

Qasr el-Azraq

Qasr El-Azraq

Azraq is een oase in de woestijn van het huidige Jordanië, een kilometer of tachtig ten oosten van de hoofdstad Amman. Het water trok mensen aan: de oase is sinds het Neolithicum permanent bewoond gebleven.

De oase voedt een wadi, de Wadi Sirhan, die voor Arabische stammen de snelste weg was om de Romeinse provincie Arabia Nabataea aan te vallen. Om daaraan een einde te maken, gaf keizer Septimius Severus rond 200 v.Chr. opdracht drie forten te bouwen, zo’n vijftien kilometer van elkaar af. Van het noordoosten naar het zuidwesten waren dat Qasr el-Useikhin, Qasr el-Azraq en Qasr el-Uweinid. Door in de woestijn de oases te bezetten, ontzegden de Romeinen hun tegenstanders de toegang tot het water, zodat het onmogelijk werd de steden in het eigenlijke Romeinse Rijk te bereiken. Er is een loepzuivere parallel met de Limes Tripolitanus in het noordwesten van het huidige Libië en het zuiden van Tunesië, die op precies hetzelfde moment is geschapen.

Lees verder “Qasr el-Azraq”

Musa as-Sadr

Musa as-Sadr in Tyrus

Ik vertelde eergisteren over de familie As-Sadr, die in de sji’itische wereld een vooraanstaande rol speelt: vermogend, geleerd, open voor de moderne wereld en voldoende gekeerd tegen illegale machthebbers om enkele dodelijke slachtoffers in de gelederen te hebben. Het meest opvallend is de executie van broer en zus Muhammad Baqir en Amina in 1980. Twee jaar eerder was het de beurt geweest van hun familielid Musa as-Sadr.

Geboren in 1928 en opgeleid in Qom en Najaf, kwam Musa as-Sadr in 1959 aan in de Libanese havenstad Tyrus, waar hij in de moskee een functie had als imam, voorganger. Een geschoold man met internationale contacten in een deel van de sji’itische wereld dat we mogen typeren als achtergebleven. Zuidelijk Libanon had nauwelijks meegeprofiteerd van de economische groei van de rest van het land. Als Beiroet in de jaren zestig het Parijs van het Midden-Oosten was, waren de sji’itische gebieden de banlieu. De zuidelijke sji’ieten waren vaak ook niet goed geschoold. Het was in dit achterstandsgebied dat Musa aankwam. En deze geestelijke was niet bereid tot inschikkelijkheid.

Lees verder “Musa as-Sadr”