Poëzie: Kyrie is dood

Kabouterberg, Hoogeloon

Kyrie is dood

Was vanmiddag wandelen
Over de Goorstraat langs de sloot
Een klein mannetje riep van verre:
Vertel het Arie! Kierie is dood!

’s Avonds aan de dorpspomp vertelde ik dit
Aan Adriaan Koonings uit Keersoop
Plots sprong een klein mannetje op
Dat riep: Och, is Kierie dood?

[Voor wie de sage waarnaar onze huisdichter Hans Koonings verwijst niet meteen mocht herkennen: hier. Dank je wel Hans!]

Deel dit:

6 gedachtes over “Poëzie: Kyrie is dood

  1. jpcahendriks

    Een mooi verhaal, maar niet helemaal compleet. terecht wordt opgemerkt dat de heuvel niet al te lang geleden verdwenen is. Dat betekent dat die er in de middeleeuwen en in de eeuwen daarna nog gewoon was, zonder dat de mensen enig idee hadden wat het zou kunnen betekenen. Dat het om een soort van grafmonument zou gaan kwam niet in hun ideevorming op. Ook de inwoners van Hoogeloon snapten dat rare heuveltje aan de beek niet zo goed en er kwamen allerlei verhalen in de omloop die o.a. door P.N. Panken en door Jacques Sinninghe zijn opgeschreven. Sinninghe schrijft: “In de kleine heuvels die hun koppen uit de heide opsteken woonden de kabaatermennekes”. verderop schrijft hij: “Tusschen Vessem en Hoogeloon ligt in het Koebosch de Witvrouwberg, ook Kabouterberg of Kaboutermannekesberg geheeten, waarbij eens een romeinsch gebouw heeft gestaan. Sinds de dagen van Olim (weleer, jh) woonde daar een stam kabouters. Die ventjes waren ongeveer anderhalven voet hoog ” (circa 45 cm, jh). Sinninghe wist dus op te schrijven dat de inwoners van Hoogeloon de heuvel associeerden met de Romeinse tijd! In Hoogeloon wil men ons doen geloven dat de hoofdman van de kabouters aldaar Kyrië heette. We kennen deze naam ook uit het bekende volkslied “Het Hermenieke van Bergeijk”. Sinninghe schrijft over Kyrië: “Zeer bekend is de sage van den dood van den kabouterkoning Kyrië. Op zekeren dag was een jager in de hei bij Riethoven, niet ver van den Duivelsberg, op jacht. In de verte bewoog zich een kabouter. Toen beging da jager de wreedheid zijn geweer op het niets kwaads vermoedende ventje te richten; hij vuurde en het stortte dodelijk getroffen neer. Toch had het nog kracht genoeg, om zich naar den berg te sleepen, waar het in een der pijpen verdween. Nieuwsgierig naderde de jager de Duivelsberg; hij hoorde toen eenige kabouters mistroostig zeggen: “Kyrië is dood!”
    Het verhaal (en vele andere!) is te vinden in het ‘Noord-Brabantsch Sagenboek’ van J.R.W. Sinninghe, verschenen in Den Bosch in 1973.
    De groep rond Nico Roymans heeft al eens uitgebreid betoogt dat de verhalen over kabouters, witte wieven, katten, etc. vaak gerelateerd zijn aan zulke onbegrepen archeologische fenomenen waarvan men destijds geen idee had wat ze daar deden. Vaak was er ook de duivel in het spel. Het betekent anderzijds ook dat zulke volksverhalen direct of indirect kunnen verwijzen naar archeologische vindplaatsen, want vele grafheuvels op heidevelden zijn in de 19de eeuw definitief verdwenen.

  2. Ben Spaans

    Is dit niet een variant op een passage van Vergilius waarbij een voorval wordt gemeld dat een schip op de Egeïsche zee iets zou hebben opgevangen als ‘Thamus! Thamus! – De grote Pan is dood!’
    Latere christelijke legendevorming maakte ervan dat dit voorval gebeurt zou zijn op de dag dat Jezus geboren werd.
    (en het heidendom ‘stierf’).

  3. Ben Spaans

    Hoe kom ik dan bij Vergilius?
    (oh jee, een vergissing, ik ben menselijk.
    toch…)
    Er was wel iets met Vergilius en een vermeende voorspelling van Jezus of het Christendom.

Reacties zijn gesloten.