Gedwongen ondankbaarheid

Het moet eind jaren tachtig zijn geweest. Ik had een paar weken in Griekenland op een opgraving gewerkt en met vier andere archeologen reed ik terug naar Nederland. Dwars door Joegoslavië, een land dat destijds al in het nieuws kwam met verhalen die het ergste deden vermoeden. Aan de grens wisselden we onze drachmes in tegen dinars, en we reden verder met een hilarisch grote stapel papiergeld.

Daarmee betaalden we de koffie, de lunch, de thee en de tol. Al snel hadden we geen besef meer van de waarde van de biljetten. ’s Avonds na het avondeten rekenden we alles nog eens uit en bleken we nog voldoende te hebben voor de volgende dag en de overnachting in een hotel. Het stadje heette Ruma en ik zie nog het verkeersbord waarop iemand een politieke leuze had geschreven waarin ik het woord “Slobo” herkende.

Lees verder “Gedwongen ondankbaarheid”