
Schrijven is makkelijk. Je bedenkt eerst wat je wil zeggen, je bedenkt daarna hoe je doelgroep het wil horen, en je bedenkt vervolgens wat je wil opnemen in de inleiding, in het betoog en in de conclusie. Er zijn nog wat andere trucjes, zoals een sterke binnenkomer of, als het stuk lang dreigt te worden, een wisseling van stijl. Dit valt allemaal te leren. Toegegeven, sommige mensen schrijven van nature goed, maar ongeacht het aanwezige talent kan iedereen vanaf elk niveau beter leren schrijven.
Een kladblok en een pen zijn voldoende om een verhaal goed op te bouwen. Bedenk eerst welke vraag je wil beantwoorden. Schrijf vervolgens de belangrijkste aspecten op, maak daar hoofdstukken van, verdeel die in paragrafen, en verdeel die weer in alinea’s. Daarna hoef je alleen de zinnen nog maar te schrijven. Voor wetenschappelijk proza geldt bovendien dat de conclusie geen samenvatting hoeft te bevatten, maar de zaken in context plaatst.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.