De Blauwvingers van Zwolle

Karel van Egmont

Kampen is voor Nederland wat Schilda is voor Duitsland, Chelm voor Polen en Abdera voor het oude Griekenland: een stadje waar spreekwoordelijk domme mensen wonen. Volgens een beroemd verhaal wilden de Kampenaren ooit net zo’n mooi carillon hebben als het even stroomopwaarts aan de IJssel gelegen Zwolle, waarop de Zwollenaren aanboden dat hun buren het klokkenspel voor een zacht prijsje wel van hen konden overnemen. Zo gezegd, zo gedaan en iedereen was tevreden tot die van Kampen ontdekten dat ze voor dat zachte prijsje makkelijk drie carillons hadden kunnen kopen.

De Blauwvingers van Zwolle

De koop was echter beklonken, dus betalen zouden ze. Ze konden de eer echter nog redden door het bedrag te voldoen is stuivers. Omdat de Zwollenaren nog twee dagen bezig waren om het bedrag na te tellen, staan ze bekend als blauwvingers.

Althans, dat is het verhaal. Het is niet waar. “Betalen in klein muntgeld” is een beroemd broodje aap, dat een jaar of tien geleden nog opdook in een anekdote over Samsung dat Apple een miljard dollar zou hebben betaald in stuivers en dat ook wordt verteld over een transactie tussen de Verenigde Staten en Iran.

Lees verder “De Blauwvingers van Zwolle”

Wij Batavieren (2)

Karel van Egmont

Gisteren heb ik geschreven over het wonderlijke gegeven dat de Hollanders zich in de late zestiende eeuw begonnen te associëren met de Batavieren, zoals men destijds de Bataven noemde. De parallel die ze trokken tussen de eigen opstand tegen Spanje en de Bataafse Opstand tegen Rome, is bizar omdat ze immers een uiteindelijke nederlaag impliceert. Een eervolle nederlaag, zeker, maar een nederlaag. Ik opperde dat de Hollanders deze keuze maakten omdat er een model klaarlag.

Geldenhouwer

Dat is gevormd door de Nijmeegse humanist Gerard Geldenhouwer (1482-1542), die in 1530 een Historia Batavica publiceerde die in 1541 werd herdrukt. Daarin benadrukte hij (terecht) het Germaanse karakter van de Batavieren, claimde hij (terecht) dat Nijmegen hun hoofdstad was geweest en benadrukte hij (minder terecht) de continuïteit met het hertogdom Gelre.

Lees verder “Wij Batavieren (2)”