Steengoed

Je hebt een baan in een boekhandel op een druk punt in de stad. Dagelijks bezoeken vreemdelingen je winkel. Je verkoopt ze reisgidsen en boeken over de geschiedenis van je stad.

Op een dag aan het eind van de winter verkoop je een architectuurboek en een bundel middeleeuwse heiligenlevens aan een dikke klant. Hij blijft een praatje maken en zegt ineens dat je eens kennis zou moeten maken met een van zijn vrienden. Een paar minuten later loopt ook die de winkel binnen. En de volgende dag opnieuw. Tussen hem en jou is een klik. De zomer komt en gaat, het najaar verstrijkt, en jullie realiseren je dat jullie samen door het leven willen.

Lees verder “Steengoed”

Immigratie

We staan er als Nederlandsprekenden weer gekleurd op. Het bovenstaande plaatje komt uit de zoekmachine Quintura, die het voordeel heeft dat je, wanneer je je pagina met zoekresultaten krijgt, ook meteen de geassocieerde begrippen ziet. Meteen bij mijn eerste zoekopdracht kon ik zo vaststellen dat Nederlandssprekenden het woord “buitenlanders” associëren met “inbreken” en “ik haat buitenlanders”. Daarvan word je niet vrolijk. (Dat we het woord ook associëren met “Brabanders” is dan weer wel grappig.)

We associëren buitenlanders langzamerhand met haveloze vluchtelingen, met terrorisme, met geweld, met diefstal en een tsunami van islamisering. Dat buitenlanders ook onze gasten kunnen zijn en dat er veel leuks mee valt te beleven, trekt een stuk minder de aandacht. Toch zijn veel van de immigranten hier heel gewoon omdat ze van een Nederlander houden en bij hun geliefde willen zijn.

Lees verder “Immigratie”