
Zoiets had ik dus nog nooit gezien: het enorme waterreservoir van het Romeinse Karthago. De plek heet naar een niet langer bestaand dorpje Malga en het gaat om vijftien enorme, buisachtige ruimtes. Ze zijn ongeveer acht meter in doorsnede en ruim honderd meter lang. Met wat tussenmuren is het geheel zo’n 130 meter breed.
Gebouwd ten tijde van keizer Hadrianus (r.117-138) is dit het einde van het Zaghouan-aquaduct, dat hemelsbreed zestig kilometer ten zuiden van Karthago begint en een capaciteit had van 50.000-60.000 kubieke meter water per dag. Dat is vrij veel maar er was ook veel water nodig om Karthago te voeden, een stad waar – volgens een misschien wat hoge schatting – in de tweede eeuw na Chr. zo’n 400.000 mensen woonden. Dit reservoir diende als verdeelstation én als voorraad, voor als er eens te weinig water zou zijn in de bronnen.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.