Kapiteel uit Petra

Kapiteel uit Petra

Je bouwt een huis, zet er een houten dak op. Je bouwt een groot huis, de spankracht van het hout is niet voldoende voor zo’n breed dak, je plaatst er een pilaar onder. Om te verhinderen dat het hout van de pilaar van bovenaf splijt, leg je er een paar stukken leer vlak overheen. Dat droogt uit, gaat krullen. Wel zo decoratief. Je raakt eraan gehecht.

Je bouwt van steen een tempel, maakt de pilaren van steen. Je maakt kapitelen. De een hecht aan het leer zoals het aanvankelijk lag, vlak. Dat wordt het dorische kapiteel. De ander hecht aan het gekrulde leer. Dat wordt het ionische kapiteel. Later worden dat “ethnic markers” waarmee de Grieken van het vasteland zich onderscheiden van de Grieken van de eilanden en de Aziatische koloniën.

Maar als twee soorten Grieken een eigen kapiteel hebben, dan moet iederéén een eigen kapiteel hebben. Hier zijn wat voorbeelden. De bewoners van Pergamon verzinnen iets dat nog het meest lijkt op een bundel riet. De Nabateeërs vinden hoekige kapitelen mooi. En in hun hoofdstad Petra moet de grootste tempel natuurlijk helemaal bijzonder zijn. U ziet het resultaat hierboven.

Ronde oren, dus een Indische olifant. Grote oren, dus een Afrikaanse olifant. We moeten maar aannemen dat de kunstenaar liever iets nieuws maakte dan de werkelijkheid precies weergeven. En dat mag.

PS

Met het oog op de naderende Valentijnsdag verwijs ik nog even naar dit stuk of dit Twitter-draadje.

[Dit was het 393e voorwerp in mijn reeks museumstukken.]

Deel dit:

Een gedachte over “Kapiteel uit Petra

Reacties zijn gesloten.