
De Eerste Hoofdwet van de Archeologie: als een archeoloog niet weet wat iets is, noemt hij het religieus of ritueel. Aangezien voorwerpen topologisch altijd wel tot een staaf of een ring zijn te herleiden, is er ook steeds vruchtbaarheidssymboliek te verzinnen. Daarom hoeven we niet na te denken over de Victoriaanse oorsprong van hedendaagse concepten over natuurreligie. Scheelt een hoop gedoe. Wel zo gemakkelijk.
De dubbele bodem is dat in de Oudheid alles religieus was. Zelfs als we iets eenduidig als onderdeel van de cultus kunnen identificeren, verheldert de constatering weinig.
Natuurwetten
Het punt is dat de natuurwetten pas in de late zestiende en in de zeventiende eeuw zijn ontdekt. Voortaan begrepen geleerden het onderscheid tussen natuurlijk en bovennatuurlijk. Tot het zover was, liepen religieuze en wereldse verklaringen door elkaar heen. Dat wil vanzelfsprekend niet zeggen dat er geen onderscheid bestond tussen sacraal en profaan. Het betekent alleen dat de profane wereld was ingebed in een religieuze wereld.
Zeggen dat iets in de Oudheid religieus was, is daarom net zoiets als zeggen dat het economisch was. De categorie bestond in het antieke denken eigenlijk niet. Zeggen dat iets religieus was, is altijd waar en verheldert daarom niet zo veel.
Emisch en etisch
Wat me brengt op mijn eigenlijke punt: het onderscheid tussen emische en etische beschrijvingen. Dat is een wat deftige, bij mijn weten door de antropoloog Marvin Harris bedachte, manier om te zeggen dat je iets beschrijft volgens de categorieën van de insiders (emisch) of de outsiders (etisch). Het zijn complementaire benaderingen. Empathie is goed en een blik van buitenaf is dat ook.
Een voorbeeld: als een Cicero of een Flavius Josephus het heeft over opstand op het platteland, beschrijven ze dat in de termen van hun eigen wereld (emisch), alsof de rebellen slechte mensen zijn. Wij ontwaren daarentegen te hoge belastingdruk en herkennen een economisch aspect aan deze opstand (etisch). De schrijvende elite heeft dat destijds dus niet op deze wijze herkend. De mensen waren niet dom maar hadden andere denkkaders.
Betekenis
Het wordt vooral verhelderend als we erin slagen onze eigen samenleving te beschrijven in de termen van de antieke wereld. Zo zou een Athener het vreemd hebben gevonden dat wij ons politiek bestel democratisch noemen. We hebben een roulerende oligarchie, zou zijn etische beschrijving zijn van wat wij emisch een democratie noemen.
Wie een rechtvaardiging zoekt voor de bestudering van het diepe verleden – een rechtvaardiging die overigens totaal niet nodig is – kan hier iets vinden. Je kunt ontdekken dat de wereld vanuit verschillende perspectieven is te bezien en dat je eigen perspectief niet het enig mogelijke is. Ons idee dat alles tot economie valt te herleiden, is bepaald niet de enige mogelijkheid. Etische beschrijvingen zijn soms verhelderend maar zo nu en dan – zoals wanneer oudheidkundigen zeggen dat een voorwerp religieus is – zijn ze waar omdat ze altijd waar zijn, en dus zinledig.
[De oudheidkundige wetenschappen zijn in de eerste plaats wetenschappen. Een overzicht van vergelijkbare stukjes is daar.]
Zo zeg je het op zijn Duits: “Die Begriffe emisch und etisch werden in vielen Sozialwissenschaften verwendet, um die unterschiedlichen Blickwinkel eines Beobachters menschlicher Verhaltens- und Denkweisen zu kennzeichnen, der entweder selbst Teil der untersuchten Gruppe ist (emische Perspektive) oder die Beobachtung als Außenstehender (etische Perspektive) vornimmt. In der Wissenschaft werden damit alternative Herangehensweisen sowie die Art der Datenerhebung beschrieben.” Duits wikepedia lemma. Het is een keurige omschrijving, zoals ik die ook van antropologen heb geleerd. Als bedenker van de twee begrippen wordt Kenneth Lee Pike, een linguist en antropoloog genoemd. Empathie komt ook in de dagelijks omgang voor. Sommige mensen zijn heel in het zich verplaatsen in de ander, anderen kunnen het helemaal niet.
https://www.trouw.nl/opinie/wie-zoals-philip-huff-alleen-wil-schrijven-vanuit-eigen-perspectief-legt-zich-de-censuur-van-een-dictator-op~bb3aecae/
Daar sluit deze column wel mooi op aan, over een schrijver die vindt dat hij zich vooral niet moet inleven in een ander.
Saai, zo’n schrijver. Alle karakters behalve één blijven dan van bordkarton. En navelstarende romannen vind ik stomvervelend.
Beetje hypocriet ook. Ook een dergelijke schrijver hoopt immers dat een paar mensen zijn schrijfsels lezen en daar is empathie van de lezers voor nodig.
En in de wereldpolitiek zien we het voor onze ogen gebeuren. Hoe Poetin naar Oekraïne kijkt verschilt weinig van hoe Cicero en Josephus naar die opstandelingen keken.
Of de wijze waarop Nederlanders onderscheid maken tussen Syrische en Oekraiense vluchtelingen.
Spam Alert! Wat volgt heeft maar heel zijdelings met JonaL’s stukje te maken. Enkele vaste lezers wordt dan ook aangeraden niet verder te lezen, behalve op eigen risico.
Zaterdagavond was dit op tv:
https://www.npostart.nl/jekels-jacht/19-03-2022/VPWON_1327702
Dit illustreert (samen met Tycho Brahe; er zullen er meer zijn) wat de wetenschappelijke revolutie van de 16e eeuw inhield. En de Vlaamse (want geboren in Brugge) Nederlander Simon Stevin was eerder dan een zekere beroemde Italiaan die ruzie met de paus kreeg.
Aan de opzet van dit experiment ging uitstekend denkwerk van Stevin vooraf.
Het nadeel van dat economisme is dat we te veel economen en te weinig bouwvakkers hebben. Een idee dat alles tot de techniek, of de kunst, is te herleiden zou niet zo gek zijn, en nuttiger dan de herleiding tot de economie.
Kun je niet gewoon spreken van ‘intern perspectief’ en ‘extern perspectief’.
Ik vind de termen ‘emisch’ en ‘etisch’ wat gekunsteld aan doen.
Ik zie geen reden om het niet gewoon zo te doen.
Daarom schrijven scholieren die niet hebben geleerd op een toetsblaadje: ‘goed voor handel’
Weer wat geleerd, de begrippen emisch en etisch kende ik niet. Je gebruikt in je blog ook het woord empathie. Ik denk dat het hierbij goed is onderscheid te maken tussen psychologische en historische empathie. Ik schreef er ooit dit, samenvattend, artikel over: http://histoforum.net/2011/standplaatsgebondenheid.html
Dank. Fijn, dit soort reacties!
Een waardevol stukje alweer! Ik las net de twee volumes van John Romer’s “A history of ancient Egypt”, en zijdelings gaat het eigenlijk op een manier ook over dit debat; Voor wat betreft “The old Kingdom” is door de tekstschaarste eigenlijk haast geen emisch/intern perspectief mogelijk… Bovendien stelt zich voor de schaarse teksten ook een ‘vertalingsprobleem’, daar Champollion en de negentiende eeuwse (oa Duitse) navolgers Oud-egyptische woorden ‘etisch vertaalden’ zou je kunnen stellen, met begrippen zoals ‘staat’, ‘belasting’ etcetera die voortgesproten zijn uit het negentiende eeuwse (ideologische) denkkader, maar eigenlijk anachronismen zijn, want onbekende categorieën in de Egyptische bronstijd…