Emisch en etisch

Is een munt een munt als je er niet zomaar mee kunt betalen? (Museum voor Anatolische Beschavingen, Ankara)

De Eerste Hoofdwet van de Archeologie: als een archeoloog niet weet wat iets is, noemt hij het religieus of ritueel. Aangezien voorwerpen topologisch altijd wel tot een staaf of een ring zijn te herleiden, is er ook steeds vruchtbaarheidssymboliek te verzinnen. Daarom hoeven we niet na te denken over de Victoriaanse oorsprong van hedendaagse concepten over natuurreligie. Scheelt een hoop gedoe. Wel zo gemakkelijk.

De dubbele bodem is dat in de Oudheid alles religieus was. Zelfs als we iets eenduidig als onderdeel van de cultus kunnen identificeren, verheldert de constatering weinig.

Lees verder “Emisch en etisch”

Kwakgeschiedenis: Daar is Trouw weer

Amulet uit Xanten

Archeologen vinden, zoals ze zelf zeggen, alleen maar sporen van resten van overblijfselen. Die uit de grond halen is al lastig. Het echte werk moet dan nog beginnen: de interpretatie, waarbij het vaak draait om vergelijkingen met soortgelijke vondsten elders. Teksten en de resultaten van antropologisch onderzoek zijn ook middelen om verder te komen. Plus een stevige hoeveelheid logisch nadenken. Herinterpretaties van bestaande vondsten zijn, zoals in elke wetenschap, aan de orde van de dag.

Daarna blijft er nog een hele hoop over waarvan je geen idee hebt wat het is.

Gelukkig is er de Eerste Hoofdwet van de Archeologie: als je niet weet wat het is, is het vast religieus. Combineer dit met het voortleven van het Victoriaanse idee dat alle antieke religie ging over vruchtbaarheid en presto, je kunt elk voorwerp alsnog van een verklaring voorzien. Het helpt daarbij dat nogal wat voorwerpen staaf- of cirkelvormig zijn, zodat je er altijd wel een fallus of vagina in kunt herkennen.

Lees verder “Kwakgeschiedenis: Daar is Trouw weer”

MoM | De eerste hoofdwet van de archeologie

qumran_bath1_1
Een voorbeeld van de Eerste Hoofdwet van de Archeologie: deze structuur in Qumran werd geïdentificeerd als een ritueel bad, maar bleek een bassin te zijn waarin pottenbakkersklei werd gezuiverd.

Een tijdje geleden plaatste ik foto’s online van het prachtige gebouw, opgegraven in de Iraanse stad Bishapur, dat bekendstaat als de “tempel van Anahita”. Dat was een watergodin die we kennen uit verschillende oud-Iraanse teksten en u moet voor plaatjes maar even op deze link klikken. Het monument bestaat uit een vierkante vijver, omgeven door een soort trottoir, waar een gang omheen loopt. Je kunt er alleen komen door eerst een trap af te gaan, want het ligt een paar meter onder de grond. Misschien omdat het anders niet mogelijk was water uit de rivier hierheen te leiden.

In feite hebben we geen idee of het werkelijk een tempel was en weten we ook al niet of het heiligdom – áls het dus een heiligdom was – was gewijd aan Anahita. Uit heel Iran is namelijk niet een tempel voor deze godheid bekend. Een ander bouwwerk dat “tempel van Anahita” wordt genoemd, een enorm terras bij Kangavar, is alleen maar zo genoemd omdat het is opgegraven in de buurt van een paar bronnen en omdat een tekst een tempel van Artemis vermeldt in deze omgeving. Het monumentale bouwwerk in Bishapur lijkt er bepaald niet op. Anahita lijkt ook niet op Artemis, trouwens.

Lees verder “MoM | De eerste hoofdwet van de archeologie”