Danseres

Danseres (Antikensammlung, München)
Danseres (Antikensammlung, München)

De reeks museumstukjes is soms een project van de lange adem. Het bovenstaande beeldje was de reden waarom ik gisteren over contrapposto schreef. En omdat ik daarover wilde schrijven, moest ik eerst een kouros tonen waarin de anatomie nog wat klungelig was. In de loop der eeuwen, zo wilde ik maar zeggen, begonnen de Griekse kunstenaars steeds beter te begrijpen hoe het menselijk lichaam bewoog.

Daarna ging de ontwikkeling verder. De kunstenaars lieten merken dat ze begrepen hoe mensen in elkaar staken en maakten anatomisch perfecte sculptuur. Kijk maar naar de Laokoöngroep of de schitterende reliëfs van het Pergamon-altaar: alles is in beweging en elke spier klopt. Nu kun je zeggen dat dat wat al te exuberant is, maar ook aan bescheidener beeldjes kun je zien dat de kunstenaars wisten wat ze deden.

Lees verder “Danseres”

Misirlou

Een jonge Koptische vrouw uit Egypte, rond 1900.

Linkerbeen naar voren. Een enorme zwaai ermee naar achteren. Rechtervoet naar rechts. Inhalen met linkervoet. Rechtervoet ernaast. Door de knieën zakken. Dat zijn de passen van een dans die Misirlou heet.

Waar de passen vandaan komen, weet ik niet, maar ik weet wel dat het liedje vanuit Smyrna/Izmir in Klein-Azië is meegenomen naar Athene, waar het in 1930 op de plaat is gezet door rebetika-muzikant Michalis Patrinos, die echter nooit heeft geclaimd de melodie te hebben gecomponeerd. Je kunt het hier beluisteren.

In de tekst – die Patrinos wél kan hebben geschreven – vertelt de ik-figuur, vermoedelijk een Griek, dat hij verliefd is op een Egyptisch moslimmeisje, iets wat destijds niet bepaald zonder moeilijkheden was. Het opmerkelijke is dat het hele liedje kan worden gespeeld op één snaar van een oud (de peervormige gitaar die in de Levant populair is).

Lees verder “Misirlou”