
Een van de aardigste archeologische vondsten uit Algerije is de collectie van vijfenveertig houten schrijfplankjes die bekendstaat als de Tablettes Albertini, vernoemd naar de man die ze in 1928 wist te verwerven, de Franse oudheidkundige Eugène Albertini (1880-1941). Het gaat om een laat-vijfde-eeuws archiefje dat is samengebracht toen de boedel van een verder onbekende Flavius Geminius Catullinus moest worden verkocht, die woonde in Djebel M’rata bij het huidige Tébessa.
Ik zag drie van die tabletjes in het Nationaal Oudheidkundig Museum in Algiers. In al zijn gewoonheid verraadt deze verkoopakte van een slaaf veel over de sociale verhoudingen in de toenmalige Maghreb, die destijds werd bestuurd door koningen van Vandaalse afkomst, maar waar het Romeins Recht nog altijd werd toegepast.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.