
Zoals je in Beiroet kunt horen dat ouders hun kinderen aansporen met “Jalla, mes enfants, let’s go”, zo kun je in het Belgische Kelmis horen dat iemand afscheid neemt met de woorden “Tschüss, mon chéri, I love you”. Het is een van de aangename kanten van het Land van Herve, het gebied in België recht onder het Nederlandse Zuid-Limburg waar mijn vriendin en ik dit weekend doorbrengen. Hier worden alle talen van de wereld gesproken: Frans en Duits, maar we hoorden zaterdag ook Nederlands, Italiaans, Limburgs en Engels. Dat ik in een kerk ook nog iets las in het Latijn telt niet mee, maar het is wel beduidend dat we in het Musée Vieille Montagne in Kelmis (Franse naam, website in het Duits) ook wat teksten hebben ontcijferd die waren gesteld in het Esperanto.
Meertaligheid
Het verhaal van Kelmis is, denk ik, wel enigszins bekend, en anders moet u het beslist lezen in het boeiende boek van Philip Dröge: tijdens het Congres van Wenen konden Pruisen en het nieuwe koninkrijk Nederland geen overeenstemming bereiken over de zinkmijn alhier, waardoor “Neutraal Moresnet” ontstond, een postzegelstaatje van 344 hectare dat het uithield tot de Eerste Wereldoorlog. In het laatste decennium van zijn bestaan is geprobeerd Esperanto tot voertaal te maken, een project dat weliswaar op niets uitliep maar wel paste bij een gebied waar de mensen weigeren een keuze te maken voor slechts één taal.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.