
[Eefje Prankje Wegener was een van de belangrijkste Nederlandse papyrologen. Ze is wat vergeten geraakt. Papyroloog Klaas A. Worp (KNAW) ontdekte dat haar leven interessant genoeg was voor een eigen biografie (noot 1). Vandaag de tweede aflevering van een vijfdelige gastbijdrage van Klaas Worp, waarvan het eerste deel hier was.]
Middelbare school in Wassenaar
Op 3 juli 1922 arriveerde het gezin op Weteringlaan 4 (later 6). Merkwaardig genoeg staat in het bevolkingsregister bij Eefje Prankje Wegener het huisnummer 9 doorgestreept en is dat vervangen door een 7. Of er sprake is van een verhuizing of een omnummering van de huisnummers is niet duidelijk, maar het adres “Weteringlaan 7” zal later in deze geschiedenis vaker opduiken. Verder valt op, dat de Burgerlijke Stand van Wassenaar aanvankelijk enige moeite had met de naam “Prankje”, gezien het feit dat in eerste instantie “Froukje” werd genoteerd; een naams-element dat later (ook al weer) is doorgehaald en vervangen door “Prankje”.

Na een jaar gaat Wegener in 1923 naar de middelbare school. Aan het kaartenbakje van haar latere promotor aan de Leidse Universiteit, Professor B.A. van Groningen, hebben we de informatie te danken, dat we ook weten, dat ze het Tweede Gymnasium in Den Haag heeft bezocht. Dit gymnasium komt voort uit een heel oude school, waarvan de eerste vermelding teruggaat tot in 1327 (noot 8).

Oorspronkelijk nog Haagse Latijnse School geheten veranderde de naam in de achttiende eeuw naar “Gymnasium Haganum” om vanaf 1838 als “Stedelijk Gymnasium” door het leven te gaan. Toen deze in 1917 te klein geworden was, werd de school opgesplitst in het Eerste en het Tweede Stedelijk Gymnasium. Later veranderde het Tweede zijn naam in Maerlant-Lyceum. Vanaf 1917 was het Tweede gevestigd in Koninginnegracht 213, maar vanaf 1923 gebruikte de school ook een pand in de Weissenbruchstraat. Het is niet bekend in welke van de twee gebouwen Eefje haar schooltijd doorliep, maar het is allebei toch ca. twintig minuten fietsen vanaf Weteringlaan 7.
In 1929 sluit ze haar gymnasiale opleiding met een eindexamen Gymnasium-A succesvol af en gaat naar de Universiteit Leiden.
Universitaire studie in Leiden
Een overzicht van de studenten Grieks tussen 1929 en 1931 leert dat mej. Wegener in 1929 aankwam in Leiden (noot 9). Dit wordt ook bevestigd door het eerder genoemde kaartenbakje van professor B.A. van Groningen. Aanvankelijk woonde ze nog in Wassenaar, eerst op Duinweg 9, later op Weteringlaan 7. Vervolgens is ze verhuisd naar Leiden, waar ze op het adres Roodborststraat 34 woonde.
Op 26 mei 1932 slaagde zij voor het “Candidaats-examen Klassieke Taal- en Letterkunde” (noot 10). Enige maanden daarna, op 22 december 1932 overlijdt haar vader, vier dagen na zijn zevenenvijftigste verjaardag.
Intussen gaat het erg goed met haar studie. Op 18 mei 1934 slaagt zij “cum laude” voor het Doctoraal examen Klassieke Taal- en Letterkunde (noot 11). Merkwaardig genoeg staat zij in geen enkel jaarboekje vanaf 1928 tot en met 1934 als student vermeld in het Album Studiosorum. Dat zou misschien kunnen betekenen, dat zij alleen examens deed zonder regelmatig college te lopen; maar zekerheid hieromtrent hebben wij niet.

Het kaartenbakje van Professor Van Groningen doorbladerend springen als medestudenten uit die tijd in het oog: Ernst Boswinkel, die in 1941 zes dagen voor Wegener promoveerde (voor hem, zie hierna), en Mej. Cornelia A(driana) Noordegraaf (geb. te Den Haag, 28 juli 1912 en daar overleden op 26 januari 2006) (noot 12). De laatste slaagde eveneens “cum laude” voor haar doctoraal examen, na in het classici-tijdschrift Mnemosyne een uitstekend wetenschappelijk artikel te hebben gepubliceerd (voor diverse details hiervan, vgl. TM 64742), maar zij joeg verder geen langjarige carrière in de wetenschap na. Er moeten contacten geweest zijn tussen deze studenten, maar concrete feiten uit deze vroege periode ontbreken tot op heden. Evengoed staat het als een paal boven water, dat deze beide dames de eerste vrouwelijke papyrologen van Zuid-Holland waren! En voegen we daarbij de persoon van Dr. Cornelia Elizabeth Visser die in 1938 in Amsterdam aan de Gemeentelijke Universiteit (nu de UvA) gepromoveerd was bij Prof. David Cohen, dan kunnen we zelfs spreken over “De drie papyrologische gratiën uit het Koninkrijk der Nederlanden uit de dertiger jaren”.
Ter nadere aanvulling: medeleerlinge C.A. Noordegraaf trouwde later met een E. van Veen en werd lerares klassieke talen op het genoemde Maerlant-Lyceum in Den Haag. Ik ben in 1975-76 nog een van haar leerlingen geweest. Ze koos dan wel niet voor de wetenschap, haar geestelijke nalatenschap als lerares was daarom niet minder. Datzelfde Maerlant was toen en is nog steeds gehuisvest in een monumentaal gebouw aan de Johannes Bildersstraat 11, dat de school in 1926 in gebruik heeft genomen; het lijkt mij zeker dat EPW ook in dat gebouw is schoolgegaan.
In het schoolgebouw aan de Joh. Bilderdijkstraat heb ik het avond-atheneum gevolgd.
Beiroet: VERSCHRIKKELIJK !
Even wat anders: zijn er geen nieuwsbrieven meer?
Ik heb van 1957-1962 op het Maerlant Lyceum les gehad van Nel van Veen-Noordegraaf. Zij was een fantastische docent door wier stimulerende lessen Latijn ik in 1962 in Leiden klassieke talen ben gaan studeren. Een van mijn docenten daar was prof. Van Groningen. Na mijn studie werd ik leraar aan het Johan de Witt lyceum in Den Haag, waar Eric van Veen, jawel, de echtgenoot van Nel, conrector was. In 1973 werd ik zelf conrector en in 1983 rector van het Erasmiaans Gymnasium. Wat was Nel trots op haar oud-leerling.
Jammer dat mijn reactie gisteren niet is geplaatst. Ik was tussen 1957 en 1962 op het Maerlant lyceum leerling van Nel van Veen-Noordegraaf, ging door haar klassieke talen in Leiden studeren, kreeg op mijn eerste school als leraar haar echtgenoot Eric van Veen als conrector, werd in 1973 zelf conrector en in 1983 rector van het Erasmiaans gymnasium. Ik was altijd blij haar weer eens te spreken. En wat zij trots op haar oud-leerling.
Uw reactie was in de spambox gekomen. Sorry. Inmiddels is ‘ie wel geplaatst.