
In de twee voorgaande stukjes (1, 2) heb ik de levensloop van Garibaldi beschreven: een capabele commandant die zichzelf niet spaarde en daarom door zijn mannen op handen werd gedragen, en een integere republikein die er met tegenzin mee akkoord ging dat Italië een koninkrijk werd. En tot op de dag van vandaag een controversiële figuur.
Zijn positie in de Italiaanse geschiedeniscanon staat niet ter discussie. Er is in Italië geen dorp of er is wel een straat naar hem genoemd. In Parma of Verona – ik herinner het me niet goed – is een inscriptie die memoreert dat Garibaldi van een aanpalend balkon de onsterfelijke woorden “Rome of de dood” zou hebben gesproken. In het Nationaal Monument in Rome is een museum voor de Italiaanse eenwording, met onder andere Garibaldi’s stoel. Ik schrijf deze woorden in een hotel in Palermo, niet ver van het standbeeld van de man die hier in 1860 de alleenheerschappij uitoefende. Eerder vandaag wandelde ik door de “Corso dei Mille” en de “Via Garibaldi” naar het Museum voor Moderne Kunst en de “Via Roma”. Niet veel verderop is een park dat Villa Garibaldi heet. Zojuist kocht ik doosje Garibaldi-sigaren.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.