Kikkererwten (2)

Ik had u in het vorige stukje het oude Griekenland beloofd, dus dat komt nu. Want hoe zit het met het woordje erwt? En waar komt die rare w daarin eigenlijk vandaan? Dit wordt een ingewikkelde reis.

Proto-Germaanse erwten

Hij begint nog eenvoudig, want in de Middeleeuwen heet een erwt gewoon nog erwete, dus veel is er sindsdien niet veranderd. We kunnen zelfs een Proto-Germaanse vorm reconstrueren, waarvan erwete en ook de soortgelijke woorden in andere Germaanse talen zijn afgeleid: *arwai-t-. (Het sterretje betekent dat de vorm is gereconstrueerd, maar niet is overgeleverd.) De w van erwt zit er dus al heel lang in. Maar hoe verder?

Er is een Latijns woord ervum dat wikke (een peulvrucht) betekent, en een Grieks woord órobos dat notabene een erwt aanduidt, en dat een synoniem erébinthos (ook erwt dus) heeft.  De overeenkomsten tussen *arwai-t-, erv-um en órob-os/erébinth-os in zowel vorm als betekenis zijn te groot om hier toeval aan te nemen. Maar tegelijkertijd kunnen we er geen gemeenschappelijke Proto-Indo-Europese oervorm van brouwen; daarvoor zijn te verschillen weer te groot en te onregelmatig: waar komt die t in de Proto-Germaanse vorm vandaan? En hoe verklaren we -inthos in het Griekse woord?

Pre-Griekse erwten

De beide Griekse vormen órobos en erébinthos helpen ons wat verder. Het eerste woord kunnen we opdelen als órob- (de “stam”) + -os (de uitgang). En het tweede woord als eréb- (stam) + -os (uitgang), maar nu met daartussenin het elementje -inth-, dat tussen de stam en de uitgang is geplakt.  Zo’n elementje noemen we een suffix.

Nu kunnen we het suffix -inth thuisbrengen. We vinden het namelijk terug in een groot aantal Griekse woorden die daar niet vanuit het Proto-Indo-Europees zijn beland, maar vanuit een taal die gesproken werd in het gebied waar pas later Grieks gesproken zou worden. Een taal die we dus voor het gemak maar ‘Pre-Grieks’ noemen. Pre-Grieks is wat we een ‘substraattaal’ noemen, een taal die de onder-(Latijn: sub)laag (Latijn: stratum) vormt van de nieuwe taal die daar bovenop verscheen. De woorden die door zo’n nieuwe taal worden overgenomen zijn vaak plantkundige en topografische namen. In het Grieks bijvoorbeeld de plaatsnamen Kórinthos (Korinthe) en Zákynthos, en plantennamen als apsínthion (alsem), en huákinthos (hyacint). In dat rijtje past erébinthos naadloos. Dat wil zeggen: wat betreft het element -inth.

Maar we zijn er nog steeds niet. We hebben dus vier vormen die qua stam en betekenis te veel op elkaar lijken om toeval te zijn (*arwai-t-, erv-um, órob-os en eréb-[inth]-os), terwijl ze geen gemeenschappelijke Proto-Indo-Europese herkomst hebben. Bovendien heeft een van beide Griekse woorden een pre-Grieks suffix, en het andere niet. Hoe lossen we dat op?

Oertaal

Als vier stammen te veel op elkaar lijken om toeval te zijn, is de meest waarschijnlijke verklaring daarvoor dat ze teruggaan op hetzelfde woord. Dat woord is in dit geval dus geen Proto-Indo-Europese vorm; we moeten het ergens anders zoeken. *Arwai-t, erv-um en óro-bos kunnen rechtstreeks uit die onbekende taal (waarover hieronder nog iets meer) in het Proto-Germaans, Latijn en Grieks zijn terechtgekomen, terwijl eréb-inth-os al door het Pre-Grieks zal zijn overgenomen; vandaar moet het dan in het Grieks terechtgekomen zijn.

Pre-Grieks is niet de enige substraattaal waar we iets van weten. Er zijn heel wat woorden die we alleen in de Germaanse talen terugvinden, zoals zee, schip, en strand. Dat zijn dus woorden waarvoor we geen Proto-Indo-Europese oervorm kunnen reconstrueren, maar wel een Proto-Germaanse oervorm. De (tot nog toe) beste verklaring voor de herkomst van die woorden is, dat ze stammen uit een substraattaal, die in (ruwweg) West-Europa werd gesproken werden vóór zich daar Germaans sprekende volkeren vestigden. *Arwait is misschien een woord uit die taal, waarbij dan de -t een Germaanse toevoeging zou kunnen zijn (en dan ook terug te vinden is in het Nederlandse e-t-en) We zouden dan moeten aannemen dat een aantal van die woorden ook het latere Latijnse en Griekse taalgebied heeft bereikt; in het Grieks zijn in elk geval tientallen woorden onverklaarbaar vanuit zowel het Proto-Indo-Europees als het Pre-Grieks.

Wat hierboven staat is geldt als meest waarschijnlijke hypothese voor de herkomst van het woordje erwt. Dat wil zeggen: voorlopig. Want wie weet waarheen nieuwe inzichten ons nog zullen leiden?

[Omdat ik het in april vrij druk heb, zal ik enkele stukken plaatsen die oorspronkelijk waren gepubliceerd op de beëindigde website Grondslagen.net en die interessant genoeg waren om te bewaren. Dit was een van de bijdragen van Gert Knepper. Dank je wel Gert !]

Deel dit:

3 gedachtes over “Kikkererwten (2)

  1. Rinus

    Zou de archeo-botanie iets kunnen aanvullen/toevoegen? Waar zijn botanische resten gevonden van de plant, wanneer en is een richting van verspreiding zichtbaar?

  2. Huibert Schijf

    Na twee stukken over kikkererwten kijk ik toch anders naar ze dan alleen maar bonen die altijd wel te gebruiken zijn.

Reacties zijn gesloten.