[Tweede deel van een stuk dat Saskia Sluiter schreef over haar boek De Staalwoestijn.]
Vervuiling
De werkgelegenheid uit het vorige blogje vormt is één kant van het verhaal. Een andere kant is de CO2-uitstoot van het bedrijf. Die is gigantisch: vorig jaar nog tussen de 11,4 miljoen ton (Tata Steel duurzaamheidsverslag 2021-2022) en 15 miljoen ton (Milieudefensie). Dat is ruim zeven procent van alle stikstofuitstoot in Nederland. Plus fijnstof, roet, looduitstoot, PAKS, zware metalen en ‘zeer zorgwekkende stoffen’ als vanadium en beryllium. Die zeer zorgwekkende stoffen zijn al in een minieme dosis supergiftig. In de rapporten staan ze vermeld als ZZS, want het ambtenarenjargon kronkelt zich in vele bochten om de werkelijke aard van dit soort gifstoffen niet expliciet te benoemen – de kool en de geit worden zorgvuldig gespaard.
Staal maken is een uiterst vervuilend proces en Tata is een supervervuiler. Het aantal kankergevallen in de IJmond ligt zo’n 25%, op sommige plekken zelfs 50% hoger dan gemiddeld, en dat is al vele jaren zo. Geen wonder dat er fel tegen het bedrijf wordt geprotesteerd. De kranten staan er bol van. Er staat een rechtszaak tegen Tata op de rol en het bedrijf heeft ook een schadeclaim van 1500 inwoners van Wijk aan Zee aan de broek hangen. De juridische messen worden zorgvuldig geslepen.
Het verhaal heeft ook een bestuurlijke kant. Dit is een van die geschiedenissen waar bestuurlijk onvermogen zo ontluisterend aan het oppervlak komt. Datzelfde bestuur levert echter ook de rapporten waarin duidelijk wordt hoe groot de impact van het fabrieksconglomeraat op de omgeving is. Tot voor kort was het niet mogelijk de uitstoot van Tata aan de gezondheid van de omwonenden te koppelen. Het laatste rapport van het RIVM d.d. 23-9-2023 doet dat echter wel: volgens de berekeningen kost Tata de inwoners van Wijk aan Zee tweeëneenhalve levensmaand. In Velsen-Noord zal het wat minder zijn, maar nog steeds meetbaar.
Open einde
Geschiedenis wordt gemaakt door mensen die het hoofd moeten bieden aan de problemen van hun tijd. Aan hen heb ik in De staalwoestijn vrij veel aandacht besteed. Wij hebben soms de neiging te denken dat wij de actualiteit zijn, en ‘vroeger’ een soort achtergebleven verleden. Maar dat is natuurlijk niet zo. Dat verleden was net zo actueel en ongewis voor degenen die toen leefden als onze eigen tijd voor ons.
Die eigen tijd zit vol vragen en onzekerheden. Want het verhaal kan nog alle kanten op. De wereld verandert razendsnel en ‘denk de fabriek eens weg’ geldt niet alleen voor het verleden. De kans dat het staalbedrijf in de IJmond zijn langste tijd heeft gehad is niet denkbeeldig. Voor veel werknemers binnen en buiten de poort zou dat een rampscenario zijn, met gevolgen voor de middenstand en de sociale draagkracht van de IJmondgemeenten. Als de fabriek inderdaad op termijn ‘groen’ wordt, betekent dit dat de omwonenden nog jaren in een vergiftigd gebied zullen wonen. Ook een rampscenario. Blijft dit een industriegebied of wordt het op termijn een riant gelegen woonomgeving? Een projectontwikkelaar uit Wijk aan Zee heeft de plannen voor havenstad IJpoort al klaarliggen.
Het is natuurlijk ook mogelijk dat de toekomst een andere afslag neemt en ons iets brengt dat we niet aan zien komen. ‘De toekomst gooit nu eenmaal graag met effectballen’ zegt econoom Branco Milanovic in zijn boek Wereldwijde ongelijkheid. De Russische invasie in Oekraïne was er een. De clusterfuck van het klimaat zal ook wel een paar effectballen in petto hebben: er staat ons nog het een en ander te wachten. Tot nog toe speelt het fabriekscomplex van Tata hierin een negatieve rol. Het grootschalige vergroeningsplan uit 2022 werd inmiddels afgeschaald naar een geleidelijke overgang. De Indiase eigenaar vond de economische en de technische risico’s van een radicale omslag te groot. In 2045 moet de productie echter klimaatneutraal zijn. Gaat dat lukken in krap tweeëntwintig jaar?
Van arcadisch landschap tot staalwoestijn
Deze geschiedenis is een kluwen van tegenstrijdigheden, tegengestelde belangen en botsende grondrechten. Het was een leerzame klus om te proberen die kluwen zo goed en duidelijk mogelijk te ontrafelen en op papier te zetten. Voor de duidelijkheid heb ik het boek in drie stukken verdeeld.
Deel een: ‘Het gebied en zijn bewoners – 1815-1918’ beschrijft het leven voor de komst van Hoogovens. Deel twee: ‘Hoogovens tot de oliecrisis’ geeft een beeld van de periode van 1918, als het bedrijf wordt opgebouwd, tot de eerste oliecrisis in 1973. Die oliecrisis was een kantelpunt in de opwaartse lijn van de naoorlogse economie. Deel drie: ‘Oliecrisis tot heden’ beschrijft de veelbewogen periode vanaf 1973 tot en met augustus 2023. In deze vijftig jaar ontwikkelden de eerste haarscheurtjes in het bedrijfsimago zich tot diepe, brede kloven.
Wat in 1973 nog gezien werd als trots van de natie en de belangrijkste werkgever in de regio wordt nu beschouwd als een van de grootste vervuilers van het land. Tata donderde keihard van zijn voetstuk en in de IJmond dreunt de klap nog na. Kolonialisme, twee wereldoorlogen, politieke omwentelingen en economische theorieën: ze spelen allemaal een rol in de ontwikkelingen die het gebied bepaalden en bepalen. Die ontwikkelingen komen steeds dichterbij: verleden wordt gisteren, gisteren wordt vandaag en vandaag geeft uitzicht op de toekomst. Hoe zal die eruitzien?
- Saskia Sluiter, De Staalwoestijn. Verandering van een landschap, van Hoogovens tot Tata: een geschiedenis (uitgeverij Noordboek; € 24,50)
Een gastbijdrage van Saskia Sluiter. Dank je wel Saskia!
Terugkijken in de geschiedenis en die geschiedenis veroordelen is altijd makkelijk .
Vooruitkijken en problemen oplossen en verdere nieuwe problemen voorkomen is en blijft een lastige taak.
Deze blogposts en dit boek kunnen daar een constructieve bijdrage aan leveren.
Vriendelijke groet,
De geschiedenis veroordelen is wel heel erg ïn tegenwoordig….
‘Het grootschalige vergroeningsplan uit 2022 werd inmiddels afgeschaald naar een geleidelijke overgang. De Indiase eigenaar vond de economische en de technische risico’s van een radicale omslag te groot. In 2045 moet de productie echter klimaatneutraal zijn’.
Lees hier: het was te duur, de risico’s waren van financiële aard.
Hoogovens was altijd een innovatief bedrijf, zowel sociaal als technisch.
De eigenaren in India hebben jarenlang de winsten van IJmuiden gestopt in het overeind houden van hun fabrieken in Engeland.
Er was vorig jaar een Zweeds staalbedrijf, dat groen werkt, geïnteresseerd in het overnemen van Hoogovens. Maar de overheid weigerde bij te dragen, de deal ging niet door.
Een oud-medewerker van Tata had het in verband met de nieuw te bouwen elektrische ovens over ‘een ingeblikte blikseminslag’. De indiase eigenaar heeft de Nederlandse poot jarenlang uitgeknepen ten gunste van de Engelse poot van het bedrijf, maar zo’n oven is op deze schaal nog nooit gebouwd en het moet wel in één keer goed. Ingeblikte bliksems zijn geen kattenpis. Ik denk dat dat ook heeft meegespeeld. En ja, uiteraard komt de overheid er in het boek niet al te gunstig af.