Domitianus (6): Door Isis gered

Priesters van Isis op een muurschildering uit Herculaneum (Museo Archeologico Nazionale, Napels)

De naargeestige apotheose van het Vierkeizerjaar was de inname van Rome door de troepen van Vespasianus in december 69. Er waren straatgevechten, Vitellius en zijn aanhangers waren gedood, maar niet nadat zij zich hadden vergrepen aan de verwanten en vrienden van Vespasianus. Onder leiding van Vespasianus’ broer Flavius Sabinus hadden zij asiel gezocht in de tempel van Jupiter op het Capitool. Tacitus schrijft in de Historiën (vertaald door Vincent Hunink):

De Vitellianen breken binnen, maken alles een warboel van bloed, ijzer, vlammen. Een handvol echte soldaten … waagt strijd, wordt overhoopgestoken. Flavius Sabinus, die ongewapend is en geen aanstalten maakt tot vluchten, omsingelen ze, evenals consul Quintius Atticus. … De rest ontglipte op allerlei manieren, sommigen in slavenplunje, anderen gedekt door trouw van beschermelingen, verborgen tussen bagage. Er waren er die het Vitelliaanse herkenningswacht woord opvingen, het dan zelf vroegen of gaven, brutaliteit diende hun tot schuilplaats.

Het zou niet goed aflopen met Sabinus en Atticus. Maar er was nog iemand die zich schuilhield op het Capitool.

Lees verder “Domitianus (6): Door Isis gered”