Hoe Matteüs Marcus bewerkt

Het Meer van Gennesaret

Een van de bekendste verhalen uit het Nieuwe Testament is dat over Jezus die over het water wandelt. Zulke natuurwonderen behoren tot het standaardrepertoire van antieke charismatische wijsheidsleraren. De pointe is dat zulke lieden meer inzicht hadden in de aard van de werkelijkheid dan anderen, en daardoor wonderlijke dingen konden doen. Wie met gezag sprak, bewees het door met een scheermes een aambeeld doormidden te snijden, vuur te spugen, boeien van zich af te schudden of over water te lopen.

De anekdote over de over het water wandelende messias is overgeleverd door zowel Marcus als Johannes, wat betekent dat ze twee keer is geattesteerd en vermoedelijk een redelijke ouderdom heeft. Ook omdat de twee evangelisten het verschillend vertellen. Hier is Johannes’ versie.

Bij het vallen van de avond daalden zijn leerlingen af naar het meer; ze stapten in een boot en zetten koers naar de overkant, naar Kafarnaüm. Het was al donker geworden, en Jezus was nog niet naar hen toe gekomen. Er stak een hevige wind op en het meer werd onstuimig. Toen ze vijfentwintig of dertig stadie geroeid hadden, zagen ze plotseling Jezus over het water lopen; hij was dicht bij de boot en ze werden bang. Maar hij zei: “Ik ben het, wees niet bang.” Ze wilden hem aan boord nemen, en meteen kwam de boot aan land op de plaats waar ze naartoe wilden.noot Johannes 6.16-21; NBV21.

En hier is de versie van Marcus, samen met daarnaast die van Matteüs. Die heeft Marcus’ verhaal drastisch omgewerkt.

Marcus 6.45-51 Matteüs 14.22-34
Meteen daarna gelastte hij zijn leerlingen in de boot te stappen en alvast naar de overkant te varen, naar Betsaïda; intussen zou hijzelf de menigte wegsturen. Meteen daarna gelastte hij de leerlingen in de boot te stappen en alvast vooruit te gaan naar de overkant. Hij zou ook komen nadat hij de mensen had weggestuurd.
Nadat hij afscheid van de mensen had genomen, ging hij de berg op om er te bidden. Toen hij hen weggestuurd had, ging hij de berg op om er in afzondering te bidden.
Bij het vallen van de avond was de boot midden op het meer, en hij was alleen aan land. De nacht viel, en hij was daar helemaal alleen. De boot was intussen al vele stadiën van het vasteland verwijderd
Toen hij zag dat de leerlingen door de hevige tegenwind maar nauwelijks vooruitkwamen, hoe hard ze ook roeiden, liep hij tegen het einde van de nacht over het water naar hen toe, en werd, als gevolg van de tegenwind, door de golven geteisterd. Tegen het einde van de nacht kwam hij naar hen toe, lopend over het water.
en hij wilde hen voorbijlopen.
Toen ze hem over het water zagen lopen, dachten ze dat hij een geestverschijning was en ze schreeuwden het uit. Ze hadden hem allemaal gezien en raakten in paniek. Toen de leerlingen hem op het water zagen lopen, raakten ze in paniek. Ze riepen: “Een geest!” en schreeuwden het uit van angst.
Maar hij sprak hen meteen aan en zei: “Houd moed! Ik ben het, wees niet bang.” Meteen sprak Jezus hen aan: “Houd moed! Ik ben het, wees niet bang!”
Petrus antwoordde: “Heer, als u het bent, zeg me dan dat ik over het water naar u toe moet komen.”
Hij zei: “Kom!”
Petrus stapte uit de boot en liep over het water naar Jezus toe. Maar toen hij voelde hoe sterk de wind was, werd hij bang. Hij begon te zinken en schreeuwde het uit: “Heer, red me!”
Meteen strekte Jezus zijn hand uit, hij greep hem vast en zei: “Kleingelovige, waarom heb je getwijfeld?”
Hij stapte bij hen in de boot en de wind ging liggen Toen ze in de boot stapten, ging de wind liggen.
Zijn leerlingen waren helemaal van hun stuk gebracht. De leerlingen wierpen zich voor hem neer
Ze waren niet tot inzicht gekomen … doordat ze hardleers waren. en zeiden: “U bent werkelijk Gods Zoon!”
Toen ze overgestoken waren, gingen ze aan land bij Gennesaret.

Matteüs bewerkt Marcus

Het meest opmerkelijke verschil is natuurlijk Matteüs’ aanvulling over Petrus. Terwijl Marcus een verhaal vertelt over een natuurwonder dat moet bewijzen dat Jezus een meer dan gewoon mens is, gaat het verhaal van Matteüs over compromisloos geloof. En terwijl Marcus leerlingen presenteert die het allemaal nog niet begrijpen, begrijpen Matteüs’ leerlingen het juist wel. We zien hier dus mooi hoe Matteüs het verhaal van Marcus aanpast aan zijn eigen literaire doelen.

We zien nog twee dingen. Het eerste daarvan is dat er eerst een verhaal is geweest met een uitspraak van Jezus (“Ik ben het, wees niet bang”), waar alle drie de evangelisten het ruwweg over eens zijn. Zo’n brok informatie heet een perikoop en je ziet in het Nieuwe Testament hoe de evangelisten perikopen aan elkaar rijgen. Hun eigen activiteit als verteller herkennen we in de bruggetjes die ze slaan. In dit geval zie je dat Johannes het informatiebrokje tot een verhaal maakt door toe te voegen dat de boot op weg was naar Kafarnaüm. Marcus leidt de perikoop in met de mededeling dat het gebeurde tijdens een reis naar Betsaïda, terwijl Matteüs denkt aan Gennesaret.

Marcus als uittreksel

Ten tweede: we zien hier hoe de laatantieke traditie over Marcus is ontstaan. De antieke bijbelgeleerden constateerden (terecht) dat de evangeliën van Matteüs en Marcus vaak woordelijk overeenstemmen en de stof in dezelfde volgorde presenteerden. Dat betekent óf dat Marcus door Matteüs is uitgebreid, óf dat Marcus een uittreksel is van Matteüs. Men meende het laatste en daarom volgt in uw Bijbel het Marcusevangelie op dat van Matteüs.

En zoals u hier ziet, is het stukje informatie over Petrus niet echt complimenteus. Destijds redeneerde men dat Marcus dat niet had willen doorgeven omdat hij Petrus niet zwart wilde maken. Dit was een van de redenen waarom men Marcus wel heeft opgevat als leerling van Petrus. Die theorie heeft de hedendaagse kritiek niet overleefd maar je begrijpt wel waar zo’n idee vandaan komt.

[Een overzicht van deze reeks over het Nieuwe Testament is hier.]

Deel dit:

Een gedachte over “Hoe Matteüs Marcus bewerkt

  1. Robbert

    Het zondagse Bijbelmomentje zou ik niet graag missen.
    Overigens komt men ook in Marcus’ verhaal bij Gennesaret aan.

Reacties zijn gesloten.