
Een paar jaar geleden publiceerde een of ander onderzoeksbureau een rapport waaruit bleek dat veel mensen dachten dat de paashaas werd genoemd in de Bijbel. Van dit gebrek aan religieuze basiskennis werd natuurlijk meteen schande gesproken en ik herinner me de voorspelbaar-bezorgde stukjes over de teloorgang van onze christelijke culturele traditie, voorspelbaar-geborneerde opmerkingen over het onbegrip van onze bestuurders voor opgemelde traditie en voorspelbare oproepen tot betere financiering van de geesteswetenschappen.
Bij nader inzien bleek het onderzoekje eigenlijk niet zo sterk te zijn. Dat belet echter niet dat het nog wel eens wordt aangehaald als een aanwijzing voor het verlies aan culturele diepgang waarmee de westerse wereld heet te kampen.
Vandaag lees ik over een onderzoek waarmee de Amerikaanse National Science Foundation aan het congres uitlegt hoe het publiek tegen de wetenschap aankijkt. De conclusies zijn niet verrassend.
- Mensen hebben respect voor wetenschap;
- mensen stellen belang in het nieuws over de wetenschap;
- mensen hechten waarde aan informele wetenschapseducatie (bijv. bezoek aan museum, planetarium, re-enactors, dierentuin);
- mensen kennen enkele belangrijke resultaten niet.
Het smeuïge voorbeeld van wetenschapsanalfabetisme is dit keer dat een kwart van de Amerikanen niet zou weten dat de aarde draait om de zon. En tot slot:
About a third of the respondents think science and technology should get more funding.
Ik hoef niet uit te leggen wat de onuitgesproken, feitelijke boodschap is aan het congres: meer geld voor wetenschappelijk onderzoek. Ik vermoed dat de volksvertegenwoordigers er ook naar zullen luisteren, maar ik zou liever hebben dat ze een kritische vraag stellen:
Waarom lezen we in het rapport niet wat de mensen antwoordden op de vraag of er meer geld moest komen voor informele wetenschapseducatie?
Als mensen niet goed weten wat de resultaten zijn van de wetenschap, is de oplossing niet dat je wéér meer onderzoek doet, hoe nuttig, interessant, zinvol, belangrijk of uitdagend dat ook is. Het medicijn tegen wetenschapsanalfabetisme is dat je wetenschap beter uitlegt, zodat al die nuttige, interessante, zinvolle, belangrijke en uitdagende onderzoeksresultaten ook worden toegepast – want dat is toch de bedoeling. En als mensen graag komen naar een museum, het planetarium, een reenactmentfestival of de dierentuin, lijkt me duidelijk hoe de meeste winst te behalen valt.
Inderdaad, beste Jona, musea, reenactmentgroepen, planetaria en dierentuinen dienen veel actiever – ik zou bijna zeggen agressiever – hun kennis overdragen.
Ik begin in september een cursus Geschiedenis van Amsterdam-Noord, want alleen een museum met excursies, publicaties, een website en een maandelijkse Nieuwsbrief is niet genoeg.
Belangstellenden kunnen zich reeds opgeven (0630975602).
Groeten, Henk Ras.