De Watersnoodramp

Gedenksteentje voor de Watersnoodramp in Vlissingen

Ten tijde van wat Zeeuwen “de ramp” noemen, woonde ik in de Spanjaardstraat in Middelburg. Op zaterdag 31 januari 1953 mocht ik met mijn vader mee naar de boulevard in Vlissingen.

Het water van de Westerschelde beukte tegen de walkant en spatte uitbundig over mijn vaders Ford V8. Mijn vader hield van dit natuurgeweld en wilde, als het stormde, altijd naar Vlissingen. De mooiste sport voor ons was de auto uitrennen, en voordat de golf de wal raakte weer droog de auto in springen. In de auto waren we veilig, dat was een kolos.

Ik herinner me dat mijn vader het portier van de auto (aan de zeekant) niet kon openen. De wind was te sterk. Hij draaide zijn portierraam open, en door de luchtdruk woei spontaan mijn deur open. Dat was schrikken. We kregen hem met grote moeite dicht toen mijn vader zijn portierraam weer had open gezwengeld.

Halverwege de boulevard had de zee een gat geslagen en gaapte er een diepe, kolkende afgrond. Aan de rand van dat gat stond een man, leunend tegen de storm in, om goed te kunnen kijken. Hij hing in een hoek van 60 graden boven de krater. Dat beeld vergeet ik nooit.

De motor van de Ford weigerde dienst. Mijn vader liet de wind de auto de Coosje Buskenstraat inwaaien en kreeg aldus de achtcilinder weer aan de praat.

’s Nachts ging het zo tekeer dat ik heb liggen rillen van angst op mijn zolderkamertje. De volgende dag hoorden we het geronk van helikopters, en het gejank van sirenes. Het was goed mis in Zeeland.

Middelburg ligt wat hoger op het eiland Walcheren, dus het water bereikte ons niet. Ironisch genoeg hadden we die dag helemaal geen water, want de waterleiding werkte niet meer. Als misdienaar moest ik ’s middags dienen in het lof, en we hoorden voortdurend het gekletter van de vallende kerkdakpannen.

Mijn vader werd ingeschakeld bij de hulpverlening en kwam met gruwelijke verhalen thuis over verdronken mensen en vee. Voor mij ging het leven na de Watersnoodramp gewoon door. Voor velen (1836 mensen en hun nabestaanden) zou het nooit meer hetzelfde zijn.

[Vandaag een bijdrage van mijn oud-middelbare-school-leraar Wim Adriaansens, die dit lang geleden schreef voor een ter ziele gegane website met de verhalen van gewone mensen over historische gebeurtenissen. Het was te aardig om het definitief van het internet te laten verdwijnen.]

Deel dit:

15 gedachtes over “De Watersnoodramp

  1. FrankB

    Er zijn beelden van vlak na de Watersnoodramp te vinden op YouTube; nog altijd bijzonder indrukwekkend.
    Wel heeft deze ramp eerdere rampen uit de herinnering gedrukt.

  2. Dank je wel Frank! Ik kom vaak in NHA maar deze beelden kende ik niet.
    Ik herinner me een brochure met opgeblazen koeienlijken er op (of erin?), dat moet ergens in het voorjaar van 1953 zijn geweest. Ik neem aan dat die brochure er was om geld in te zamelen voor de slachtoffers. Een zelfde soort brochure heb ik, maar dan uit 1919, toen er in Noord-Holland een watersnoodramp was geweest. Die eerdere rampen, ja…

  3. Robert

    Ooit zag ik een Engelse documentaire en realiseerde me toen pas dat ook aan de overkant van de Noordzee doden te betreuren waren.

    Overigens kom ik dankzij mijn vrouw al weer 25 jaar in Zeeland (4 keer per jaar op Walcheren in Vrouwenpolder) en het blijft altijd wel ergens aanwezig. Ik kan een bezoek aanbevelen aan het waternoodmuseum, maar ook aan het Verdonken Land van Saeftinghe.

  4. jacob krekel

    Het is jammer voor die andere rampen, maar DE watersnood is toch die van 1953, ook al was die van 1916 in Noord Holland en de Gelderse Vallei erger, om maar te zwijgen van de SintElizabethsvloed(1421) en de allerheiligenvloed(1570). 1953 is iconisch, net zoals.DE oorlog de tweede wereldoorlog is, en “voor” en “na” “de oorlog” meer betekenen dan alleen voor en na 1940 resp 1945

    1. De Beck Stephan

      Voor ons Belgen is de grote oorlog wel die van 1914-1918 – de tweede was een logisch gevolg van de eerste.

  5. jan kroeze

    Als je spreekt met mensen in Dodewaard bv. hebben ze het over hun eigen ramp uit ik meen 1926. Elkeen heeft z’n eigen verhaal. Zoals het hoort, hemd en rok en zo.
    Van de week hoorde ik op de radio iemand van Groen Links morren over medicijnen zoals bv. de pil voor vrouwen die niet meer te krijgen zijn. Maar wel in bv. Duitsland waarnaartoe ze verkocht waren. De mevrouw was van mening dat Nederlandse vrouwen voor gingen. Ik dacht ja hoor, eigen vrouwen eerst. Groen Links in actie.

    1. De Beck Stephan

      DAT HEEFT TOCH NIETS MET POLITIEK TE MAKEN MAAR MET DE VRAAG VAN VRAAG EN AANBOD _ TOCH EVEN UW SOCIALE ZEKERHEID ONDER DE LOEP NEMEN.

    1. jacob krekel

      Er zijn veel Amerikaanse helicopters (“helikoppers” zeiden de geredden) ingezet om mensen van daken te halen. Maar ik denk niet dat die er op 1 februari, of zelfs 2 februari al waren.
      Wat ik me herinner was dat de eerste dagen de omvang van de ramp wel was nog helemaal niet bekend was. Van Schouwen, Tholen en Goeree-Overflakkee kwam geen enkel bericht, en pas later bleek dat die, behoudens de duinenrij geheel overstroomd waren.
      Voor veel van de geredden was dit de eerste kennismaking met zo’n ding. Heel spannend, als je in het laatste huis van een rijtje woont en het ene na het andere huis bezwijkt. Wie komt eerder: het water of de helikopper?
      Hebben ze dat in Dodewaard ook meegemaakt?

      @ Saskia Sluiter.
      Het zal wel dat ieder zijn eigen stukje geschiedenis ziet, maar er is soms een verschil een schaal. Het aantal doden in 1916 was 1% van dat in 1953, bij DE watersnoodramp. In 1953 berichtten de Nederlandse kranten overigens uitgebreid over hoe de watersnood ook andere landen trof, met kaartjes van de overstroomde gebieden. Ik meen me te herinneren dat er in Engeland 4 doden waren. Maar dat is vast wel op te zoeken.

  6. Jona schreef: “[] toen mijn vader zijn portierraam weer had open gezwengeld.” Hij moet bedoeld hebben: “weer dicht had gezwengeld”.

Reacties zijn gesloten.