
Cyprus, het kopereiland, heeft altijd handelaren en kolonisten aangetrokken van de omringende drie werelddelen. In de Late Bronstijd, die zo rond 1600 v.Chr. begon, was het een belangrijk knooppunt in een internationaal handelsnetwerk. Een eeuw later keken de Cyprioten de kunst van het schrijven af van hun westerburen, de Kretenzers en rond 1400 v.Chr. zien we een toename van importen uit het nog net wat verderop gelegen Mykeense Griekenland. De handel is gedocumenteerd in de Griekse Lineair-B-teksten.
Tegen het einde van de dertiende eeuw v.Chr. verkeerde dat Mykeense Griekenland echter in een crisis waarin de paleisburchten werden verwoest en verlaten. Het lijkt erop dat verschillende Mykeense aristocraten naar Cyprus verhuisden, de route volgend van hun handelscontacten. Ze waren echter niet de enige migranten: dit was de tijd van de “Zeevolken”, die in Egypte werden verslagen door koning Ramses III maar die elders steden als Hattusa (in Anatolië) en Ugarit (in Syrië) vernietigden. De Bronstijd liep in de twaalfde eeuw ten einde.
Rond 1200 v.Chr. – de datum is gebaseerd op Laat Brons IIIa-aardewerk – vestigde een groep Mykeners zich op Maa, het schiereiland dat de Koraalbaai op West-Cyprus in tweeën deelt. Dat is even ten noorden van de havenstad Pafos. Omdat de resten van de vestingwerken in later eeuwen nog zichtbaar waren, staat de plek ook bekend als Palaiokastro, “het oude kasteel”.
Gelegen tussen de twee helften van de Koraalbaai en gemakkelijk te verdedigen, was Maa de perfecte vestigingsplek. Nog beter, er was een zoetwaterbron. De plaatselijke klei leende zich bovendien voor het maken van aardewerk zoals de Griekse pottenbakkers gewend waren.
De kolonisten versterkten de smalle nek tussen het schiereiland en het vasteland met een zeventig meter lange en 3½ meter brede “Cyclopische” muur, dat wil zeggen een muur van onregelmatige stenen en puin. Er was ook een grote poort met daarnaast een kleinere, waardoor aanvallers bij de hoofdingang in de flank konden worden aangevallen.
Archeologen hebben enkele huizen met een centrale haard (de “megara” die u misschien kent uit Homeros) gevonden, gebouwd op regelmatige gehouwen blokken van de lokale zandsteen. Tenminste één van de opgegraven gebouwen, waar veel grote potten zijn opgegraven, diende als pakhuis.
Maa-Palaiokastro werd na ongeveer een kwart van de eeuw door mensenhanden vernietigd en het is verleidelijk aan te nemen dat de Zeevolken – wie dat ook waren – verantwoordelijk waren voor de gewelddadige ondergang van de Griekse nederzetting. De overlevenden herbouwden enkele huizen, maar zijn niet veel later weggegaan, een oud kasteel achterlatend op een landtong in een baai die momenteel omgeven is door beach resorts.
Het museum dat hier is gewijd aan de Griekse kolonisatie van Cyprus is in feite een monument zonder expositie, waar ik nog eens over wil schrijven.
“… Ik had het idee dat het vooral diende om de verbondenheid van Cyprus en Griekenland te benadrukken. …”
Misschien ook om de internationale gemeenschap eraan te herinneren dat het tijd wordt om eindelijk eens de volstrekt illegale Turkse bezetting van een deel van Cyprus te beëindigen. Waarna de Cyprioten er inderdaad eventueel voor kunnen kiezen om zich daadwerkelijk bij Griekenland aan te sluiten.
De enige reden waarom die besetting illegaal is is omdat die door de rest van de wereld niet erkend wordt, dus dat zegt maar heel weinig. De reden voor die bezetting was daarentegen een behoorlijk geode – beter dan heel wat westerse interventies.
Dat eerste zeker wel. De bezetting is nog steeds een pijnlijke zaak.
Dat tweede… ik weet het niet. Ik denk dat de relatie tussen Cyprus en Griekenland wel wat lijkt op die tussen Vlaanderen en Nederland: dezelfde taal en veel overeenkomsten, maar zeg in Vlaanderen (of Cyprus) nooit dat ze “eigenlijk” Nederlanders (of Grieken) zijn. Of zoals je een Nederlander niet moet zeggen dat hij eigenlijk een Duitser is.
Behalve de Nederlanders uit Walcheren en Zeeuws-Vlaanderen, want dat zijn eigenlijk Fransen en juist geen Duitsers…
“maar zeg in Vlaanderen nooit dat ze “eigenlijk’ Nederlanders zijn”
In feite zijn de volken die nu Nederlanders en Vlamingen genoemd worden maar twee keer verenigd geweest in de geschiedenis: eerst onder de Bourgondiërs, later onder de Habsburgers. De Noordelijke Nederlanden – en laten we niet vergeten dat de aanzet tot de Nederlandse Gouden eeuw voor een belangrijk deel te danken is aan de toestroom van de beste ambachtslieden, kunstenaars en gefortuneerde Vlamingen – zijn erin geslaagd de Spanjaarden te verdrijven. De zuidelijke Nederlanden niet en in 1581 (volgens anderen in 1585 bij de val van Antwerpen) bleven zij onder Spaans bewind geruïneerd achter. Vanaf 1715 namen de Oostenrijkse Habsburgers het over en later waren de Fransen te gast. Dank zij Metternich werd op het Congres van Wenen Zuid bij Noord samengevoegd, een bij voorbaat tot mislukken gedoemd avontuur, dat dus ook maar 15 jaar geduurd heeft. De tijd van scheiding is te lang geweest. Vlaanderen heeft zich inmiddels binnen een moeilijk bestuurbaar land ontwikkeld tot een zeer welvarend en geavanceerde regio. Ik vermoed dat België op termijn zal uitgroeien tot een soort statenbond met zeer vergaande autonomie voor de gewesten. Uiteenvallen zit er niet in, de scheiding zou niet lukken. Gezien hun grootse verleden in de middeleeuwen en de lange scheiding van Nederland vind ik het niet onbegrijpelijk dat Vlamingen zich beledigd voelen als Nederlanders hen Nederlanders zouden noemen. De gelijkenis die je aanhaalt tussen Cyprus vs Griekenland is niet slecht gekozen, ook die tussen Vlaanderen en Nederland niet. Maar wat de Vlamingen niet goed kunnen hebben, denk ik, en ik kan erover meepraten, is ‘het grote broer’-syndroom waaraan veel Nederlanders lijden ten opzichte van Vlamingen en Belgen in het algemeen. Overigens zeg je terecht dat bvb. Nederlanders ook niet graag Duitsers genoemd zouden willen worden. Zwitsers en Oostenrijker willen ook geen Duitser genoemd worden.
Dat neemt niet weg dat er een grote verwantschap is tussen Vlamingen en Nederlanders en daardoor kunnen we de relatie goed houden. Maar de Groot-Nederlandse gedachte van Geyl en anderen valt volgens mij in de categorie ‘dromen’.
Jona, verder vond ik jouw verslagen uit Cyprus weer top en wij krijgen zin om er ook eens heen te gaan (vaak in Griekenland geweest, maar nog nooit op Cyprus!)
Cyprus, het einde van een tijdperk, een Ramses, een vervallen muur…
Ik krijg direct een associatie met Trump als nieuwe Ozymandias.
“de perfecte vestigingsplek”
Als de stad al binnen een paar decennia werd vernietigd is dat “perfect” misplaatst.
Mykeense beschaving, met een k. Spreek je het niet als ‘c’ uit?
Zoals de c in “mecano” 😉