Koning Willem III

Pieneman, Koning Willem III

Een tijdje geleden belde iemand van de UvA me met de vraag of ik voor een krant iets wilde schrijven over de naderende bezuinigingen op de faculteit der geesteswetenschappen. Had ik niet eens in het NRC Handelsblad een stuk gepubliceerd om uit te leggen dat ten onrechte werd gekort op het budget van het Rijksmuseum van Oudheden? Wilde ik dat nu voor de UvA doen? Ik zag het wel zitten. Alles voor de goede zaak.

Ik heb een dag aan het stuk gewerkt, maar ik liep tegen een probleem aan: ik kon niets laten zien ter ondersteuning van mijn betoog. Ik weet dat er interessant taalkundig onderzoek wordt gedaan, en ik zou het graag aan de lezers willen tonen, maar de letterdames en -heren hebben geen website. Daarmee zou mijn stuk een bepaald belang voor de geesteswetenschappen claimen dat ik niet kon demonstreren. Ik heb nog gekeken of ik er omheen kon schrijven, maar het werd niks.

Dit voorval illustreert hoe de geesteswetenschappen zichzelf uitleggen: nauwelijks. Het is bepaald geen toeval dat de auteurs van het onlangs verschenen (interessante!) handboek over wetenschapsvoorlichting geen aandacht besteden aan de humaniora. Als de geesteswetenschappen al hebben geprobeerd handen en voeten te geven aan het KNAW/JA-advies “Tussen onderzoek en samenleving”, is dat goed verborgen gehouden. Het is dus alleszins vergeeflijk als u niet weet wat de resultaten, methoden, betekenis en belang van de geesteswetenschappen zijn.

Vergeeflijk, zeker, maar toch kan ik nog wat teleurgesteld zijn als mensen die ik hoog aansla de geesteswetenschappen negeren. Bijvoorbeeld als de New Scientist in een lijstje van de twaalf beste populairwetenschappelijke boeken van 2014 niet één publicatie uit de geesteswetenschappen heeft opgenomen. Dat vind ik daarom zo jammer, omdat ik het genoemde tijdschrift (en zijn voorganger, Natuurwetenschap en Techniek) zo graag aanhaal als een voorbeeld van hoe wetenschap moet worden uitgelegd. Voor één keer lost het mijn hoge verwachtingen niet in.

Niet dat ik er mijn abonnement om ga opzeggen. Want ook al besteedt de New Scientist aandacht aan bijvoorbeeld kunstgeschiedenis en archeologie, het legt het accent nu eenmaal op de exacte wetenschappen. En vooral: wie zo’n lijstje maakt, gaat zoeken waar hij denkt iets te vinden, en er valt van de geesteswetenschappen nou eenmaal weinig opzienbarends te verwachten. Dertig jaar accommodatie aan Haags wanbeleid hebben hun sporen wel nagelaten. Teleurstellend als de omissie is, ze is alleszins begrijpelijk.

Desondanks zijn de humaniora nog altijd niet volledig dood, ook al zijn er – het is waar, het is helaas waar – voor het grote publiek niet heel veel tekens van leven meer. Maar soms gloeit er nog iets op, als een vonk tussen de as.

Daarom nomineer ik toch een dertiende boek. Het lijstje van de New Scientist is namelijk nét iets completer met de biografie van koning Willem III van Dik van der Meulen.

Deel dit:

6 gedachtes over “Koning Willem III

  1. CK

    Ik ben blij dat je de letteren verdedigt zonder de fout te maken die de betrokkenen zelf voortdurend maken: de schuld voor de problemen extern zoeken en niet intern.

  2. henktjong

    Och, als je een lijstje wilt van de boeken die Nederlandse historici uitbrengen ga je gewoon de fondsen van hun uitgevers na: Verloren, Matrijs, Waanders, Prometheus, Walburg Pers, Bert Bakker. De recensies staan in de vaktijdschriften dus daar kun je de receptie aan aflezen. Bovendien heeft een universiteit op haar site altijd lijsten van boeken die docenten, alumni, studenten/promovendi in een jaar hebben uitgebracht. Voor het instituut van geschiedenis bijvoorbeeld: http://www.hum.leiden.edu/history/book-publications/

    1. Dat is zo gek nog niet gezien, maar ik vrees dat de meeste geesteswetenschappers het niet meteen als hun stiel zullen herkennen. Te groot van opzet, te anders, te breed. Misschien is dat de geesteswetenschappen te verwijten.

      1. Yannick

        Jammer, want het is mijns inziens een heel goed voorbeeld van historisch onderzoek toegankelijk gepresenteerd, ondanks dat er dingen als evolutietheorie en quantummechanica in besproken worden. Neemt niet weg dat geesteswetenschappen er inderdaad karig vanaf komen in de populaire wetenschap, maar dat is zoals je zegt een probleem dat van beide kanten flinke aanpassingen vergt

Reacties zijn gesloten.