De “Urheimat” van de Indo-Europese talen

Bronzen bijlen uit het archeologisch museum van Burgas. De makers spraken een vroege vorm van Indo-Europees.

Vorige week vertelde Gert Knepper al over de ontdekking en reconstructie van het Proto-Indo-Europees, de moedertaal van allerlei Europese en Aziatische talen. Die talen worden inmiddels ook gesproken in Afrika, Amerika en Australië, en dat komt doordat migranten hun linguïstische erfgoed meenamen. Zo komen allerlei nieuwe vragen op: door welke migraties zijn de Indo-Europese talen over Europa en Azië verspreid, wat was het herkomstgebied, waren er andere mechanismen?

Ik wil het vandaag hebben over de tweede vraag, die naar de zogeheten Urheimat. En die vraag roept weer deelvragen op: wie wil weten waar de eerste sprekers van een taal woonden, zal moeten weten wanneer die leefden.

Lees verder “De “Urheimat” van de Indo-Europese talen”

De Indo-Europese migraties

Stèles als deze uit Nevsha, gevonden langs de wegen naar de koperaders, documenteren de westelijke migratie van de Proto-Italo-Kelten Nevsha (Archeologisch Museum van Varna)

Zoals ik gisteren vertelde, is de vraag waarom de Indo-Europese talen op elkaar lijken, in een kwaad licht komen staan doordat de nationaalsocialisten zich meester maakten van de hypothese dat de veronderstelde Urheimat, waar de Indo-Europeanen hadden gewoond voor ze naar alle windstreken waren gemigreerd, had gelegen op de Noordduitse Laagvlakte. In de nationaalsocialistische interpretatie waren de oerbewoners van dat gebied (de “Ariërs”) autochtoon, onvermengd met migranten die bij hen waren komen wonen, raszuiver en daardoor in allerlei opzichten briljant.

Er was een tweede reden waarom het onderzoek stokte. Weliswaar betwijfelde niemand dat de Indo-Europese talen op elkaar leken doordat ze afstamden van één oertaal, maar men had domweg onvoldoende gegevens om daarover werkelijk uitspraken te doen. Zoals we zagen, probeerde men eerst aan de hand van de gedeelde woordenschat enkele aspecten van het thuisland te reconstrueren – er waren bepaalde dieren en gewassen geweest, men had de ploeg gekend en men had er met karren gereden – en was zo’n reconstructie in principe archeologisch toetsbaar.

Lees verder “De Indo-Europese migraties”