
[Dit is het tweede deel van een stukje over de wijze waarop archeologische vondsten kunnen worden gebruikt om teksten te toetsen. In het eerste deel noemde ik dat je eerst moet vaststellen wat de strekking van de tekst is, dat je daarna moet nadenken over de toegestane onderzoekswegen (heuristieken) zijn en dat je tot slot moet formuleren wat de toetsing daarvan zou kunnen zijn.]
Een voorbeeld: Polybios beschrijft dat, toen koning Antiochos III de Grote in 206 v.Chr. de stad Griekse Baktra in het noorden van Afghanistan belegerde, een van de verdedigers erop wees dat oorlog tussen de Grieken vooral de hordes barbaren, die de beschaving wilden overrompelen, in de kaart zou spelen. Dit is een van de weinige teksten over de ondergang van Grieks Baktrië en ze documenteert dus barbaarse dreiging. In alle geschiedenisboekjes staat dan ook dat deze buitenpost van de klassieke cultuur onder de voet is gelopen door Centraal-Aziatische nomadenstammen. Maar…
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.