Zeus’ weegschaal

De “Zeus-krater” uit Enkomi (Cyprusmuseum, Nicosia)

Ik blogde gisteren over het Cyprusmuseum in Nicosia, waar onder meer de voorwerpen uit Enkomi zijn te zien, een Bronstijd-havenstad uit oostelijk Cyprus die door Mykeense kooplieden werd aangedaan. Ik wees erop dat in Enkomi aspecten van de vroegste Griekse cultuur kunnen zijn gedocumenteerd die later in het moederland wat ondergesneeuwd zouden zijn.

De vaas hierboven – perfect bewaard, zoals veel aardewerk in het Cyprusmuseum – is wat dat betreft intrigerend. Het voorwerp staat bekend als de “Zeus-krater” en kan worden gedateerd in de vroege veertiende eeuw. Aan de voor- en achterkant staan octopussen, een standaardmotief waar wij vandaag geen aandacht aan hoeven besteden. Het gaat om de strijdwagen die is afgebeeld onder een van de oren. Er staan twee mannen in, maar er is een derde persoon afgebeeld: onder het paard staat nog een krijger, die de strijd lijkt te willen aanbinden. Een vierde persoon, gekleed in een lang gewaad, staat helemaal rechts, vóór de wagen. Dat is de figuur waar het om gaat.

Als je goed kijkt, kun je zien dat hij een weegschaal in de handen heeft. En dat motief kennen we ook uit de Ilias van Homeros. De goden willen nog weleens meevechten in de Trojaanse Oorlog, maar uiteindelijk bepaalt Zeus wat er gebeurt. Soms raadpleegt hij daarbij zijn weegschaal, waarin hij het lot van de strijdende partijen legt. Dat heet een kerostasia.

… toen eenmaal de zon op haar hoogste punt was gekomen,
nam de vader der goden de gouden weegschaal en legde
’t lot van de droevige dood in de schalen, dat der Trojanen
en der geharnaste Grieken. Hij greep in het midden de weegschaal,
hield haar omhoog en de schaal sloeg door aan de kant der Achaeërs.
’t Lot der Achaeërs zonk naar de velen voedende aarde,
dat van het volk der Trojanen steeg naar het ruim van de hemel.
Luid deed Zeus van de Ida de donder klinken en zond een
vurige bliksem omlaag naar de Achaeërs.

Homeros, Ilias 8.68-76; vert; H.J. de Roy van Zuydewijn

In een andere scène bepaalt de weegschaal dat Hektor, die op de vlucht is voor Achilles en rond Troje rent, moet sterven.

Maar toen beiden de bronnen ten vierden male bereikten,
pakte de vader der goden de gouden weegschaal en legde
’t hatelijk doodslot in elk van de schalen: dat van Achilles
en van de paardentemmende Hektor. Dan, in het midden,
hief hij de weegschaal omhoog… Het doodslot van Hektor sloeg door en daalde tot diep in de Hades.

Homeros, Ilias 8.202-213; vert; H.J. de Roy van Zuydewijn

Dit motief is in de Griekse cultuur niet heel belangrijk geweest en het is te begrijpen waarom: er zit een zekere spanning tussen enerzijds een almachtige Zeus, die aan een gouden koord alle andere goden en de hele wereld omhoog kan trekken, en anderzijds een Zeus die beslissingen overlaat aan een weegschaal, alsof alleen het Noodlot werkelijk almachtig is. De weegschaal deed afbreuk aan Zeus’ almacht, zullen de Grieken hebben gedacht, en ze vergaten het. Alleen Homeros herinnerde zich het motief nog.

Martin Nilsson, de Zweedse geleerde die de grondslagen legde voor de bestudering van de Mykeense religie, heeft erop gewezen dat de hierboven afgebeelde vaas misschien een afbeelding is van dit oeroude motief. Of Nilssons interpretatie klopt, is moeilijk uit te maken. We zouden weer eens meer bewijsmateriaal willen hebben, maar ondenkbaar is het niet en in elk geval is het een mooie vaas.

[Dit was de 207e aflevering in mijn reeks museumstukken; een overzicht is hier.]

Deel dit:

7 gedachtes over “Zeus’ weegschaal

  1. Manfred

    Ik heb wel eens betere tekeningen gezien op Griekse vazen. Zijn alle tekeningen uit die periode en regio zo knullig en kinderlijk?

    1. Vaasschilderkunst wordt pas wat in de zesde eeuw v.Chr. Tot dat moment is het inderdaad wat beholpen. Het zal iets te maken hebben met de ovens, maar ik ken de details niet.

  2. Zeus, Hera, Athene, Dionysus: hun namen komen voor als goden op Myceense kleitabletten, maar als Nilsson gelijk heeft is dit bij mijn weten de eerste keer dat een mythisch gegeven over een van deze goden ook in de kunst uit die tijd is terug te vinden. Zijn er meer van dit soort voorbeelden? (Ik vind er trouwens niks knulligs an.)

Reacties zijn gesloten.