Astyages, Harpagos en Cyrus

De “Nesaïsche vlakte” in Medië, met herders en bergen. Denk de electriciteitsmasten weg en je weet dat er in zesentwintig eeuwen weinig is veranderd.

Astyages nam de macht over de Meden over. Deze vorst had een dochter die hij Mandane had genoemd. Zij speelde een rol in zijn dromen, hoor maar. In zijn slaap zag Astyages haar zo verschrikkelijk veel plassen dat zijn hele stad onder water kwam te staan en zelfs Azië volledig werd overspoeld. Hij vertelde het de volgende morgen aan de magiërs die de taak hadden dromen te duiden, en de schrik sloeg hem om het hart toen zij punt voor punt hun uitleg gaven.

Zo begint, in de vertaling van Hein van Dolen, het sprookjesverhaal waarmee Herodotos verklaart hoe de macht over Iran in het tweede kwart van de zesde eeuw v.Chr. van de Meden overging naar de Perzen (Historiën 1.107-130). U zult zo meteen snel genoeg door hebben dat het niet waar zijn kán, maar één punt moet vooraf worden gemaakt: Astyages, Kambyses en Cyrus worden ook genoemd in kleitabletten en zullen wel historische personen zijn. De machtsoverdracht is eveneens een feit.

Het liefst zou ik het integraal citeren want zo’n volksverhaal heeft een eigen ritme, een eigen spanningsopbouw en een eigen taalgebruik. Als medewerker van die vertaling – ik maakte het register en moet nog weleens lachen om de klucht met de landkaarten – zou ik misschien nog een verworven recht hebben ook. Maar het hele verhaal telt 5500 woorden en dat is misschien wat veel. Een samenvatting dus maar.

Uit angst voor die droom gaf Astyages zijn dochter, toen ze de leeftijd had om te trouwen, niet aan een Mediër die bij haar hoge rang paste, maar aan een Pers, ene Kambyses, die hij als een bedaard man kende en die hij, ook al was hij van vooraanstaande familie, veel lager aansloeg dan een doorsnee Mediër.

Zoals dat in sprookjes gaat worden er na de vermelding van het huwelijk negen maanden overgeslagen en wordt er een kind geboren. Een zoon, Cyrus. Astyages heeft echter een tweede droom gehad die zou voorspellen dat zijn kleinzoon koning zou worden. Dat ervaart hij als bedreiging en hij besluit het kind uit de weg te ruimen. Ik weet niet in hoeveel sprookjes en sagen dit een motief vormt, maar het is natuurlijk vrij standaard. Een hoveling, Harpagos, krijgt opdracht de baby te doden. Een detail toont Herodotos op zijn ontroerendst: de zuigeling heeft al een doodshemdje aan.

Harpagos kan zich niet tot de moord zetten – zou hij het hebben uitgevoerd, dan was het sprookje afgelopen – en geeft de baby door aan de herder Mitradates, die het kind in de bergen moet achterlaten als prooi voor de wolven en vogels. (Griekse toehoorders zullen dit motief hebben herkend uit het verhaal van Oidipous.) Als de herder radeloos thuiskomt, vertelt zijn vrouw Spako hem dat hun eigen pasgeboren kind net is overleden. Zij ziet ineens een oplossing:

Als je het lijkje van onze eigen baby nu eens meeneemt en in de bergen neerlegt, dan kunnen wij de kleinzoon van Astyages als onze eigen jongen grootbrengen. Wanneer dit gebeurt, komt geen mens erachter dat jij de opdracht van onze meesters niet hebt vervuld, terwijl wij het voor onszelf niet slecht hebben geregeld. Want onze baby krijgt nog een koninklijke begrafenis en dit andere kindje hoeft niet dood.

En zo geschiedde. Harpagos laat de door wilde dieren verscheurde baby begraven en dat lijkt het einde van de zaak. Overigens: de gewoonte om lijken op bergtoppen neer te leggen om door vogels en wilde dieren te worden opgegeten, is authentiek-Iraans. In de oase Yazd waren de “torens van stilte” tot in de late jaren zestig in gebruik. Het voordeel van deze macabere uitvaart is dat het onreine stoffelijk overschot noch de heilige aarde, noch het heilige vuur verontreinigt.

Een van de “torens van stilte” bij Yazd

Zoals in sprookjes te doen gebruikelijk komt het bedrog toch uit. Op een dag zijn de herderskinderen “koninkje” aan het spelen (“in de straat van het dorp waar Mitradates zijn koestallen had”: een mooi detail). De jonge Cyrus, tien jaar oud, wordt tot vorst gekozen en speelt zijn rol zó opvallend goed dat Astyages ervan hoort en hem ondervraagt. Al snel begrijpt hij dat dit geen herderskind kan zijn – deze jongen heeft adellijk bloed. Trouwens, de jongen lijkt wel wat op zijn dochter en heeft ook de leeftijd die zijn kleinzoon inmiddels zou hebben bereikt als deze niet… U begrijpt welk akelig vermoeden zich van Astyages meester begint te maken.

Onder dreiging van de pijnbank bekent de herder en vanaf dat moment is ’s konings woede gericht op Harpagos. Die verklaart dat het kind door een herder te vondeling was gelegd en dat het stoffelijk overschot is begraven.

Daar was geen woord aan miszegd en Astyages, die zijn woede over het voorval verbeet, herhaalde eerst het relaas van de herder en toen hij daarmee klaar was, liet hij Harpagos weten dat het kind nog steeds leefde. “Het is gelukkig goed afgelopen,” zei hij als afsluiting van het onderhoud, “want het zat me bepaald niet lekker wat er met dat joch was gebeurd. Bovendien lag de slechte verhouding met mijn dochter me behoorlijk zwaar op de maag. Goddank is het toch nog in orde gekomen en dat gaan we vieren. Laat je zoon maar naar onze jonge gast gaan en kom vanavond bij me eten, want ik ben van plan een dankfeest speciaal voor die goden te organiseren die op deze eer recht hebben omdat zij mijn kleinzoon hebben gered.”

De kleinzoon is gered en de profetie dat hij als koning zou heersen is op een andere manier dan Astyages vreesde in vervulling gegaan. Niets staat een goede afloop nog in de weg.

[Cliffhanger! Wordt vervolgd]

Deel dit:

Een gedachte over “Astyages, Harpagos en Cyrus

  1. mnb0

    “krijgt opdracht de baby te doden”
    Kregen ze hier in de Klassieke Oudheid nou nooit genoeg van? Dit is zo langzamerhand net zo afgesleten als een moderne aciefilm, waarvan je na vijf minuten ook al weet hoe het afloopt.

Reacties zijn gesloten.